Bijzondere plaatsen

Tongerlo viert 900 jaar norbertijnen

Gepubliceerd: 29 april 2021  |  Door: Suzanne Antonis  |  Onderox editie: 208

TONGERLO — In de norbertijnenabdij van Tongerlo klept vier keer per dag het torenklokje. Het is een uitnodiging tot gebed en bezinning, ook voor stervelingen extra-muros. Vanaf 1 mei zal daar een feestelijke klank bij komen want dan start het herdenkingsjaar van 900 jaar norbertijnen , wereldwijd. Onderox mocht op de koffie bij Abt Jeroen De Cuyper (69) om even rond te dwalen in hun inspirerende geschiedenis. Maar hij richt ook de blik naar de toekomst: “We willen een brug functie zijn voor wat we 900 jaar hebben mogen ontvangen om dat verder te zetten voor het welzijn van de kerkelijke wereld .”

Norbertus Van Gennep, geboren in een adellijke familie in de huidige Nederlandse provincie Limburg, begon rond 1115 als kanunnik van Xanten met een nieuwe beweging. Hij vond dat het kerkelijk bestel veel dichter bij het evangelie moest komen. Op kerstnacht van 1121 beloofde Norbertus, samen met zielsverwanten die hij al rond zich had verzameld, plechtig om naar die nieuwe ideeën te leven en te handelen. In Prémontré (Frankrijk) bouwde hij zijn gemeenschap verder uit volgens de regel van Augustinus. Abt Jeroen: “Een belangrijke figuur voor deze beweging was zijn eerste volgeling: Hugo Van Fosses. Hij kristalliseerde het charisma van Norbertus in een echte Orde, met een structuur van abten, kapittels en statuten. Ook de Gregoriaanse Hervorming die door Paus Gregorius VII werd geïnitieerd predikte een authentiek evangelisch leven van de clerus en gelovigen. Het was een groot réveil binnen de kerk in een veranderende tijd.”

Hoe zijn de norbertijnen in Tongerlo aangekomen?
Abt Jeroen De Cuyper: “Op verzoek van Giselbert van Castelre, een vermogend landheer in Tongerlo, kwamen rond 1130 enkele norbertijnen van de Antwerpse Sint-Michielsabdij naar hier. Het was in die tijd niet ongewoon dat leken op hun landgoed een kloostergemeenschap wilden stichten. Giselbert is trouwens ook zelf ingetreden. Zijn echtgenote ging naar het zusterklooster op hetzelfde domein. Vandaag zijn die twee conventen gescheiden maar onze abdij staat nog altijd op dezelfde plek als in 1130.”

Was dat ook zo tijdens de Franse Revolutie in 1796? Toen kloosterlingen meedogenloos op straat werden gezet?
“Vooreerst: de abdij heeft wel meerdere golven gekend. Onder andere de Reformatie in de zestiende eeuw is ook niet geruisloos voorbijgegaan. Maar de Franse Revolutie was toch indrukwekkender. Onze gemeenschap moest niet alleen onderduiken, ze werd ook echt buitengezet. Het was een dramatische kanteling in de geschiedenis waar veel verloren is gegaan maar ook veel gevonden. Er komen dan perspectieven naar boven die men anders nooit zou hebben gezien. Bij de terugkeer naar Tongerlo in 1840 van een klein groepje overgebleven confraters ontstond een nieuwe energie waarin niet een gebouw of inboedel belangrijk was maar wel de boodschap van het evangelie. Ze herbouwden de kerk, vierden weer liturgie en hadden een boodschap voor de mensen. Het was een tijd vol uitdagingen: duiken we onder of lopen we mee. Ook vandaag zitten we in zo’n kantelmoment waarin we intense keuzes kunnen maken. Maar ik geloof in het moment dat het helder zal worden.”

Een nieuwe ramp sloeg toe, amper 130 jaar later wordt de abdij opnieuw verwoest door een brand. Welke verhalen hoort u van uw confraters die het nog hebben meegemaakt?
“Dat was zeker een crisismoment. Weet je, als je als leek toen intrad in de gemeenschap, moest je een koffer meebrengen met twaalf lakens, hemden… Een trousseau waar je het mee moest doen tot aan de dag van je professie. Bij de brand ging alles verloren. Er was geen dak meer, geen bibliotheek, geen kerk, keuken of eten. De jonge medebroeders zijn toen naar de norbertijnenabdij in Leffe gegaan. Trouwens, die verhuis heeft de abdij daar nieuw leven ingeblazen want enkelen zijn er gebleven. In Tongerlo hebben we de abdij opnieuw gebouwd, maar dit keer met centrale verwarming en stromend water, wat we voordien niet hadden. Zo zie je dat een drama ook nieuwe kansen biedt.”

In welke jaren was de abdij van Tongerlo op haar hoogtepunt?
“Goh, we houden de cijfers niet zo bij. We weten wel dat rond de 16de eeuw het aantal koorleden werd opgetrokken om de liturgie met meer luister te kunnen vieren. Maar dat waren er niet zoveel, een dertigtal denk ik. In Tongerlo hebben zeker geen honderden norbertijnen gewoond, vaak was het schaars. Vandaag zijn we in onze gemeenschap met twaalf. De jaren vijftig waren de beste, met veel roepingen als reactie op de twee wereldoorlogen. In het katholieke Vlaanderen van toen werd zowat alles vanuit de kerk gestuurd, van de fanfare tot het onderwijs en de hospitalen. Ook de missionering was toen belangrijk: Vlaanderen zendt zijn zonen en dochters uit. Het waren de grote thema’s die jonge mensen inspireerden om zich te engageren in kerk en samenleving.”

Norbertus Van Gennep nam de regel van Augustinus aan. Hoe wordt die vandaag in jullie gemeenschap beleefd?
“De belangrijkste regel is de zorg voor de gemeenschap en voor de persoon, alsook de wisselwerking tussen persoon en gemeenschap binnen de abdijmuren. Wij proberen een goed evenwicht te zoeken waarin de persoon wordt aangemoedigd om in alles wat hij doet het belang van de gemeenschap na te streven. En daarin dan te groeien als mens. De regel van Augustinus is humaan en weinig gedetailleerd. Er staan geen wetten in van uren dat je niet mag spreken of zo. Onze regel is: als je iets te zeggen hebt, zeg het en als je niets te zeggen hebt, dan zwijg je.”

Wat doet u geloven dat er altijd mensen zullen opstaan die geïnspireerd worden door de orde van norbertijnen?
“Dat is afwachten, we zitten niet in de meest comfortabele tijd om jonge mensen aan te trekken. Maar wat hier niet kan, gebeurt misschien wel elders. We bewaren en behoeden de opening maar of dat zal lukken? In Vlaanderen waren er vijftien norbertijnenabdijen, na de Franse Revolutie zijn er maar een zestal terug geactiveerd die er vandaag nog zijn: naast Tongerlo zijn dat Averbode, Postel, Grimbergen, Heverlee en Leffe in Wallonië. Zelf ben ik ingetreden in 1971. Vijftig jaar geleden dus maar ik had toen zeker niet voorzien dat ik op de plaats zou zitten waar ik nu zit en dat de situatie zou zijn zoals ze nu is. Dat doet niets af van de vreugde van de gemaakte keuzes en ook van die keuzes opnieuw te maken. Want dat zijn momenten waarbij ik aanvoel dat dit de plek is waar ik thuishoor en waarvoor ik wil blijven doorgaan met alles wat er nog komt.”

Kan een abdij vandaag nog een rol spelen extra-muros?
“In Tongerlo heeft de abdij altijd een goede band gehad met mensen buiten onze gemeenschap. We hebben geen eigen parochies meer zoals dat vroeger wel het geval was met de pastorieën. Abdijen waren toen een totaalvoorziening, naast de kerkelijke inrichting waren ze ook bekwaam in ondernemen en wetenschap. Vandaag ondersteunen we het kerkelijk leven in de parochie maar nemen daarin een bescheiden positie in. We proberen de mensen iets anders te bieden dan economie, entertainment of consumptie en willen een luwteplek zijn waar ze tot rust kunnen komen. En dat gebeurt ook. Op zomeravonden zien we hier vaak mensen uit de buurt op een bankje zitten. Hoewel, we zien onze uitdaging toch eerder in het continueren van het aan God gewijde leven.”

U bent afkomstig van Oost-Vlaanderen, aan welke Kempense eigenschap hebt u moeten wennen?
“Ik kom uit een klein boerendorp in de buurt van Kaprijke. De Kempense taal vond ik aanvankelijk moeilijk, ik verstond veel woorden niet. Eén woord vind ik nog altijd heel bijzonder: ‘moemoe’: twee keer moeder zijn. Het draagt zoveel genegenheid en liefde in zich. Ik heb me altijd thuis gevoeld in de Kempen en ben op heel wat plaatsen vriend aan huis. Maar je moet er wel eerst binnen geraken. Die geslotenheid verschilt trouwens niet veel van Oost-Vlaanderen.”

Tot slot: op welke momenten in uw dagelijks leven komt u het dichtst bij God?
(lange stilte) “Ik denk soms: in de meest hopeloze momenten. Ja, jazeker… Niet in de zin van depressie of me niet goed voelen maar in de limieten van mijn engagement als norbertijn. En dat ik erop kan vertrouwen dat God daarin het perspectief is en dat ook altijd zal zijn: Ik ben er gisteren, vandaag en morgen.”

MEER INFO
Op 1 mei 2021 start het feestjaar van 900 jaar norbertijnen met diverse wandelingen, fietstochten en tentoonstellingen in en om de abdij. Eventueel met gids, afhankelijk van de coronamaatregelen. Je leest er ook meer over in de toeristische reportage van de komende editie van Onderox Magazine. Het volledige programma vind je op www.toerismewesterlo.be en www.norbertijnenindemerode.be.

Meer lezen van Suzanne Antonis
Meer lezen over
geschiedenis

Meer Bijzondere plaatsen

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.