Bijzondere plaatsen

Staf Lasters: de geschiedenis van de dynamietfabriek van Arendonk

Gepubliceerd: 24 november 2022  |  Door: Peter Meulemans  |  Onderox editie: 225

ARENDONK – Net na de Tweede Wereldoorlog werd aan de Poederstraat in Arendonk Staf Lasters (76) geboren. Hij groeide op tussen het toenmalige dynamiet van de Société Anony me D’Arendonck aan Brug 5. En ook al had Arendonk en zijn bewoners een haat-liefdeverhouding met de fabriek, Staf denkt er met veel plezier aan terug. Samen met zijn compagnon Karel Lavrijsen dook hij dan ook opnieuw de archieven in en maakten ze er een prachtig boek van. En zo ontdekten ze toch weer nieuwe weetjes.

Staf is met zijn nieuwe boek niet aan zijn proefstuk toe. Eerder werkte hij al aan diverse boeken, steeds over de Arendonkse geschiedenis. Die interesse erfde hij van zijn vader, die oeverloos kon vertellen over ‘vruger’ en zo de interesse bij Staf aanwakkerde. En dat vertellen zit bij Staf ook in het bloed. Ondertussen is hij kind aan huis bij het Rijksmuseum in Antwerpen waar hij dagen kan snuisteren door alle info die er over Arendonk te vinden is.

Staf, een boek over de dynamietfabriek van Arendonk. Dat kan alleen maar van jou zijn?
Staf Lasters: “Misschien wel. We woonden bijna letterlijk met onze neus tegen de fabriek. Mijn vader werkte er ook, als tuinman. Dus ik heb het allemaal van dichtbij gemaakt. En het was destijds toch best bijzonder. Er zijn in België maar drie dynamietfabrieken geweest. Eén in Balen-Wezel, één in het Luikse en dus één in Arendonk.”

Hoe zijn ze ooit in Arendonk terechtgekomen?
“Wel, het is dit jaar precies 150 jaar geleden, dus in 1872, dat de Franse ingenieur Joseph Marçais in Arendonk arriveerde, op zoek naar een flinke lap grond. En die mocht best wat afgelegen liggen. Nu weten we ook waarom. In zijn eerste gesprekken met het gemeentebestuur had hij ook niet met zoveel woorden gezegd dat het om een dynamietfabriek ging. Zijn oog was dus gevallen op de gronden langs het kanaal, tussen Brug 4 en Brug 5. Uiteindelijk heeft hij een aanvraag ingediend en is de fabriek gebouwd. En die was voor die tijd indrukwekkend groot.”

Dat moet nogal voor wat animo gezorgd hebben in het landelijke Arendonk.
“Absoluut. Niet iedereen was even gelukkig met al die dynamiet in ons dorp. Dat kan je je wel voorstellen. Maar het zorgde wel voor geld in het laatje. Niet alleen bij de gemeente maar vooral bij de verschillende families die er werkten. Vaak was het ook zo dat er meerdere familieleden samen tewerkgesteld waren. Ze werden op zich goed betaald. Maar het was natuurlijk een explosief product. Zo herinner ik mij dat bij een nakend onweer alles meteen werd stilgelegd. Er waren voor die tijd ook bijzonder veel veiligheidsvoorschriften. Dat was ook nodig. Maar om aan te tonen hoe groot de schrik was: in 1904 is bij de bouw van de kerk van het centrum de toren extra verstevigd, gewoon uit schrik dat die zou instorten bij een explosie. Maar het was niet enkel in Arendonk dat er wat tegenkanting was. Ook de naburige gemeenten, met Reusel op kop, hebben meermaals de vergunningen aangevochten. Maar het is hen niet gelukt.”

Zijn er ook effectief explosies geweest?
“Jammer genoeg wel. In totaal zijn er gedurende die negentig jaar twaalf mensen om het leven gekomen. In 1927 was de grootste explosie, met zes doden tot gevolg. Zij liggen nog steeds samen begraven op de gemeentelijke begraafplaats aan de Kloosterbaan.”

Wat moet ik me verder voorstellen bij die veiligheidsvoorschriften uit die tijd?
“Het belangrijkste was dat elke werkplaats ongeveer zestig meter uit elkaar lag en bijna helemaal was ingegraven. Zo kon een explosie in één werkplaats geen schade aanrichten aan een andere werkplaats. Hier en daar vind je nog een restant van die fundamenten en wallen terug. Ook was de opslagcapaciteit beperkt. Vol was vol en dan werd de productie stilgelegd. Verder had de fabriek tot gevolg dat er in Arendonk veel vroeger dan op andere plaatsen vakbonden aanwezig waren. We hadden niet enkel de dynamietfabriek, waar op het toppunt ongeveer 120 mensen werkten. Daarnaast had Arendonk nog veertien sigarenfabrieken, met ongeveer 400 arbeidsplaatsen ook belangrijk voor de werkgelegenheid. De eerste vakbonden waren hier al zichtbaar rond 1900, terwijl dat in de omliggende gemeenten vaak pas tientallen jaren later was. Ook wel met stakingen tot gevolg. Wat dan weer resulteerde in betere arbeidsvoorwaarden. In 1921 werd in de gemeenteraad de eerste socialist verkozen en zo was hier het socialisme vroeger en sterker aanwezig dan bijvoorbeeld in Retie en Oud-Turnhout.”

Bij dynamiet denken we meteen aan toepassingen bij oorlogen maar ik heb me op school laten vertellen dat het daarvoor niet is uitgevonden.
“Dat durf ik toch sterk betwijfelen. Mij lijkt het een fabel dat Alfred Nobel het dynamiet heeft uitgevonden uit vredelievendheid. Het verhaal zegt dat het vooral zijn secretaresse was, een vredesactiviste, die Nobel wees op de andere niet-militaire mogelijkheden van dynamiet. Alleszins, we weten wel dat onder andere het Panamakanaal en het Kanaal van Korinthe in Griekenland is aangelegd dankzij de dynamiet van de fabriek in Arendonk. Er werd ongeveer 1.200 kilo dynamiet per dag geproduceerd. Gigantisch voor die tijd. Ook is het een fabel dat er momenteel nog 1.000 kilo zou begraven liggen in de vroegere fabrieksterreinen. Wel nog een weetje: er werd niet enkel dynamiet gefabriceerd maar in de jaren ’50 zijn er ook 650.000 antitankraketten gemaakt.”

Je zei al dat je met je neus tegen de fabriek woonde. Maar het lijkt me dat je toch met plezier terugkijkt op die tijd.
“Absoluut. Ik vond het zelfs een voorrecht. Mijn vader werkte er voor de fabrieksdirecteur. Hij zorgde voor de tuin en de serres en dergelijke. Dus ik begreep als kleine gast wel dat de fabriek belangrijk was voor ons. Maar voor mij en de andere jongens en meisjes uit de buurt was het als het ware één grote speeltuin. We konden doen en laten wat we wilden. Bovendien waren we ook bevriend met de kinderen van de directeur. Hij had één zoon die zo oud was als ik. Die waren uiteraard erg rijk in vergelijking met ons. Dus dat gaf ook wel mogelijkheden. Zij hadden bijvoorbeeld geweren waar wij ook mee mochten leren schieten. Ik zou het nu wel iedereen afraden. (lacht) Maar als ik daar nog een leuke anekdote over mag vertellen… We woonden uiteraard nogal afgelegen. Daardoor werden we niet alleen door mensen van de fabriek naar school gebracht, maar het had nog andere voordelen. Zo mochten in die tijd jongens en meisjes niet samen zwemmen in het kanaal. Maar bij ons was er die controle niet. En als je dan weet dat die eerste bikini’s gebreeën waren… Ik denk daar met veel plezier aan terug.” (lacht)

Hoe ben je eigenlijk zo geïnteresseerd geraakt in de Arendonkse geschiedenis?
“Dat komt helemaal door mijn vader. Eigenlijk ben ik boekhouder van beroep. (glimlacht) Maar tijdens de weekends moest ik vaak mijn vader helpen in de serres, wat ik echt niet graag deed. Hij vertelde dan verhalen die zelfs terug gingen tot de tijd van Napoleon. Die verhalen fascineerden mij enorm. Ik ben meer en meer beginnen lezen, mensen en verhalen beginnen opzoeken, uitschrijven, bijna gekampeerd in het Rijksmuseum in Antwerpen, ideeën wisselen met gelijkgezinden zoals Karel Lavrijsen. En op een gegeven moment laat dat virus je niet meer los.”

Dus het volgende idee is al aan het rijpen?
“Absoluut. Eerder dit jaar heeft Retie een boek uitgebracht over de geschiedenis van de gemeenteraadsverkiezingen. Een fantastisch mooi boek. Dat is een thema dat mij ook erg interesseert. Lijkt me ideaal voor een volgend project.”

MEER INFO
‘Geschiedenis van de dynamietfabriek van Arendonk van 1872 tot de sluiting. De mythes ontmijnd’ kost 25 euro en kan je bestellen via karel.lavrijsen@skynet.be of tel. +32 (0)479 69 42 13.

Meer lezen van Peter Meulemans
Meer lezen over
geschiedenis

Meer Bijzondere plaatsen

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.