Het Zilvermeer streeft naar (nog) hogere waterkwaliteit

Als binnenkort de mistflarden verdampt zijn en de zon zich weer met de regelmaat van de klok laat zien, reppen we ons als lemmingen naar de dichtstbijzijnde zwemvijver. Maar er is die verhoogde ecologische druk, de hittegolven, minder neerslag en de toenemende stikstofdeposities. Preventief handelen is dus de boodschap om te voorkomen dat blauwalg in de wateren woekert net als u zich opmaakt voor een frisse plons. En het mag een cent kosten, oordeelt het provinciebestuur, dat 478.000 euro investeert in een duurzame en ecologische aanpak.

Het Zilvermeer staat al sinds mensenheugenis bekend voor de ‘Blauwe Wimpel’ omwille van de uitmuntende waterkwaliteit. Voor het hoeveelste jaar wappert hier de vlag?
Igor Geubbelmans: “Dat durf ik niet exact zeggen, maar dat is toch al zeker twee decennia. Het water van het Zilvermeer is van een uitmuntende kwaliteit. Dat heeft alles te maken met allerlei natuurlijke omstandigheden. Alles wordt ook minutieus opgevolgd. Van zodra het zwemseizoen geopend is, zijn er per week twee staalafnames van het water. Eentje door het PIH en eentje door de VMM. Maar we moeten vooruit kijken. Eén voorbeeld: vroeger zat er in de zeil/ duikvijver geen vis. Die zit er nu wel. Dat betekent dat de biologische factoren veranderd zijn. Door diverse omstandigheden vormen blauwalgen op termijn mogelijk een probleem. Het heet wel algen, maar eigenlijk zijn het bacteriën die een olieachtige laag op het water vormen. Dat houdt gezondheidsrisico’s in voor mens en dier. En dus kunnen we dat missen en doen we er iets aan.”

Een beetje chloor zal waarschijnlijk onvoldoende zijn?
“Ik heb het daar al over gehad met collega’s in de sector en neen, het blijkt niet te werken. Met dergelijke aanpak gaan we uiteraard niet over één nacht ijs, dus hebben we ook een mechanische aanpak overwogen. Dat betekent bijvoorbeeld fonteinen om meer zuurstof in het water te brengen. In ons zwemgedeelte staan er al fonteinen, maar dat werkt niet in de achtergelegen roeivijver. En het zou al helemaal niet werken in de zeilvijver. Die is daar veel te groot voor. Er zouden gigantische pompen nodig zijn om onder water alles in beweging te krijgen. En dan zitten we meteen met het probleem van onze duikers en het unieke onderwatermuseum.”

Dus?
“Hebben we na rijp beraad gekozen voor een natuurlijke en duurzame aanpak. We gaan het mogelijke probleem de pas afsnijden met een combinatie van gerichte oeverbegroeiing en planteneilanden in de vijvers. Daar komen dan planten in die mogelijke algen in de vijvers gebruiken als voeding. Tegelijk zorgen ze voor een verhoogde zuurstoftoevoer in de vijvers en ze hebben meteen ook een schaduwwerking waardoor ook de temperatuur van het water teruggedrongen wordt.”

Gaat het mooi worden?
“Daar doen we ons best voor. Ook esthetisch moet die aanpak iets opleveren. In de roeivijver, ter hoogte van de Glinstering en op de zeilvijver komen pontons met planteneilanden. Ik heb het systeem toevallig al eens gezien in het Franse Rennes in de kanalen rond de stad. En dat oogde mooi. We gaan dit gefaseerd aanpakken zodat de bezoekers er bij de eerste zonnestralen geen hinder van ondervinden.”

Hoe mag het komende seizoen er voor jou uitzien?
(klemt beide handen om het houten tafelblad) “Ik hoop op een redelijk normale zomer. Statistisch gezien zou dat moeten lukken. We hebben alle voorziene activiteiten ingepland zoals we dat in een ander topseizoen zouden doen. Ik denk hierbij bijvoorbeeld aan het Legacy festival en uiteraard aan Pennenzakkenrock. En in het midden van het seizoen voorzien we nog een reeks bijkomende activiteiten op ons marktplein. Ja, het mag een fikse zomer worden.”

Het zou me verbazen als je niet al verder vooruit kijkt?
“Ja, eigenlijk wel. Er wordt al volop geschreven aan een masterplan voor het hele domein. En dat gaat heel breed. Zowel infrastructuur als groen zullen nauwgezet en toekomstgericht bekeken worden. Stilstaan is achteruit gaan, toch?”