Bijzondere plaatsen

Frank Lauryssen: uit liefde voor Club Brugge

Gepubliceerd: 27 november 2023  |  Door: Tom Claessen  |  Onderox editie: 236

ARENDONK — Ik heb al wel wat mancaves gezien in mijn leven. Zoals bij mijn buurman die in zijn garage een toog met barkrukken had en een dartsbord aan de muur. Of die keer dat ik in een appartement kwam waar de living gevuld was met een driebandbiljart en een piaggio-scooter. Maar de mancave van Frank Lauryssen is anders. Een kamer met centraal een werktafel met twee stoelen en daarrond alleen maar spullen van Club Brugge. Voetbalshirts, gesigneerde ballen, herinneringswimpels, trofeeën, mappen vol matchverslagen, krantenknipsels, foto’s, … You name it en je vindt het in Franks persoonlijke Club Brugge-archief. “Iedere gek zijn gebrek en mijn gebrek is toevallig Club Brugge”, grapt Frank.

Amai, Frank! Ik voel me hier in een echt Club Brugge-museum. Hoeveel items heb je hier staan?
Frank Lauryssen: “Hoeveel verschillende stukken ik hier heb, weet ik niet precies. Ik heb er geen inventaris van bijgehouden. Maar ik weet wel wat ik allemaal heb omdat er overal ook wel een verhaal aan vast hangt. Ofwel heb ik het tijdens een match of een ander moment meegenomen of ik heb het van iemand gekregen. Ook al staat het hier helemaal volgestouwd, als je hier iets zou wegnemen, zou ik het waarschijnlijk wel merken.”

Waar komt die gezonde interesse voor Club Brugge vandaan?
“Ik was vroeger keeper bij Verbroedering Arendonk en even ook bij FC Vrij. Voetbal interesseert me al van jongsaf. Ik was elf toen ik mijn eerste grote match ging kijken: Lierse-Club Brugge. Ik herinner me nog precies waar we toen stonden in het Lierse-stadion: aan de kant van de hoofdtribune ongeveer ter hoogte van de baklijn. De match eindigde op 2-2. Bij Brugge scoorde Jan Ceulemans twee keer. De twee doelpunten bij Lierse waren van Erwin Vandenbergh. Die match heeft indruk nagelaten. Een jaar later kwam ik voor het eerst in het Brugse Olympia-stadion, een tussenstop onderweg naar een kamp met de ziekenkas. De eerste ploeg was er aan het trainen. Sindsdien ben ik fervent Club-supporter. Toen ik op mijn 25 moest stoppen met sjotten door rugproblemen, ben ik beginnen verzamelen. En je kan hier zien waar dat toe leidt.” (glimlacht)

Wat was je eerste verzamelitem?
“Een krantenknipsel. Ik ben begonnen met het verzamelen van wedstrijdverslagen uit de kranten. Dat doe ik nog steeds, maar dan iets fanatieker dan vroeger. Mijn moeder houdt de Gazet van Antwerpen bij voor me en ik koop zelf Het Laatste Nieuws. En vrienden uit West-Vlaanderen bezorgen mij hun lokale kranten. Die pluis ik dan hier in mijn Club-kamer uit en verwerk ik op mijn laptop. In deze mappen heb ik korte verslagen van alle matchen met de uitslagen, ploegopstellingen en wie gescoord heeft. Die korte samenvattingen maak ik voor de binnenlandse competitie, de bekermatchen en Europese wedstrijden. Ik bewaar ze samen met de krantenartikels die erover verschenen. Ik weet het niet allemaal uit het hoofd, maar in mijn klassement vind ik alle matchinformatie snel terug.”

Daar moet toch wel wat tijd in kruipen.
“Tja, dat wel. Maar ik doe eigenlijk niets liever. Er zijn mensen die postzegels verzamelen of anderen die zot zijn van auto’s. Postzegels en auto’s zeggen me niets. Bij mij is het Club Brugge. Ik verzamel deze spullen en ga daarover dan weer zaken opzoeken. Zo heb ik pas deze stapel shirts gekregen. Ik ben nu aan het uitzoeken in welke competities die shirts gedragen werden. Zo leidt het ene weetje weer naar een nieuwe open vraag. Als ik hier bezig ben, vliegt de tijd voorbij. (lacht) Ik kan gerust in deze kamer blijven zitten tot ik dood ben. En dan heb ik me geen moment verveeld.”

Dat vind jouw partner ongetwijfeld ook allemaal geweldig?
“Ik heb een goeie vrouw, zij vindt het niet erg dat ik me hier bezig houdt met mijn verzameling en ze laat me hier mijn ding doen. Het helpt natuurlijk wel dat zij vaak laat moet werken. (knipoogt) Maar zo nu en dan moet ze zich wel eens aanpassen aan mijn Club-kalender. Als ik met kameraden naar de match ga of als ik afspreek met oud-spelers. Ik zeg haar wel eens dat Club mijn eerste liefde is. En als ze echt goed gezind is, durf ik er zelfs bijzeggen dat het mijn grote liefde is.” (lacht)

In hoeverre bepaalt Club jouw agenda?
“Dat valt wel mee. Al heb ik sinds ik in 1995 mijn eerste stadion-abonnement nam, nog niet veel thuismatchen gemist. En op verplaatsing pik ik ook nog wel eens een wedstrijd mee. Vroeger reed ik altijd mee met de bus van de Retiese supportersclub. Maar de laatste jaren rijden we met een aantal kameraden met de auto. Dan zijn we niet zolang weg en het is gezonder. (lacht) Als ik met de bus reed, kwam ik meestal terug met het buikje vol. Als ik met de auto rijd, drink ik uiteraard niet.”

Zo moet je over al die jaren al wel heel wat matchen gezien hebben?
“Ja, dat wel. Hoeveel weet ik niet precies. Maar ik zou het kunnen nakijken want natuurlijk heb ik alle tickets ook bewaard. De meest memorabele match is voor mij de Champions League wedstrijd tegen Borussia Dormund in augustus 2003. Die hebben we gewonnen met penalty’s. De thuismatch hadden we gewonnen met 2-1 en na verlengingen in Dortmund was de stand ook nog 2-1 waardoor de beslissing moest vale len door penalty’s. De beslissende strafschop was van Andrés Mendoza. De Club-supporters gingen allemaal uit hun dak. Maar ook de afscheidswedstrijd van Danny Verlinden in 2004 was de moeite. Daar droegen de spelers een speciaal truitje met een eerbetoon aan Verlinden. Daar heb ik er hier ook eentje van.”

En afspreken met vroegere Club-spelers, doe je dat vaak?
“Daar zit niet echt een regelmaat in. Soms zie ik drie spelers op een maand. Maar net zo goed kunnen er een paar maanden voorbijgaan zonder dat ik iemand zie. Morgen heb ik toevallig een afspraak staan met Johnny Velkeneers. Hij speelde bij Club tussen 1971 en 1974. Ik vind het bijzonder fijn om op bezoek te gaan bij ex-spelers en met hen over het Club Brugge van toen en nu te spreken. Ik zoek dan contact via Facebook of ik krijg via-via hun telefoonnummer en ik bel ze op met de vraag om elkaar eens te zien. En dat lukt eigenlijk altijd wel. Dat zijn allemaal toffe gasten en we hebben altijd wel iets om over te praten. Ik neem ook steeds mijn map met Panini- of Vanderhout-stickers mee om te laten handtekenen. Zo heb ik al heel wat handtekeningen verzameld en evenveel toffe momenten gehad. Soms duurt onze ontmoeting een half uurtje, soms zitten we een paar uur samen. En vaak kom ik dankzij die gesprekken ook weer in contact met andere spelers. Of ze geven me iets voor mijn verzameling. Foeke Booy heeft me zo heel wat spullen gegeven: aandenkens en trofeeën die hier dan bij in de kast kunnen. Het begint stilaan goed vol te staan, maar voor mij is elk Club Brugge item even waardevol. Ook als de Onderox-lezers bij het opruimen nog iets zouden tegenkomen waar ze vanaf willen, mag het zeker deze richting uit komen.”

Als ze op het Club-secretariaat op zoek zijn naar één van hun oud-spelers, kunnen ze dus bij jou terecht?
“Met de club heb ik eigenlijk geen contact. Ik beperk me tot de oud-spelers. Ook de huidige spelers laat ik met rust. Maar ik kan de oud-spelers wel helpen om elkaar terug te vinden. Vorige maand heb ik zo nog twee oud-ploegmaats samengebracht die elkaar al 45 jaar niet meer gezien hadden. We hebben met zijn drieën de hele namiddag doorgebracht. Dat zijn topdagen voor me.”

In hoeverre hebben dat jarenlang archiveren en je gesprekken met ex-spelers van jou een voetbal-expert gemaakt? Kan je al voorspellen hoe dit seizoen zal uitdraaien voor Club Brugge?
“Dat is nog wat vroeg. Ze moeten er pas staan tegen de play-offs in april. Maar de verdediging is nog niet helemaal top. Daar moeten we nog wat groeien. Maar dat zal wel lukken tegen dan.”

Meer lezen van Tom Claessen
Meer lezen over
sport

Meer Bijzondere plaatsen

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.