Wil je op de hoogte blijven?
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.
MOL — Kind aan huis bij merken als Hunkemöller en Etam, zijdelings betrokken bij het Max Mara-project van Marina Rinaldi en door het bekende vrouwenblad Marie Claire uitgeroepen tot ‘Woman to watch’. Topmodel Sharon Grobben (32) heeft een palmares om van te duizelen, maar zweven doet ze niet. “Ik blijf met beide voeten op de grond, ondanks de aandacht uit het binnen- en buitenland.”
Het kan raar lopen: ondanks haar studies kwam Sharon Grobben alsnog in het modecircuit terecht. “Na mijn opleiding tot kapster heb ik via het volwassenenonderwijs ook nog boekhouding en secretariaat gestudeerd”, vertelt ze. “Nadien ben ik aan de slag gegaan op een middelbare school, maar net toen nam het modellenwerk flink uitbreiding. De combinatie met een fulltime baan bleek al snel onmogelijk.”
In haar biografie laat Naomi Campbell uitschijnen dat ze als kind al wist dat ze het ooit tot topmodel zou schoppen. Wanneer drong het bij jou door?
Sharon Grobben: “Mijn moeder was vroeger, net als ik, een plussize model. Op die manier ben ik al op jonge leeftijd in het modellenwereldje verzeild geraakt. Van enige ambitie was nochtans geen sprake. Ik ben er altijd van uitgegaan dat ik het nooit ver zou brengen. Ik ben niet groot en daar wordt in modekringen streng op toegekeken. Uiteindelijk heb ik van mijn hobby alsnog mijn beroep kunnen maken.”
Wat zou het alternatief geweest kunnen zijn?
“Moeilijk te zeggen. Ik zou wellicht in de computerwereld zijn terechtgekomen. Ik scoorde altijd goed voor de vakken waar ICT bij kwam kijken.”
Jouw allereerste stappen in de modesector, wat herinner je je daar nog van?
“Mijn eerste opdracht was een modeshow, ik was toen zeven jaar. De jongen naast mij was een pak groter en liep met een stevige tred, zo snel dat ik hem niet kon volgen. En boos dat ik was. Het was een allesbehalve prettige ervaring. Mijn eerste fotoshoot volgde zeven jaar later. Als puber liep ik rond in een gothic outfit. Dat moet de fotograaf in kwestie zijn opgevallen.”
Gothic? Daar valt nog weinig van te merken.
“Die periode is helemaal achter de rug, al draag ik nog altijd graag zwarte kleding. Helemaal verdwenen is ze dus niet.”
Vandaag reikt jouw bekendheid als model tot ver buiten onze landsgrenzen. Wanneer heb je dat voor het eerst gemerkt?
“Op het moment van mijn eerste internationale opdracht. Dat was in 2018, op Gran Canaria, in opdracht van een Duits agentschap. Het aanbod kwam compleet onverwacht. Na die shoot werd ik naar Hamburg gestuurd, voor nog een tweede fotoklus. Het was hard werken, maar die sessies zullen me nog lang bijblijven.”
Opdrachten in de rest van Europa zijn voor jou vandaag geen uitzondering meer. Hoe verlopen die contacten?
“Ik heb in elk Europees land een agentschap dat mijn zaken regelt.”
Hoe groot is de concurrentie, eenmaal je op dat niveau werkt?
“Het is knokken voor elke opdracht. In Duitsland, Nederland en Engeland zijn er nogal wat plussize modellen met wie ik rechtstreeks moet concurreren. En je kan maar beter de klok rond ter beschikking staan, want bij een negatief antwoord bestaat de kans dat ze je nadien nooit meer vragen. Het is niet altijd een lieve wereld.”
Je bent een plussize model, zoals dat officieel heet. Is de modewereld tegenwoordig al wat toleranter tegenover dames met een maatje meer?
“Gelukkig wel. In mijn tienerjaren had ik een maatje 38, vier maten minder dan nu. Ook toen werd ik bestempeld als een plussize model, voor een tienermeisje niet meteen een compliment. Het waren andere tijden. Had je niet de juiste maten, dan kon je het schudden. Maar goed dat er nu meer ruimte is voor diversiteit op de catwalk.”
Maakt de modesector daar oprecht werk van?
“Het gaat de goede richting uit, maar alles kan beter. Kijk naar Zara: een leuke winkel, maar zonder plussize kleding. Dat is jammer. Vandaag zou iedereen in elke kledingwinkel terecht moeten kunnen. Dat geldt niet alleen voor mensen met een maatje meer, maar ook voor kleine mensen, op zoek naar een buitenmaat. Op dat vlak is er nog ruimte voor verbetering. Voor grote ketens zou zo’n uitbreiding niet al te moeilijk mogen zijn.”
Zelf probeer je ook één en ander in beweging te brengen met The Diversity Project, dat focust op body positivity. Hoe staat het daarmee?
“Onlangs hebben we een fotoshoot georganiseerd. Bij de vormgeving hebben we ervoor gezorgd dat alle vrouwen in aanmerking kwamen. Iedereen gelijk en uniek, dat is het uitgangspunt. In 2025 gaan we een catwalk organiseren. Geen klassieke modeshow, maar een flashmob waarbij kleding voor mensen met alle maten wordt getoond. De laatste catwalk vond plaats op de Antwerpse Meir.”
Wat zegt The Diversity Project over jouw maatschappelijke bewogenheid?
“Dat is een moeilijke vraag. Kijk, je leeft maar één keer. Het leven is te kort om je zorgen te maken over hoe je eruit ziet. Na één van onze eerste organisaties werden we benaderd door een meisje met anorexia. Ze worstelde daar al jaren mee, vertelde ze ons, maar dankzij ons project durfde ze zich weer onder de mensen te begeven. Ik weet hoe zij zich voelt. Vandaag zit ik goed in mijn vel, maar ooit was dat anders.”
Wordt schoonheid over het algemeen niet overschat?
“Op een bepaalde manier wel, ja. Het fenomeen fotoshoppen heeft ons daarbij geen dienst bewezen. Kijk naar de meeste celebrities: hun foto’s worden dikwijls ‘onder handen genomen’. Sommige mensen weten dat en kijken daar zo naar, anderen weten dat niet en denken dat al die bekende mensen er écht zo bijlopen.”
Hoe ver kan dat fotoshoppen gaan?
“Ver, geloof me. Ooit nam een vriendin deel aan een fotoshoot voor een bekend magazine. Ze heeft een A-cup, maar verscheen uiteindelijk met een D-cup. Het gaat er soms extreem aan toe. Ook het beeld dat influencers van zichzelf ophangen, is vaak fake.”
Over influencers gesproken: in die rol kon jij intussen al zo’n 470.000 volgers overtuigen. Dat kan tellen.
“Had je me dat enkele jaren geleden gezegd, dan zou ik je voor gek hebben verklaard. Waaraan ik zoveel aandacht te danken heb? Aan mijn modellenwerk, denk ik, maar ook aan het werk dat The Diversity Project al heeft verwezenlijkt. Hoop ik.”
Ook opvallend: je hebt een eigen Wikipedia-pagina. Dat kan niet van alle Vlaamse modellen gezegd worden.
“Voor de goede orde: die heb ik niet zelf gemaakt. (lacht) Maar dat ik zoiets leuk vind, zal ik niet ontkennen.”
Op de socials gonst het van de complimenten over de manier waarop je jezelf presenteert en portretteert. Wat was het mooiste compliment tot dusver?
“Dat ik een mooi gezicht heb. Mensen zeggen me ook wel eens dat ik een positieve invloed op hen heb. Ooit schreef een vrouw dat ze dankzij mijn werk als plussize model weer een bikini durft te dragen in het openbaar. Zo’n berichten laten me niet onberoerd, ze raken me nog altijd.”
En dat voor iemand die door het bekende vrouwenblad Marie Claire werd uitgeroepen tot ‘Woman to watch’ en eerder al werd opgevoerd in Vogue Magazine.
“Ach, ik beschouw mezelf niet als een internationaal model. Ik ben opgegroeid in een liefdevolle familie, op het platteland. Ik ben altijd down to earth gebleven en heb me nooit méér gevoeld dan anderen. Ik weet waar ik vandaan kom.”
Van ver, zou je kunnen stellen, want op jonge leeftijd werd autisme vastgesteld. Op welke manier heeft die diagnose jouw modellenwerk beïnvloed?
“Makkelijker is het alleszins niet geworden. Door mijn autisme ga ik sinds mijn veertiende regelmatig langs bij een psychologe. Met haar bespreek ik zowel mijn werk als de vele situaties waarin ik terechtkom en soms niet weet hoe daar gepast op te reageren. Eén ding is duidelijk: die sessies hebben mij doen openbloeien. Wat altijd moeilijk zal blijven, zijn last minute-wijzigingen. Gelukkig wordt in de modesector alles keurig geregeld, doorgaans tot in de kleinste details. Dat helpt.”
Dat je al behoorlijk wat grenzen hebt verlegd, liet je in een ander interview optekenen. Wat bedoel je daarmee?
“Ik heb in het kader van mijn werk al veel gedaan wat ik in een andere situatie nooit gedaan, laat staan gedurfd zou hebben. Was ik geen model, dan zou ik nooit alleen durven reizen of vliegen. Ik heb letterlijk mijn grenzen verlegd.”
Je bent als model actief voor bekende merken en namen als Hunkemöller, C&A, Etam en het Max Mara-project van Marina Rinaldi. In 2021 liep je ook mee tijdens de Barcelona Bridal Fashion Week. Als buitenstaander ben ik geneigd te denken dat die deelname het voorlopige hoogtepunt is van jouw internationale carrière.
“Die deelname was inderdaad een hoogtepunt, vooral omdat ik het enige plussize model was én omdat de bekende ontwerper Justin Alexander mij uitkoos als één van zijn vijf muzes. Dat was een hele eer.”
Heb jij stiekem een lijstje van mensen of agentschappen van wie je hoopt dat ze jou ooit zullen bellen?
“Niet echt. Of toch: Victoria’s Secret, al is de kans dat ze mij ooit zullen bellen wel bijzonder klein. Ze werken zelden samen met Europese modellen.”
2024 loopt op z’n laatste benen. Kan je terugblikken op een geslaagd jaar?
“Zeker wel. Ik heb samen met mijn moeder de opleiding tot kledingontwerper afgerond. Het voorbije jaar hebben we ook Ellish Beachwear gelanceerd, mijn eigen bad- en strandmode. Daar heb ik jarenlang van gedroomd. Ik mag dus niet klagen.”
Hoe zit het met ambities, in de eerste plaats met het oog op 2025?
“In het voorjaar lanceren we mijn nieuwe badpakkencollectie. En er komt ook weer een flashmob aan, in naam van The Diversity Project.”
Maar eerst mag er gefeest worden. Wat brengt Kerstmis voor jou?
“Veel vrije tijd, die ik het liefst doorbreng met familie en vrienden. Op dat vlak ben ik een echte romantica.”
MEER INFO
www.sharongrobben.com
Instagram: sharongrobben
Locatie fotoshoot: kerstboetiek XMAS by Jan in Turnhout
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.