Wereldreizigers

Martine Vanden Eynde: "Denen hebben een fundamenteel vertrouwen in elkaar"

Gepubliceerd: 29 april 2021  |  Door: Stijn van Osch  |  Onderox editie: 208

LOMMEL/KOLDING — De 38-jarige Martine Vanden Eynde groeide op in Lommel. Bijna 15 jaar geleden ruilde ze de Kempengrond in voor het Zuid-Deense Kolding. Ze woont er met haar Deense man Anders en haar kinderen Jacob (8) en Clara (6), en geeft les in de plaatselijke middelbare school.

Vertel eens, Martine. Hoe komt een Kempense in Denemarken terecht?
Martine Vanden Eynde: “Ik heb Germaanse Talen gestudeerd. Zo kwam ik in 2002 voor het eerst in Denemarken. Ik studeerde er een semester lang linguïstiek aan de universiteit van Aarhus. Na mijn studies woonde ik een paar jaar in Gent en gaf ik Nederlandse les aan anderstaligen. Tot ik via de Nederlandse Taalunie op een vacature botste aan diezelfde universiteit van Aarhus. Het was een contract voor één jaar, maar via contractverlengingen werden dat al snel drie jaren. In tussentijd leerde ik Anders, mijn man, kennen en ben ik blijven hangen.”

Denemarken is wereldwijd gekend om zijn fietscultuur. Hoeveel fietsen hebben jullie in het gezin?
“Wij hebben allemaal een fiets en die wordt inderdaad veel gebruikt. Ik fiets elke dag zeven kilometer heen en terug naar mijn werk. En ik ben niet de enige. Steden zijn echt ingericht op grote stromen fietsers: de fietspaden zijn echt superbreed en duidelijk, en het verkeer is lekker rustig. Zowel automobilisten als fietsers houden zich goed aan de verkeersregels. Dat maakt het voor iedereen veiliger.”

In het World Happiness Report van de VN staat Denemarken steevast bovenin. In de recentste ranglijst doet enkel Finland beter. Hoe komt dat volgens jou?
“Volgens mij zijn daar twee belangrijke redenen voor. In de eerste plaats de ‘work-life balance’. Het is hier echt veel eenvoudiger om werk en gezin te combineren. Bij de geboorte van mijn twee kinderen begon mijn bevallingsverlof telkens 6 weken voor de bevalling, en ik ben in beide gevallen 10 maanden thuisgebleven. Naar Deense maatstaven was dat zelfs kort, want veel moeders blijven een jaar thuis. Ik werk voltijds in een middelbare school, maar kan mijn kinderen elke dag rond 15.30 uur gaan halen. Het gebeurt maar heel zelden dat ik ’s avonds of in het weekend nog moet werken. Ook de naschoolse opvang is goed geregeld: tijdens de zomervakantie — die maar 5 weken duurt — loopt die gewoon door. Er zijn maar twee dagen per jaar dat er helemaal geen opvang voorzien wordt op school.”

Wat is de tweede reden?
“Wederzijds vertrouwen. Denen hebben een fundamenteel vertrouwen in elkaar en in de staat. Als ik een dag of twee ziek ben, bel ik gewoon mijn werk op en zeg dat ik die twee dagen niet kom. Mijn werkgever vertrouwt mij en heeft geen ziektebriefje nodig. Een ander voorbeeld: baby’s doen hun dutjes in de kinderwagen in de buitenlucht. Overal — in carporten, maar ook in winkelstraten voor de deur van een brasserie bijvoorbeeld — zie je kinderwagens met slapende kinderen. Dat kan je je in België toch niet voorstellen? Toen de eerste minister in het begin van de coronacrisis zei dat iedereen moest thuisblijven, deed 90% van de bevolking dat meteen. Die typisch Belgische reflex van ‘doen alsof je luistert en dan toch je eigen zin doen’, komt hier niet zo vaak voor. Hetzelfde met corruptie: dat zie je hier nauwelijks.”

We percipiëren Denemarken heel vaak als een progressief land. Is dat zo? En hoe merk je dat in het dagelijkse leven?
“Het is maar wat je progressief noemt, natuurlijk. Wat mij vooral opvalt, is dat het een heel ‘vrouwelijke’ cultuur is. Vrouwen draaien hier al sinds de jaren ‘70 mee op de arbeidsmarkt, en dat merk je wel, bijvoorbeeld op het gebied van kinderopvang. Mijn moeder zegt altijd dat het haar vooral opvalt op restaurant: daar zie je heel vaak groepen ‘sterke’ vrouwen van alle leeftijden samen eten, maar niet zo dikwijls groepjes mannen.”

Hoe zijn de Denen als volk?
“Denen zijn meer gesloten dan Belgen en hebben dikwijls heel vastgetimmerde vriendengroepen. Voor een buitenstaander is het niet zo simpel om je daar in te wurmen. Maar als je snel de taal leert, gaat het wel beter. Denen zijn fier op hun ‘typisch Deense’ gevoel voor humor, met veel ironie en sarcasme. Daar ben ik zelf ook mee opgegroeid, dus daar heb ik het nooit moeilijk mee gehad.”

Denen verschillen dus niet zo veel van Belgen?
“Goh, op veel vlakken lijkt Denemarken heel erg op België. Het is tenslotte West-Europa. Gezeur en gezaag, dat is ook hier een nationale sport, net zoals in België. Van een grote cultuurschok kan je dus niet spreken. De verschillen zijn eerder klein. Wel typisch is dat Denen heel trots zijn op hun land. Ze vinden doorgaans dat Denemarken het paradijs op aarde is en deinzen er niet voor terug om dat schaamteloos in de verf te zetten: een Deense vlag op tafel tijdens het verjaardagsfeestje van een tweejarige, dat is hier heel normaal. Nu, ik vind het geklaag in Denemarken soms overdreven. Het land is zo goed georganiseerd dat ik als buitenstaander vind dat ze geen reden tot klagen hebben. Ik denk dat ze dat zelf soms ook wel doorhebben. Zoals ik daarnet zei: het vertrouwen in de Deense staat is heel groot. Mensen krijgen waar voor hun belastinggeld: gratis gezondheidszorg, gratis onderwijs. Ze betalen niets voor de opleiding van hun kinderen, zelfs niet aan de universiteit. Elke student krijgt een vaste studietoelage. Voor een universiteitsstudent is dat momenteel zo’n 800 euro. Niet slecht, toch?”

Klinkt goed. De keerzijde van de medaille: er wordt weleens gezegd dat Denemarken duur is. Is dat zo?
“Ja, voor Belgen is Denemarken inderdaad duur. Zelf merk ik dat niet, omdat mijn loon ook hoger ligt dan een Belgisch loon. Maar bezoekers uit België komen wel eens voor verrassingen te staan.”

Laten jullie dingen uit België meebrengen?
“Mijn ouders brengen altijd bier mee, want mijn man is een echte bierliefhebber. Denemarken is ook een bierland, maar België doet beter: dat elk bier zijn eigen glas heeft, vinden Denen bijvoorbeeld heel exotisch. Dingen die hier niet te vinden zijn en die ik mis, zijn witloof, andijvie en witte asperges. Die kunnen moeilijk opgestuurd worden, dus reis ik in het voorjaar altijd naar België om asperges te eten.”

Merk je nog verschillen tussen Belgen en Denen?
Belgen zijn losser en jovialer in de omgang. Spontaner ook. Even een terrasje doen, dat wordt hier niet gedaan. Denen hebben ook niet echt een eetcultuur. In de Deense keuken draait het vooral om kwantiteit: ze eten graag véél. Voor iemand die opgegroeid is in het Bourgondische leven is dat aanpassen. Wat ik ook soms moeilijk vind, is dat mijn vrienden hier een heel ander referentiekader hebben. Ik ben opgegroeid met tv-programma’s als de Droomfabriek en Buiten De Zone. Als ik citeer uit dat laatste, dan herkent een 38-jarige Belg dat meteen. Hier niet, en dat is soms best lastig. Heel soms, in een zwak moment, mis ik zelfs de ruimtelijke ordening in België. Die symboliseert voor mij de chaos van België, die het leven daar wat interessanter en spannender maakt dan in het erg eenvormige Denemarken.” Het Deense woord ‘hygge’ hoor je in Vlaanderen steeds vaker. Wat betekent het? “Denen zeggen altijd dat ‘hygge’ niet vertaald kan worden, en dan antwoord ik: jawel hoor, ‘gezelligheid’ is precies hetzelfde. Hygge betekent: een kaarsje aansteken, onder een dekentje kruipen en een theetje drinken. En dat kan je in België ook. Het wordt als adjectief gebruikt, net zoals gezellig. Het grootste compliment dat je na een feestje kan krijgen, is dat het ‘hyggeligt’ was.”

Wil dat zeggen dat alle huizen supergezellig zijn?
“De huizen zijn hier vooral veel kleiner dan in België. Wij hebben het onze zelf gebouwd — ik blijf een Belgische, he — en buren vinden ons huis van 200 vierkante meter enorm. Denen hebben trouwens géén baksteen in hun maag. Ze houden wel van doe-het-zelf. Heel veel mensen zijn de hele tijd hun huis aan het renoveren. Qua architectuur en inrichting is Denemarken eigenlijk nogal saai: er is een consensus rond wat ‘goede smaak’ is, dus alle huizen lijken op elkaar, zowel buiten als binnen. Zelf vind ik de Deense stijl heel mooi, maar ja, heel monotoon.”

Dus die kenmerkende Deense stijl, die overal geprezen wordt als vintage design, zie je op veel plekken?
“Ja, best wel. Design vind je in heel veel huizen. Ook in openbare gebouwen, trouwens. Scholen, bibliotheken, musea: ze staan helemaal vol designmeubels.”

Deens lijkt me, vooral om te spreken, geen gemakkelijke taal. Duurde het lang voor je jezelf kon behelpen?
“Deens lezen is niet zo moeilijk. Tenminste, als je goed Duits kan. Maar gesproken Deens verstaan, dat is wat anders... En het zelf kunnen spreken, is nog moeilijker. Ik werd gelukkig goed geholpen door een collega aan de universiteit van Aarhus. De eerste zes maanden spraken we Duits met elkaar, daarna alleen nog maar Deens. Denen kunnen heel goed Engels, en in het begin was het moeilijk om Deens te mógen spreken. Ik moest in de winkel bijvoorbeeld echt vragen om mij in het Deens te helpen, want als Denen horen dat je een accent hebt, dan schakelen ze meteen over naar Engels. Nu, na 14 jaar, is de taal geen probleem meer, maar ik heb wel nog altijd een accent. Helemaal Deens zal ik wellicht nooit worden.”

Denk je dat je ooit nog terugkeert naar de Kempen?
“Nee, dat kan ik mij op dit moment niet voorstellen. Ik heb mijn gezin hier in Denemarken. Ik heb een fijne job, leuke vrienden en fijne collega’s. Trouwens, ik denk niet dat ik op de Belgische arbeidsmarkt zou kunnen aarden. De vrijheden die ik hier in Denemarken geniet, zou ik erg missen. Nu, ik kom wel een aantal keer per jaar naar België en mijn familie komt mij hier regelmatig bezoeken. Ik denk dat we elkaar ongeveer om de 2 à 3 maanden zien. Als er geen corona is, tenminste. Toen de grenzen hier in maart sloten, was België opeens heel ver weg. Dat is het nog steeds. Daar heb ik het wel moeilijk mee. Ik mis mijn familie heel erg. In heel 2020 heb ik ze één keer bezocht. Ik hoop dat de pandemie snel achter de rug is, zodat ik weer op bezoek kan komen.”

Meer lezen van Stijn van Osch
Meer lezen over
gelukszoekersreizen

Meer Wereldreizigers

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.