Wereldreizigers

Marjan Van de Water: Geniet van het leven aan de oostkust van de V.S.

Gepubliceerd: 28 januari 2025  |  Door: Nele Caeyers  |  Onderox editie: 249

WARWICK/LICHTAART — Of het ook deels in het Engels kan, het interview, vraagt Marjan Van de Water (50), afkomstig uit Lichtaart, voorzichtig. “Ik spreek al zo lang bijna uitsluitend Engels, het lijkt soms of ik het Nederlands wat verleerd ben”, klinkt het wat bezorgd. Maar kijk, uiteindelijk komt het er nog vloeiend uit, zelfs zonder Amerikaanse tongval.

Jullie avontuur had ook anders kunnen uitdraaien, en dan had je man vloeiend Nederlands gesproken, niet?
Marjan Van de Water: “Dat klopt. Maar zo is het dus niet gegaan. Ik ben hem gevolgd.”

Gevolgd, dat mag je wel letterlijk nemen, want je hebt al een stukje van de wereld gezien.
“We wonen nu in de Verenigde Staten, maar hebben ook al in Australië gewoond, inderdaad. Mijn man Hugh groeide op in San Francisco in de Verenigde Staten en verzeilde omwille van zijn job in Vlaanderen in 2004. Hij was een vertegenwoordiger en verantwoordelijk voor de Europese markten op dat moment. Ik ontmoette hem op de werkvloer, ik was de poetsvrouw in het bedrijf.”

Dat klinkt als één of andere romantische Amerikaanse film!
“Dat was het ook! Het is niet zo dat we echt ‘collega’s’ waren. Maar we merkten elkaar dus wel op. Hugh reisde heel wat af voor het werk, ik hield dan op een kalender de dagen bij dat hij weg was en telde af tot zijn thuiskomst. Heel romantisch, dus. We voelden snel dat het heel goed zat tussen ons en zijn in 2005 al getrouwd. Hugh is enkele jaren ouder dan ik, dus het was nu ook niet zo dat we onbezonnen in een avontuur stapten. We maken wel nog altijd grapjes over ons huwelijk. Hugh sprak amper Nederlands in die tijd. Nog steeds niet eigenlijk, al verstaat hij wel veel. Alle documenten die hij tekende in het gemeentehuis waren echter in het Nederlands. Hij verstond dus niks van wat hij ondertekende die dag. Hij lacht er nog altijd mee en grapt dat hij vermoedt dat we helemaal niet getrouwd zijn. Maar na twintig jaar zijn we nog steeds gelukkig.”

Jullie bleven echter niet lang in de Kempen hangen samen.
“Neen. Hugh kreeg enkele jaren na ons huwelijk de melding dat hij verplaatst zou worden voor zijn werk. Hij kreeg de keuze tussen China of Australië. Voor mij was die keuze snel gemaakt. Ik zag het echt niet zitten om naar China te verhuizen, dus werd het Australië. Het was voor mijn ouders wel even slikken om me te zien vertrekken naar de andere kant van de aardbol, maar we hebben geen kinderen, dus dat maakte het wat makkelijker. Het is niet zo dat ik hen enkele opgroeiende kleinkinderen zou ‘afpakken’. We hebben uiteindelijk tien jaar in de buurt van Melbourne in het zuiden van Australië gewoond. We woonden op het platteland, op een uurtje van de stad. Ik ben een buitenmens en houd niet van de drukte van een stad. Australië was fantastisch. Ik hield enorm van de omgeving waar we woonden en van de dieren die je er vindt. Oké, op de spinnen na dan. Daar was ik geen fan van en die doken op de meest onmogelijke plekken op. Er waren dagen bij dat er van die kanjers in de brievenbus zaten, waarop ik de post wijselijk liet liggen waar hij lag. Plattrappen ging eigenlijk niet, wat dat zorgde voor een vreselijke smurrie. Nee, die spinnen mogen ze hebben. Dan veel liever de slangen!”

Ondertussen hebben jullie Australië én de spinnen ingeruild voor het Amerikaanse platteland.
“Amerikaanse vrienden van ons runden jarenland een zwembadbedrijf, maar het was tijd voor hen om het over te geven. Hun kinderen waren nog niet klaar om de fakkel over te nemen. Daarom vroegen ze lange tijd aan Hugh om de stap te wagen. We hebben in het begin de boot wat afgehouden, we hadden het immers goed in Australië. Maar in 2019 hebben we toch besloten om op het aanbod in te gaan. Ik had dolgraag in Melbourne gebleven, maar soms moet je keuzes maken. We verhuisden naar Warwick, een klein stadje op een uurtje rijden van New York. We wonen opnieuw rustig, op de boerenbuiten. De streek hier staat bekend om zijn boom- en wijngaarden, we produceren groentes, fruit en vlees. Het is hier groen en heel rustig. Mijn ouders stonden versteld van de natuurpracht hier, toen ze voor het eerst op bezoek kwamen. Het is ook bergachtig en we hebben zelfs een skigebied. Toen ik de eerste keer met de hond ging wandelen, merkte ik meteen dat het aardig klimmen was rond ons huis. We zitten niet zover van Manhattan, maar mensen denken natuurlijk alleen aan die grote stad wanneer ze horen dat we ‘in de buurt van New York’ wonen. Maar Warwick is dus helemaal anders. Het is hier ook veilig. Het ergste dat hier gebeurt, is dat iemand die te dronken is om te rijden toch in de auto stapt. Geen maffiatoestanden zoals in de Bronx waar ze in het restaurant de rekening in je oor komen fluisteren en je alleen cash kan betalen. Zoals ik al zei, we zijn geen stadsmensen. Onlangs moest ik naar New York om mijn paspoort te laten vernieuwen. Ik kan er dan niet snel genoeg weer weg zijn.”

Maar Warwick bevalt je wel?
“Zeker wel. Ik pas me altijd snel aan. Een ander land, een andere job, het blijft wat spannend maar ik vind het allemaal prima. Hugh heeft nu de leiding over het zwembadenbedrijf en ik vul mijn dagen als personal shopper in een lokale supermarkt. Ik doe dus boodschappen voor andere mensen. Dat is iets wat hier al heel lang bestaat en waar veel mensen gebruik van maken. In België komt het nu de laatste jaren ook wel op, merk ik. Warwick telt ongeveer 6.500 inwoners, je komt dus altijd dezelfde mensen tegen. We zijn nu vijf jaar in Amerika en hebben onze draai wel gevonden. Ook onze hond heeft het hier naar zijn zin, we kunnen hier prachtige wandelingen maken. En wat de dieren betreft: hier is het uitkijken voor iets grotere dieren dan spinnen. We hebben beren in de buurt, grote zwarte beren. Vooral in de periodes dat ze in hun winterslaap gaan of eruit komen, is het opletten geblazen. We merken het meteen aan het vuilnis wanneer ze in de buurt zijn: wanneer de vuilnisbakken omliggen, zijn er beren te spotten. Elke keer dat we de hond uitlaten moeten we eerst goed rondkijken om te zien dat er geen beer in de tuin zit. Een paar weken geleden hadden we er nog eentje op bezoek. Gelukkig vertrok hij toen de hond begon te blaffen. En als die beer weg is, worden we soms getrakteerd op hertjes in de tuin. Heel bijzonder!”

Amerikanen zijn niet meteen honkvast. Wat zijn jullie plannen voor de toekomst?
“Hugh is afkomstig van Californië, zijn broer woont nu in Seattle, zijn zus in Texas. Wij wonen in het oosten. We zitten dus echt verspreid over alle windstreken, maar dat is normaal in Amerika. Tijdens de feestdagen merk je hoe mensen heel het land doorkruisen om familieleden te bezoeken. Dat is iets wat wij als Kempenaren niet kennen. Wij moeten vaak amper naar het volgende dorp. Maar dat heeft zeker zijn charme. We zijn nu zo’n twintig jaar uit België weg en denken er stilaan aan om terug te keren. Hugh gaat richting zijn pensioen en dan kan het weer alle kanten uit. We houden alvast de huizenmarkt in Vlaanderen in de gaten om te weten wat het aanbod is. Mochten we wat naar onze zin vinden, kunnen we nog zien wat we doen. Er is geen haast bij, maar we houden graag alle opties open. We moeten ook nog zien wat de nieuwe president gaat geven. We zijn er niet helemaal gerust in en zullen moeten afwachten wat er gebeurt. Er wordt heel veel gezegd en geschreven, maar toch… We zullen zien of het zo’n vaart loopt.”

Jij zou dan terugkeren naar je roots, maar voor je man is het dan toch een hele stap?
“Dat klopt, maar hij beseft ook dat Vlaanderen een goede plek is om te wonen. Het sociale vangnet in Vlaanderen is heel goed. Ook in Australië trouwens. Maar in Amerika is het andere koek: hier moet je blijven werken om in orde te zijn met je ziekteverzekering, leuk of niet. En pas afgestudeerde jongeren beginnen aan hun ‘echte leven’ met een berg studieschulden. Het systeem is gewoon fout. Maar er zijn nog andere redenen om terug naar Vlaanderen te keren: de goede bakkers, onder andere! Ik heb het wel gehad met het supermarktbrood uit een plastic zak. En geef mij maar een krokante pistolet in plaats van die zachte broodjes van hier. Lokale boerderijen doen tegenwoordig wel hun best met bijvoorbeeld zuurdesembrood, maar dan nog… Wat we wel hebben: één van de beste ijsjeszaken van heel de Verenigde Staten en misschien wel van de hele wereld! Bij Bellvale Creamery serveren ze ijsjes van eigen koemelk, rechtstreeks van de boerderij naar de klant, dus. Hemels ijs bij een prachtig uitzicht over de Hudson vallei. Ze bakken er ook de hoorntjes zelf!”

Dat klinkt alsof je het toch nog naar je zin hebt in Amerika.
“Ja hoor, we hoeven echt morgen nog niet te verhuizen. Het is hier een mooie plek, ook de toeristen weten dat. In de herfst loopt het hier vol voor het Warwick AppleFest, een festival met een grote boerenmarkt, optredens en animatie. Mensen komen van ver voor het feest. Alles wat van ver of dichtbij met appels te maken heeft, vind je er. De sfeer zit altijd goed. Met oudjaar hebben we zelfs de ‘Apple Drop’, naar het voorbeeld van New York, waar ook een grote bal al aftellend naar het nieuwe jaar naar beneden komt. En ook het weer zit hier mee. De winters zijn wat kouder, maar de zomers zijn warm. En vochtig: dan heb ik plots krullen! (lacht) Het is zo eens wat anders. We zitten op zo’n zes à zeven uur vliegen van Brussel, het is dus ook het eind van de wereld niet. We zien wel wat de toekomst ons brengt. En ondertussen blijf ik mijn valies volsteken met chocolade en de verschillende chipssmaken die we in België hebben!” (lacht)

Meer lezen van Nele Caeyers
Meer lezen over
gelukszoekers

Meer Wereldreizigers

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.