Wereldreizigers

Kristof Sas: “De Efteling is één en al betovering”

Gepubliceerd: 1 februari 2024  |  Door: Peter Briers  |  Onderox editie: 238

VOSSELAAR - Al vijf jaar pendelt Kristof Sas om de haverklap tussen Vosselaar en de Efteling in het Nederlandse Kaatsheuvel, waar hij werd ingelijfd als taalcoach en horecamedewerker. Waarom de 45-jarige onderwijzer zo in de ban is van het land van Holle Bolle Gijs? “Het zit ‘m in de betovering. Ook al word ik ouder, ik ben en blijf geboeid door wat zich in het park afspeelt.”

Kristof Sas is volop in de weer als we hem opzoeken in Het Witte Paard, een drukbezocht restaurant in het Nederlandse familiepark. “Ik werk vooral hier, maar kan eigenlijk overal ingezet worden”, steekt de Kempenaar van wal. “Dankzij de juiste kwalificatie zou ik ook kunnen assisteren aan één van onze attracties, bijvoorbeeld. Er zijn binnen dit bedrijf mogelijkheden genoeg om door te groeien.”

Laten we beginnen bij het begin: hoe komt een Belg in de Efteling terecht?
Kristof Sas: “Ik ben al meer dan twintig jaar actief in het onderwijs, maar sinds 2008 werk ik ook mee aan allerhande evenementen, zoals het jaarlijkse optreden van radiozender JOE in de Winter Efteling. Het is in de nasleep van dat evenement dat ik de kans heb gekregen om drie dagen stage te lopen. Ik heb toen alle afdelingen binnen het park verkend: van de attracties, de gastenservice en de vele horecazaken tot de winkels waar de merchandising wordt verkocht. Na mijn stage ben ik vrijwel meteen aan de slag mogen gaan. De parkleiding wilde Vlaamse medewerkers inschakelen om tijdens de Belgische schoolvakanties landgenoten op te vangen, ook de Franstalige bezoekers.”

Nederlanders en de Franse taal, dat gaat soms moeilijk samen. Jou lukt het dus wel?
“Mijn talenkennis heeft inderdaad in mijn voordeel gespeeld. Dankzij mijn ervaring in het onderwijs ben ik zelfs taaltrainer kunnen worden. Samen met Merlijn, een Nederlandse collega, geef ik in het park twee opleidingen: een basistraining en een cursus ‘Betovering voor gevorderden’.”

Een Vlaming in een Nederlands pretpark, voelt dat niet aan als een vreemde eend in de bijt?
“Eigenlijk niet. Integendeel zelfs: ik voel me heel geliefd. De kracht zit vooral in de gastvrijheid die het personeel aan de dag legt. Naar alle bezoekers toe, maar ook binnen het team zelf, onder elkaar.”

Uit goede bron weten we dat de Efteling niet over één nacht ijs gaat bij het rekruteren van zijn personeel. Heb jij dat ook gemerkt?
“Vooraleer ik aan de slag kon gaan, heb ik de nodige kwalificaties moeten behalen. De gouden veer op mijn uniform, die verwijst naar de basiskwalificatie, was de eerste die ik op zak mocht steken. Ik heb daar toen echt voor moeten studeren. Je krijgt de dingen niet zomaar.”

Er zou zelfs sprake zijn van een heus Efteling-examen.
“In grote lijnen komt het hierop neer: je moet weten waar de Efteling voor staat. Voor betovering, dat zeker, maar het woord houdt meer in dan dat alleen. Openheid, respect, eerlijkheid en gastgerichtheid zijn de belangrijkste pijlers.”

In welke mate komen jouw lerarenskills van pas bij het uitoefenen van jouw taken?
“Je moet goed kunnen omgaan met mensen die vragen hebben of die met een specifiek probleem worstelen. Daar komt soms veel geduld bij kijken. Een goed contact met onze gasten vereist dus de nodige ‘social skills’. Maar voor die inspanning krijg je ook veel terug. In de ogen van veel kinderen maak je als medewerker deel uit van de grote magische wereld die de Efteling voor hen is, vooral als je hen rechtstreeks aanspreekt. De verwondering in de ogen van die jonge bezoekers, die is onbetaalbaar.”

Betovering: in de Efteling raken ze er maar niet over uitgepraat. Wanneer voel jij ze zelf ook?
“Als ik ‘s morgens het lege park binnenwandel, bijvoorbeeld. Ik hoor dan de vogels fluiten en zie de eekhoorns lopen. Tijdens de zomermaanden vind ik het ook magisch om na de opening plots die enorme mensenmassa op gang te zien komen. Ik blijf dat geweldig vinden.”

Ik had intussen al een beetje Nederlandse tongval bij jou verwacht, maar dat valt tegen.
“Ik spreek gewoon met een Vlaams accent. Of beter: een Kempens. (glimlacht) Mijn collega’s moeten dikwijls lachen om specifieke woorden die ik gebruik. ‘Amai’, bijvoorbeeld, of ‘awel’. Daar wordt altijd met de nodige humor op gereageerd. Ook mijn benaming voor bepaalde gerechten zorgt wel eens voor hilariteit. Het Vlaamse vol-au-vent tegenover het Nederlandse kippenragout, om er maar eentje te noemen. Of het koninginnenhapje. Dan komen ze niet meer bij van het lachen.”

Wat opvalt is het aanstekelijke enthousiasme waarmee je over de dingen vertelt. Is dat het Efteling-effect of is dat gewoon wie jij bent?
“Ach, ik probeer alles met veel enthousiasme te doen. Ik doe iets of ik doe het niet. Punt. Er is al genoeg middelmatigheid in de wereld, daar wil ik niet nog een extra steentje aan toevoegen. Ik leg de lat graag hoog.”

Even terug in de tijd. Wat weet je nog over jouw allereerste ervaring in de Efteling, als kind?
“Mijn ouders lieten ons elk jaar kiezen: samen naar de kermis of een bezoek aan de Efteling. De beslissing was snel genomen. Die kermis kon later altijd nog. Ik weet nog dat ik tijdens ons eerste bezoek vooral onder de indruk was van de grootte van het park. Ik vond het overweldigend. Nu ik ouder ben, lijkt alles kleiner, maar de betovering is er nog altijd. Langnek is niet meer de gigantische reus die hij voor mij als kind was, maar de charme die van hem uitgaat is nooit weggegaan. Weet je wat het is? De Efteling creëert een totaalbeleving, zowel voor kinderen als voor volwassenen. Net dát trekt mij zo aan. Op deze plek blijft alles zoals het altijd al is geweest. Dat vinden ook volwassenen buitengewoon charmant. Neem nu Holle Bolle Gijs: die is nog altijd op post, ook na zoveel jaren. Er zijn nog zekerheden in het leven, zeker in de Efteling.” (lacht)

Wat heeft het park nog meer dat andere pretdomeinen minder of niet hebben?
“De Efteling is sterk in het uitbeelden en vertellen van verhalen, en slaagt er altijd in om het moment te ‘pakken’. Roodkapje, bijvoorbeeld, die klaar staat om het huisje van grootmoeder binnen te gaan, terwijl de wolf likkebaardend zit te wachten. Of Sneeuwwitje, die roerloos in haar kist ligt terwijl zeven dwergen snikkend om haar heen staan. En nog een laatste: Repelsteeltje, die zijn naam zegt terwijl de lakei aan de deur staat te luistervinken. Wat bezoekers in het Sprookjesbos te zien krijgen, zijn telkens de kantelmomenten uit die zorgvuldig geselecteerde sprookjes. De exacte uitbeelding ervan maakt het allemaal zo sterk.”

Jouw eerste termijn van vijf jaar zit erop. Wat mag de toekomst in de Efteling jou nog brengen?
“Waar ik op hoop, is een plek aan de front office van het nagelnieuwe Efteling Grand Hotel, dat in 2025 zijn deuren zal openen op het domein. Of bij een van de andere verblijfsaccommodaties. Dat zou ik echt graag willen doen.”

MEER INFO
www.efteling.com

Meer lezen van Peter Briers
Meer lezen over
vakantie

Meer Wereldreizigers

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.