Wereldreizigers

Kaat Bruggeman: de reismicrobe verslaat de leergierigheid

Gepubliceerd: 28 september 2021  |  Door: Jef Aerts  |  Onderox editie: 212

BALEN – Eventjes geen universiteit voor Kaat Bruggeman (18). De cursussen blijven nog een jaartje aan de kant. Want Kaat wil een fiks deel van de wereld gaan bereizen voor ze zich weer in het schoolse gareel hijst. Een nauwgezette planning zet ze daar niet voor in de steigers, het grootste deel zal improvisatie zijn. Maar net dat trekt haar aan. Zeggen dat Kaat een driesterrenplantrekker is, staat gelijk aan het intrappen van een open deur.

Kaat Bruggeman is besmet. Niet door een of ander virus, want ze heeft net de nodige preventieve prikken en testen achter de rug. Omdat de wisser nogal diepgaand was, snottert ze even rond met zakdoekjes, maar dat kan de pret niet drukken. Neen, Kaat is gebeten door een reis- en ontdekkingsvirus. Daarom wil ze tussen haar humaniora en de universiteit een jaar inlassen om grote delen van de wereld te ontdekken en veel nieuwe mensen te leren kennen. Op dit ogenblik is er tegen het reisvirus van Kaat geen vaccin opgewassen.

Hoe situeer ik jouw schoolse carrière tot hiertoe?
Kaat Bruggeman: “De hele lagere school zat ik op de Bosmier in Balen. Ik zat er een jaar bij mijn mama in de klas en een jaar bij mijn tante. Voor het middelbaar ben ik overgestapt naar het Rozenberginstituut in Mol. Daar ben ik begonnen in de richting Moderne Talen. Later ben ik overgestapt op Economie-Wiskunde. Maar toen bleek dat wiskunde toch niet meteen mijn ding was, werd het tentslotte Economie-Talen. Laat me stellen dat talen me toch beter liggen.”

Was jij de leerling die dolgraag naar school ging?
“Bwa, niet echt! Pas op, ik kon best wel mee, de leerstof kon ik de baas, daar niet van. Maar echt graag naar school gaan, dat deed ik niet. De uren duurden me te lang, we moesten ook te vaak lang wachten. Ik dacht steevast bij mezelf ‘laat ze allemaal maar doen, ik zit het wel uit tot ik weer naar huis kan’. Laat het nu ook weer niet al te negatief overkomen. Ik heb op school best veel goede vrienden gemaakt. We gingen ooit eens met bootjes varen op de Nete, vlak bij de school, zoiets dat vond ík dan weer superplezant.”

Blijkbaar zit reizen echt wel in je bloed. Ik laat me vanuit welingelichte, ouderlijke bron vertellen dat je op je veertiende al de hort op ging. Richting Malta.
(lacht) “Ik denk dat ik zelfs nog jonger was. Ik was als kind al wel vaker op reis geweest met Kazou (reisorganisatie voor jongeren van de CM, nvdr.). Als dertienjarige had ik het in mijn hoofd gehaald om in mijn eentje mee te gaan op een groepsreis naar Malta. Ik heb het hele opzet stilletjes volledig uitgeschreven. Ik had er zelfs een heuse powerpointpresentatie van gemaakt. Daar kwam ik bij mijn ouders letterlijk tussen de soep en de patatten mee aanzetten. En omdat ik een begripvolle ma en pa heb, kreeg ik het ouderlijke fiat.”

En dat was meteen een meevaller?
“Ja en neen! Van de hele groep waarmee ik op reis vertrok, kende ik niemand. Italianen, Spanjaarden, Russen… En ik had op school nog geen Engels, dus communiceren was er niet meteen bij. Op de luchthaven kwam niemand mij ophalen. Omdat ik nog zo jong was, heb ik drie uur op het kantoor van de directeur van de luchthaven gezeten. Toen alles uitgeklaard was, werd ik met een taxi naar de kampplaats gebracht. De tweede dag had ik er nog geen vrienden gemaakt. Tot een groepje Spanjaarden zich mijn lot aantrokken en me integreerden in hun groep. En zo is dat toch een leuke vakantie en een geweldige belevenis geworden.”

En zo heb je ondertussen al een aardig stukje van onze wereldbol gezien, niet?
“Toen ik zestien was, ben ik eens met een vriendin naar Disneyland Parijs geweest. Dat was een plezant tussendoortje. Verder ben ik dan toch ook al naar Malta geweest, naar Hongarije, naar Spanje, naar Bulgarije, Tunesië, Kreta… Maar het ergst van al is dat we onze klassieke Romereis moesten missen door corona. Dat is iets wat wij nooit nog zullen kunnen overdoen. En dat is dus doodzonde! Gelukkig heb ik tijdens de coronacrisis al wat Spaans gestudeerd, dus dat gaat me binnenkort wel van pas komen.”

Dat doet me eraan denken, met welke talen behelp je je op je reizen?
“Meestal is dat toch wel Engels. Ik spreek ook Frans en Duits, maar dat is al iets anders. Ik kan dat wel lezen en ik versta het ook, maar als je het moet spreken, met al die naamvallen, dan twijfel je zo en dan wordt het moeilijk. En nu dus een mondvol Spaans. En als dat niet lukt, is het wijzen en gebarentaal. (lacht) Dat is me nog nooit ergens tegengevallen.”

En gulle ma en dito pa sponsoren al dat gereis?
“Neen! Het merendeel van al mijn reizen heb ik zelf betaald. Centen die ik verdiend heb met vakantiejobs allerhande. Tot babysitten toe. Ik heb zelfs nog eens een jaartje een vakantiejob gedaan in de hengelsportwinkel van mijn pa. Dat was heel leuk zolang er klanten in de winkel waren. Maar als het dan even stil viel, dan verveelde ik me weer. Maar ik zorg wel voor mijn eigen centen, hoor.”

Weet je eigenlijk al waar het volgende jaar je naartoe gaat brengen?
“Dat staat helemaal nog niet vast. Zeker wel eens terug naar Budapest en ook Macedonië was een meevaller. En dan eens uitwijken naar Albanië misschien? Vanaf september zou ik graag een tweetal maanden de druivenpluk in Frankrijk willen beleven. Ik denk daar nooit te veel bij na, het is steevast een directe beslissing. Bij het improviseren is er bij mij nog nooit iets fout gelopen, dus daar houd ik me aan. Of ik ga voor cultuur? Dat boeit me wel, dan zit ik altijd te vergelijken met België. Maar ik houd er ook van om contacten te leggen met de mensen, dat is wat me boeit.”

Ben je soms bang of ongerust tijdens al je reizen? Speelt heimwee een rol?
“Van heimwee heb ik echt geen last, ik heb nog niet veel gesnotterd in mijn zakdoek. Enkel die eerste keer in Malta was het vreemd dat ik even geen Nederlands kon spreken, maar ik zet me daar vlot over. Bang ben ik eigenlijk niet. Toen ik recent in Macedonië was, liep je daar ‘s avonds heel gerust over straat. De mensen zaten er buiten, praatten er met mekaar, de kinderen lachten en speelden. Ik heb het trouwens nog nooit – hout vasthouden – meegemaakt dat er iets van me gestolen is op reis. Ik voel me eigenlijk veiliger daar dan in mijn eigen land.”

Ga je je studies weer opnemen na een jaartje globetrotten?
“Uiteraard wel, ik besef dat het zonder diploma niet makkelijk is op de arbeidsmarkt. Mogelijk ga ik aan de KU Leuven psychologie studeren. Dat ligt me wel, maar ik ben nog niet helemaal zeker.”

Geniet van je reizen en stuur een kaartje!
“Doe ik!”

Meer lezen van Jef Aerts
Meer lezen over
reizen

Meer Wereldreizigers

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.