Talent van eigen bodem

Michiel Nevelsteen tilt paardensport naar hoger niveau

Gepubliceerd: 14 december 2023  |  Door: Stef Geeraerts  |  Onderox editie: 237

GEEL — Koud herfstweer of niet, Michiel Nevelsteen (20) is in zijn vrije tijd dagelijks terug te vinden op de buitenpiste tussen de mooiste landschappen in Geel. Daar traint hij op hoog niveau voor zijn nieuwste uitdaging in de paardensport: deelnemen aan de Grand Prix in de categorie U25, de categorie voor jongeren tot 25 jaar. We ontmoeten Michiel tijdens één van zijn trainingen. “Je kunt een duur paard kopen, maar je moet ook talent hebben om het paard op te leiden.”

Hoe is je liefde voor de paardensport begonnen?
Michiel Nevelsteen: “Op mijn zesde begon ik met paardrijden op een Shetlander, dat is een pony die al 35 jaar oud is. In het begin was ik bang voor paarden omdat ik er geen controle over kon uitoefenen, maar met de steun van mijn ouders heb ik mijn angst overwonnen. Toen mijn pony onverwacht een blessure kreeg, maakte ik op mijn dertiende de overstap naar een grotere pony. Dat was het moment waarop ik echt de klik maakte. Ik begon hard te trainen en streefde naar het hoogste niveau binnen de Landelijke Rijvereniging, een vereniging die bestaat uit verschillende paardrijclubs verspreid over de hele provincie. Vanaf mijn zestiende ruilde ik mijn pony in voor een groter paard. Dat was een grote stap die je niet moet onderschatten. Ik ben zeer competitief en wist al snel op hoog niveau in de dressuurwereld te presteren.”

Je paard heet Lars van ‘t Kristoffelhof. Hoe hebben jullie elkaar voor het eerst ontmoet?
“Paarden hebben altijd een belangrijke rol gespeeld in onze familie. Zowel mijn vader als grootvader zijn al lange tijd actief in de paardenwereld. Mijn grootvader begon destijds met boerenpaarden en ook mijn vader reed al bij de Landelijke Rijvereniging, waarna hij de overstap maakte naar de wereld van de springpaarden. Momenteel ligt de focus vooral op het fokken van dressuurpaarden. Ook Lars, mijn eigen paard, hebben we zelf gefokt. Intussen heb ik hem overgenomen en verder naar een hoger niveau getraind.”

Je hebt je gespecialiseerd in dressuur. Wat mogen onze lezers daaronder verstaan?
“Je voert verschillende oefeningen uit met je paard, waardoor je aan een jury laat zien dat je je paard volledig beheerst en punten krijgt op je prestatie. Momenteel sta ik in de Belgische top vijf van ruiters in mijn leeftijdscategorie. Bovenaan eindigen zal moeilijk worden, omdat de concurrentie groot is, maar ik blijf er alles aan doen om zo hoog mogelijk te geraken.”

Je traint je paard zelf. Heb je ambitie om trainer te worden?
“Dat zou ik echt heel graag doen. (glundert) Momenteel combineer ik het paardrijden met mijn studie Bouwkunde, waardoor ik er minder tijd voor heb, maar ik heb al verschillende trainingscursussen in dressuur gevolgd. Als ik andere ruiters kan helpen om hun kennis te verbreden, wil ik dat zeker doen. Door veel te trainen leer je probleemoplossend denken, waardoor je een andere kijk krijgt op de paardenwereld.”

Paardensport is dus wel degelijk een sport?
“Mensen die beweren dat paardensport geen sport is, begrijpen er niets van. Er komt veel meer bij kijken dan je zou denken. Lars is nu dertien jaar oud en traint nog dagelijks om verder te komen in de paardensport. In de toekomst wil ik ook graag de Grand Prix rijden. Ik ben al bezig met de training van ‘So Secret’, de opvolger van Lars, waarmee ik in de toekomst de Grand Prix wil rijden.”

Hoe moeilijk is het om je mannetje te staan in de paardenwereld?
“Je werkt met dieren, dus je bent altijd afhankelijk van je paard. Dat maakt het moeilijk, maar dat is in elke sport zo. Zowel ikzelf als mijn paard moeten in topvorm zijn. Je paard leren kennen is niet vanzelfsprekend, maar door de jaren heen gaat dat steeds beter, waardoor je kan streven naar een hoger niveau.”

Is er nog plaats voor nieuw, jong talent?
“Er zijn veel mensen in de paardensport die recreatief rijden, maar in de dressuursport zijn mannen in de minderheid. Er is altijd behoefte aan jong talent in de paardensport, al is dat niet voor iedereen vanzelfsprekend. Je moet niet alleen beschikken over het juiste paard, maar ook over de nodige accommodatie.”

Klopt de stelling dat paardensport enkel is weggelegd voor rijke mensen?
“Dat hangt van het segment af waarin je actief bent. Op landelijk niveau is dat nog niet het geval, maar nationaal speelt geld wel een belangrijke rol. Dan betaal je hoger inschrijvingsgeld en word je ook geconfronteerd met extra kosten, zoals keuringen en verplaatsingskosten. Omdat we onze paarden zelf fokken, blijft het gelukkig betaalbaar voor ons, waardoor ik kan blijven trainen. Je kan een duur paard kopen, maar je moet ook talent hebben om het paard op te leiden. Het zal misschien langer duren voor mij om op hetzelfde niveau te komen, maar ik doe het allemaal zelf.”

Naast trainen ben je elke dag in de weer met de verzorging van je paarden?
“Klopt, het is belangrijk om je paarden goed te verzorgen. Daarom zorgen we ook voor ons eigen hooi, waarvoor we gebruikmaken van onze eigen velden. Hierdoor kunnen we de mest van onze paarden gebruiken om beter gras te krijgen en er later hooi van te maken. Op die manier zijn we zeker van kwalitatieve voeding.”

Je vertoeft ook regelmatig in het buitenland?
“Toen ik met de Europese kampioenschappen begon, heeft mijn vader zelf een mobilhome gemaakt om naar de wedstrijden te reizen. We trokken al naar Spanje, Hongarije, Frankrijk, Nederland, Duitsland. Als ik nu terugkijk op hoe ik in het nationale circuit ben begonnen, schrik ik er wel van hoe ver ik nu sta. Ik werk hard om op een hoog niveau te geraken en ben mijn ouders en grootvader heel dankbaar voor de steun. Als ik op wedstrijd ben, moeten alle paarden thuis ook verzorgd worden.”

Wat is het geheim van je succes volgens jou?
“Ik kijk vaak naar andere mensen uit de paardensport en volg ook regelmatig zelf trainingen. Mijn eerste trainer heeft me technisch heel goed leren rijden, waardoor ik de overstap naar het nationale circuit heb waargemaakt. Ik heb er veel van geleerd, maar na een tijdje bleef ik op hetzelfde niveau hangen, waardoor ik niet kon doorgroeien. Sindsdien wissel ik af en toe van trainer om een frisse kijk te behouden.”

Over welke capaciteiten moet een goede ruiter beschikken?
“Paardrijden is voelen. Gevoelloos op je paard zitten lukt niet. Ook paarden hebben wel eens een mindere dag. Als ik stress heb, voelt Lars dat ook. Sommige paarden presteren beter onder druk, maar Lars durft wel eens de ezel uithangen om mij te testen. (lacht) Door rustig te blijven, en jezelf niet kwaad te maken, kan je vaak verder geraken. De manier van aanpak is belangrijker voor mij. Doorheen de jaren heb ik geleerd dat ontspanning tussen paard en ruiter zeker zo belangrijk is.”

Hoe voelt het als je paard je in de steek laat?
“Teleurstellend, maar het blijven dieren. Soms zorgen externe factoren ervoor dat paarden in paniek slaan, maar zolang het niet met opzet gebeurt, is er voor mij geen probleem. Je moet ook een beetje geluk hebben.”

Hoe los je het dan op als het misloopt?
“Meestal neem ik die werkpunten mee in de training. Dan leer ik zelf ook naar oplossingen zoeken om die fouten in de toekomst te voorkomen. Het is vooral belangrijk om zelf rustig te blijven.”

Wat wil je nog bereiken in de toekomst?
“Ik zou graag mijn beroep maken van het leven tussen de paarden, maar echt leven van de paardenwereld is moeilijk. Door onze paarden zelf te fokken, proberen we de paardensport betaalbaar te houden. Daarnaast wil ik mijn eigen kennis doorgeven aan mensen. Paarden zien opgroeien in stijgende lijn geeft veel voldoening. Momenteel train ik zelf om deel te nemen aan de Grand Prix. Dat is een heel hoog niveau waar de communicatie met je paard echt goed moet zitten, omdat de oefeningen veel complexer zijn.”

Meer lezen van Stef Geeraerts
Meer lezen over
sport

Meer Talent van eigen bodem

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.