Talent van eigen bodem

Louise Van Regenmortel: op weg naar de wereldtop met vallen en opstaan

Gepubliceerd: 16 december 2021  |  Door: Peter Meulemans  |  Onderox editie: 215

HERENTHOUT — We moeten eerlijk zijn, tumbling en trampoline passeren niet zo vaak de revue bij Sporza en Sportweekend. Nochtans hebben we daar in België heel wat toppers rondlopen. Zo behaalde het Belgische damesteam in november van dit jaar een zilveren medaille op het WK Tumbling in Bakoe in Azerbeidzjan. Ze moesten enkel de Françaises laten voorgaan. Eén van die dames is de achttienjarige Louise Van Regenmortel uit Herenthout. “Die tweede plaats was héél, héél onverwacht en daarom des te mooier”, aldus de bijna-wereldkampioene.

Louise Van Regenmortel studeert in de richting Industrieel Ingenieur van de KU Leuven. Het is haar eerste jaar. Best spannend dus want de examens komen er stilaan aan. Toch heeft ze nog even tijd voor Onderox Magazine. En toegegeven, ze ziet er ontspannen uit. Even decompressie na de fantastische dagen van het wereldkampioenschap in Bakoe. Toch zit ze met haar hoofd ook al bij de Europese Kampioenschappen in Rimini in Italië. Maar eerst nog even genieten. Ook en vooral van de kerstdagen.

Louise, mag ik je eerst en vooral een hele, hele dikke proficiat toewensen voor jullie prachtige prestatie op de afgelopen wereldkampioenschappen. België is trots op jullie!
Louise Van Regenmortel: “Dankjewel. Het was inderdaad fantastisch. Alles viel perfect in de plooi. We vertrokken met de doelstelling om de finale te halen. Maar een podiumplaats leek ver buiten bereik. Het is één van de eerste keren dat België een damesteam kon afvaardigen. De andere landen, zoals Frankrijk, Groot-Brittannië, Rusland en de Verenigde Staten, staan al vele jaren aan de top. Zij kennen het klappen van de zweep. Voor ons was het allemaal nog relatief nieuw. Je kan je dus wel voorstellen hoe blij we waren met dit resultaat. Je kan je op zo’n moment echt geen enkel foutje veroorloven. En dat lukte bij ons allemaal wonderwel. Fantastisch!”

Je glundert nog steeds. Het was ook live te volgen op tv. Dat gebeurt niet zo vaak.
“Klopt. Turnen in het algemeen, en zeker tumbling en trampolinespringen, komt niet zo vaak aan bod. Nu, met het succes van Nina Derwael merk je wel beterschap. Maar er is nog werk aan de winkel. Het nationale team in Bakoe bijvoorbeeld telde ook drie mannelijke atleten. Zij trainen ook, net als wij, keihard om zich te kwalificeren voor het wereldkampioenschap. Dan doet wat extra aandacht zeker deugd.”

Over trainen gesproken. Hoe vaak ben je in de sporthal te vinden?
“Tja, dat zijn veel uren natuurlijk. In het weekend loopt dat toch vaak op tot een zestal uren. Door de week een tiental uren. Daarnaast zijn er ook nog de trainingen met het nationale team. Dat is niet het ganse jaar door even intensief, maar die staan gepland in functie van de wedstrijden. Nu, net na de wereldkampioenschappen, is het dus wat rustiger. Zo kan ik mij ook wat voorbereiden op de examens.”

Een mens zou zomaar vergeten dat je nog naar het school gaat. Is het allemaal te combineren?
“Ja, dat lukt wel. Al mis ik af en toe wel wat lessen natuurlijk. Maar ik ben nu volop bezig met de voorbereidingen op de examens. Het is mijn eerste jaar aan de KU Leuven, in de richting Industrieel Ingenieur. Maar ik heb er vertrouwen in. Het komt goed. (lacht) Al weet ik nog niet zeker wat ik na mijn studies wil doen. Ik heb vooral voor deze richting gekozen omdat verschillende vakken, zoals fysica, me erg interessant lijken. We zien wel hoe het daarna loopt."

Heb je nog wat tijd om tussendoor te genieten van de feestdagen?
“Ik hoop het wel. Als corona niet te veel roet in het eten gooit tenminste. Ik hou wel van deze periode. Het is een leuke tijd. Dus ik ga er zeker van genieten, rustig met de familie aan tafel. En tussendoor studeren.”

Ben je net als vele jonge meisjes al van kindsbeen af aangesloten bij de turnkring?
“Inderdaad. Eerst zag het er naar uit dat ik me meer ging toeleggen op ‘artistieke gymnastiek’, dus meer het toestelturnen. Maar het was duidelijk dat ik zeer explosief was en het meer van mijn kracht moest hebben dan van mijn pure lenigheid. Dus lag een overstap naar tumbling voor de hand. Daar komt mijn power beter tot haar recht.”

Heb je nog progressiemarge, denk je?
“Ik hoop het wel. Maar het is niet makkelijk. De stappen vooruit die ik nog moet zetten zijn niet eenvoudig. Logisch uiteraard als je bij de besten van de wereld wil horen. Maar ik ga alleszins mijn uiterste best doen. Te beginnen met de Europese kampioenschappen in Rimini in juni van volgend jaar. Ik heb een erg goeie coach op onze club en ook bij het nationale team zijn we goed omringd. Onze kapitein Tachina Peeters staat nog een paar trapjes hoger dan ik. Zij is uiteraard een voorbeeld. Ik heb nog een paar jaren voor de boeg. Hopelijk zonder blessures.”

Daar zeg je zo al iets. Het lijkt echt wel roofbouw op je lichaam.
“Dat begrijp ik. Zelf mag ik daar nog niet over klagen. Hout vasthouden maar ik ben voorlopig al vrij goed blessurevrij gebleven. Dat kunnen niet alle turnsters van mijn leeftijd zeggen. Want geloof me, progressie maken gaat letterlijk met vallen en opstaan. Dus de impact op je lichaam is best zwaar. Het is belangrijk om je goed te blijven verzorgen en hard te werken aan kracht en stabiliteit. En al de rest is karakter, doorzettingsvermogen en volharding. Niet opgeven. Zeker op de dagen dat het niet allemaal lukt keihard blijven werken. Doorbijten. Als het op zo’n dagen dan toch lukt, dan lukt het zeker op goede dagen. Want die volgen altijd. Dat is voor mij altijd de belangrijkste les geweest, en dat is ook de raad die ik aan jonge meisjes, die nog aan het begin van hun carrière staan, wil meegeven.”

Mooi gezegd! Is het daar een beetje gezellig bij de nationale ploeg? Of is het elke dag werkendag?
“Er wordt uiteraard hard en veel getraind maar samen met de drie andere meisjes (naast Tachina Peeters is dit ook nog Laura Vandevoorde en Sofie Rubbrecht, nvdr.) is de sfeer echt wel goed. We trainen uiteraard vooral bij onze eigen club maar daarnaast spreken we ook wel af om samen te trainen. Het is belangrijk dat je goed met elkaar overeen komt. Iedereen vertrouwt iedereen. En zo hoort het ook. Zonder die teamspirit zou dat resultaat in Bakoe niet bereikt zijn, denk ik.”

Heb je trouwens Bakoe kunnen bezoeken? Een mooie stad?
“We hebben wel een wandeling gemaakt, zowel door de nieuwe stad als door de oude stad. Erg mooi, zeker wel. Maar het leek me niet zo groot. Veel hebben we ook niet gezien. De dagen bestaan daar vooral uit trainen en rusten. Maar even ontspannen en weg van de sporthal kan dan wel deugd doen.”

Heb je al goede voornemens gemaakt voor 2022?
“Nog niet. Maar ik hoop vooral, zoals bij de meeste mensen, op een gelukkig jaar, met een goede gezondheid en veel vriendschap. Als dat al lukt, zal ik alvast erg blij zijn. En als het kan een beetje minder corona. Want dat zijn we nu echt wel beu.”

Meer lezen van Peter Meulemans
Meer lezen over
sport

Meer Talent van eigen bodem

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.