Wil je op de hoogte blijven?
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.
HERENTHOUT — De redder in nood wil Luc Van Camp (67) zichzelf niet noemen, al is hij het wél. Zonder de succesvolle kandidatuur van de gewezen slotenmaker had de 132ste carnavalstoet van Herenthout — de oudste van het land — het in maart 2024 zonder prins en nar moeten stellen. “Het kriebelde al langer en dus was het nu of nooit”, aldus Van Camp.
Zijn vroegste stoetherinnering? De vraag dwingt Luc Van Camp tot enig denkwerk. “Die dateert van 1982”, rekent hij. “In dat jaar kropen we in de huid van vampiers. De naam van onze toenmalige groep kan ik me niet herinneren, het is intussen ook zo lang geleden. Ik was bijna 36 jaar toen ik voor het eerst aan het carnaval heb deelgenomen. Noem dat dus gerust een late roeping.”
Stoeter zijn heeft volgens ingewijden veel met DNA te maken. Is dat in jouw geval ook zo?
Luc Van Camp: “De zin om actief deel te nemen aan het carnaval is in onze familie altijd aanwezig geweest. André De Kepper, mijn neef, werd eind de jaren zestig tot prins verkozen. Twintig jaar later was het de beurt aan de man van mijn nicht. Zelf heb ik twintig jaar stoet gedaan. We hebben zoveel sketches in elkaar gebokst dat het moeilijk te zeggen is wat het absolute hoogtepunt is geweest.”
Vraag het aan iemand die niet in Herenthout woont en je krijgt stomverbaasde blikken. Jij zou het wél moeten weten: wat is de definitie van ‘een stoeter’?
“Dat begrip valt moeilijk te definiëren. Je bent het of je bent het niet. Er bestaat geen tussenweg.”
Op een bepaald moment was het voor jou over en uit met sketches en dansen. Hoe komt dat?
“Tien jaar geleden is mijn vrouw overleden en toen hoefde het voor mij niet meer. Mijn hoofd stond er niet naar. In die periode ben ik wel bij de Gele Frakken terechtgekomen, het team dat waakt over een vlotte gang van zaken tijdens de twee optochten. Is er een muziekinstallatie die het plots laat afweten, bijvoorbeeld, dan zijn het de Gele Frakken die dat probleem oplossen.”
Komt jouw jarenlange ervaring als slotenmaker ook van pas, als — ik zeg maar wat — carnavalisten in het feestgedruis hun sleutel verliezen en thuis voor een gesloten deur staan?
“Het is niet zo dat ik tijdens de stoetperiode opvallend vaak ben moeten uitrukken. Het gebeurde wel eens, maar van de ene naar de andere interventie, zo erg is het nooit geweest.”
Was jouw kandidatuur gepland of impulsief?
“Ik zou liegen als ik zou zeggen dat ik er nooit eerder aan gedacht heb. Ik nam de beslissing wel pas nadat de eerste kandidaat niet verkozen raakte en na een goed gesprek met mijn nar, Benny Helsen. Mijn vrouw stond er eerst niet voor te springen, maar uiteindelijk is ze toch overstag gegaan. Diezelfde avond nog heb ik mijn kandidatuur officieel ingediend. Of dat moment gepaard is gegaan met knikkende knieën? Om eerlijk te zijn, ja.” (lacht)
Prins zijn: het klinkt idyllisch, maar de klus is niet van de poes. Ben je daar klaar voor?
“Absoluut. Dat die taak een heleboel verantwoordelijkheden met zich meebrengt, daar ben ik me van bewust. Eén geruststelling: ik voel me goed omringd. Er zijn altijd wel ex-prinsen en narren die me willen adviseren of ondersteunen. Bovendien heb ik een sterke Raad van Elf aan mijn zijde.”
Hier en daar word je bestempeld als de redder in nood. Hoe moeilijk is het om daar bescheiden bij te blijven?
“Dat is helemaal niet moeilijk. Ik zie het zelf niet zo, trouwens, al heeft het beeld dat ‘s lands oudste stoet het mogelijk zonder prins had moeten stellen, mij wel overtuigd.”
Op filmpjes die circuleren op sociale media lijk je compleet verrast als de voorzitter van vzw Peer Stoet jouw aanstelling publiekelijk bevestigt.
“Geloof me: ik was ook verrast. De vorige kandidaat werd tot tweemaal toe geweigerd, dat had ook mij kunnen overkomen. Toen de voorzitter het resultaat van de verkiezing bekendmaakte was het alsof een enorme last van mijn schouders viel. Je ziet dat op die beelden. Het is dan ook snel gegaan: op dinsdag heb ik mijn kandidatuur gesteld, op vrijdag werd ik al verkozen. Ik kan me niet inbeelden dat het ooit zo snel is gegaan.”
De teleurstelling van de niet verkozen kandidaat zorgde wekenlang voor opschudding in de media. Was dat voor jou een domper op de stoetvreugde?
“Dat hij het niet gehaald heeft, daar heb ik geen schuld aan. Dat is interne keuken. Het is nu aan mij om het dorp te bewijzen dat ik de juiste man op de juiste plaats ben.”
Veel van jouw voorgangers lieten graag van zich horen, jij staat eerder bekend als een minder opvallende man. Of is dat louter schijn?
“‘Jij bent de allerlaatste van wie ik dit had verwacht.’ Die reactie kreeg ik de laatste tijd vaak te horen. Er zijn grotere feestvarkens dan ik, dat klopt, maar ik houd ook van feesten.”
Hoe wil jij na de 132ste stoeteditie herinnerd worden?
“Als een geweldige prins voor elke stoeter, voor elke Herenthoutenaar. Als mij dat lukt, zal ik een tevreden man zijn.”
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.