Wil je op de hoogte blijven?
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.
‘Creëren hoeft niet moeilijk te zijn. Na onze cursus maak je zelf mooie dingen.’ Met die belofte hoopt Brico een nieuwe generatie doe-het-zelvers aan te boren. De workshopreeks van de bekende bouwmarktketen mikt vooral op onhandige zielen met koudwatervrees, wat van onze reporter zowat de ultieme deelnemer maakt. ‘Iedereen kan klussen. Nu jij nog.’
Elke maand neemt onze reporter een atypische, spannende of relaxerende activiteit onder de loep. Kritisch, maar met een kwinkslag rapporteert hij zijn wedervaren. Deze maand: klussen.
Klussen: ik krijg al krampen door er alleen maar aan te denken. Zo erg is het gesteld. “Hoe heb je dan in godsnaam jouw huis verbouwd?”, vragen mensen me wel eens. Enter mijn handige schoonbroer. Zes jaar lang heb ik staan toekijken terwijl hij de klus klaarde. Eén enkele keer heb ik geholpen en ben ik met een kruiwagen vol verse mortel onderuitgegaan. Van kop tot teen onder de cement. Een week voordien had ik nog van die dure werklaarzen gekocht, met een stalen tip en al. Daar ben je dus niets mee als je naast de plank rijdt die de kruiwagen een halve meter hoger moet voeren. Maar kijk: als Brico beweert dat het van alle onhandige mannen en vrouwen doe-het-zelvers kan maken, wie ben ik dan om aan mezelf te twijfelen? En dus schrijf ik op een blauwe maandag in voor de workshop Basisklussen. Ik had ook kunnen kiezen voor sanitair, gipsplaten bevestigen, laminaat leggen of wanden betegelen, maar voldoende zelfkennis maakt dat ik ga voor de basiscursus. Bij nul beginnen, en zelfs dat lijkt me nog hoog gegrepen. We zijn met zeven in het cursuslokaal in Zemst. Vijf mannen, twee vrouwen. Correctie: drie, want de docent van dienst is ook een vrouw. “Ik krijg wel vaker verbaasde reacties”, lacht Sigrid Herbosch. “Maar eenmaal ze in de gaten hebben dat ik er wat van ken, vindt niemand het nog vreemd.” Herbosch is verre van de eerste de beste. Interieurvormgever en energiedeskundige van opleiding, handig van zichzelf. “Ik heb al drie verbouwingen achter de rug”, vertelt ze. “Daar kwam behoorlijk wat slopen, drillen en cement bij kijken”, voegt ze eraan toe. “Cement? Dan heb je vast ook lopen klungelen met een kruiwagen”, werp ik haar knipogend toe. Klussers onder elkaar, je weet hoe dat gaat. Ze trekt een gezicht alsof ze hoort donderen in Keulen. “Kruiwagen? Klungelen? Niks van, ik heb twee rechterhanden.” Uit die hoek moet ik duidelijk weinig compassie verwachten.
ENGELSE SLEUTEL
Dat we als mannelijke deelnemers hoegenaamd niet beschaamd moeten zijn, steekt Sigrid van wal. “Ook mannen hebben soms moeite met het onderscheid tussen een vijs en een nagel, of met het gebruik van een boormachine. Je zou denken dat iedereen een zekere basiskennis heeft, maar dat is lang niet zo. Alles begint bij het kunnen herkennen van het basismateriaal, luidt het. Wat volgt is een defilé van courante werktuigen: van een bank- en een klauwhamer over verschillende soorten nagels en vijzen. “Niet het mannetje, maar het gereedschap moet het werk doen, onthoud dat”, zegt Herbosch. “Een boor moet boren, een tang moet knijpen. Heeft iedereen thuis een tang?” Ik voel een flauwe mop opborrelen, maar ik kan me nog net inhouden. Grappen kan later nog altijd. Tijd zat. Van de theorie gaat het naar de praktijk. De ene helft moet een nagel kloppen en weer verwijderen, de andere helft zal een vijs inbrengen. Dat loodrecht spijkeren wil bij mij niet lukken. De nagel gaat alle kanten op. “Je doet het verkeerd, ik zal je helpen”, zegt één van de vrouwelijke cursisten die drie minuten eerder geen schroevendraaier van een Engelse sleutel kon onderscheiden. Alsof de duivel ermee gemoeid is, lukt het plots wél. Ook de nagel verwijderen met de moniertang is — opnieuw dankzij haar assistentie — kinderspel. “Je noemt jezelf een kluns, maar dat slaat als een tang op een varken”, giert ze. De groep proest het uit. Die mop kan ik alvast van mijn lijstje halen.
JOZEFZAAG
Het dient gezegd: ik ben lang niet de enige in het gezelschap die de klepel maar zelden weet hangen. “Toch is het algemeen goed gesteld met de handigheid van de gemiddelde Vlaming”, stelt Sigrid ons gerust. “Superonhandig? Zo iemand heb ik nog nooit ontmoet. Ik denk ook niet dat zo iemand bestaat. Iedereen kan klussen. Het is gewoon belangrijk dat je in jezelf gelooft.” Ik geloof in mezelf, met die nieuwe mantra in het achterhoofd begin ik aan de tweede opdracht: een plankje zagen en er nadien een gat in boren. Ik ga voor de Jozefzaag, die — zo vertel ik het hele gezelschap — verwijst naar Jozef de timmerman. “Wie?”, vraagt die van de Engelse sleutel. “Jozef. Uit de Bijbel.” Algemene stilte. “Ah, die Jozef.” Geen flauw idee of mijn verhaal effectief klopt, maar de klas is wel onder de indruk van mijn rijke kennis. “Dat jij dat allemaal weet”, zegt iemand blozend. “Tja”, antwoord ik. “Het is ‘per-tang’ al lang geleden dat ik dat geleerd heb.” Maar helaas, de grap gaat roemloos op in het lawaai van het zagen en het boren. Dat zagen loopt behoorlijk vlot, het boren nóg beter. “Houd dit moment vast”, zegt Herbosch. “Eenmaal je de logica van het klussen hebt ontdekt, kan je thuis zelf aan de slag gaan. Ik ben er trouwens op exact dezelfde manier ingerold: eerst een cursus gevolgd, dan meteen aan de slag.”
ELEKTRICITEIT
In de slotfase schakelt de workshop een versnelling hoger: van de waterpas en verschillende soorten pluggen gaat het naadloos naar de basisprincipes van elektriciteit. “Ook hier zit een logica in”, zegt Sigrid. “Eenvoudig is het niet, maar eenmaal je die hebt gevonden, is het niet moeilijk om zelf een stopcontact te plaatsen of een lamp te installeren. Het is allemaal een kwestie van oefenen.” Of het wijs is om YouTube te raadplegen als je tijdens het plaatsen van een lamp plots de draad kwijt bent, figuurlijk dan? “De meeste YouTube-filmpjes zijn degelijk”, antwoordt ze. “Het wordt pas een probleem wanneer je bepaalde toepassingen gaat gebruiken in een compleet andere context. Mijn advies? Bekijk filmpjes zoveel je wil, maar ga vooral zelf aan de slag. Doen, doen en nog eens doen.” Dat laatste laat ik me geen twee keer zeggen. Ik wil aan het werk, liever gisteren dan vandaag. En dus plaats ik een oproep op Facebook, in de hoop dat vrienden massaal zullen reageren en ik mijn opgedane praktijkkennis al doende kan bijschaven. Want, zo zegt ook Herbosch: ik ben er klaar voor. “Jij hebt hét”, garandeert ze. “Je hebt de interesse en de wil, je hebt geoefend én ervaring opgebouwd.” Diezelfde dag nog haal ik een basic gereedschapskoffer in huis, maar de eerste weken reageert niemand op mijn oproep. Grappen over mijn onhandigheid bij de vleet, dat wel, maar een ernstige invitatie? Niks daarvan. Net voor het ter perse gaan van dit nummer belanden op de valreep toch nog twee berichten in mijn postvak. Of ik een metalen plaatje wil kom bevestigen? Een andere vriendin vraagt of ik een kapstok wil boren, een klus met een beduidend hogere risicofactor. Het plaatje monteren lukt bij de eerste poging. Echt recht hangt het niet, maar dat heb je zelden of nooit in een mancave, maak ik de eigenaar wijs. De kapstok is een ander paar mouwen. Ik boor twee gaten, maar de pluggen zijn te klein en de vijzen te groot. Kan iedereen overkomen, maar goede reclame voor mijn nieuwe hobby is het niet. We hebben het na lang knoeien kunnen fiksen met… Tec7. Zolang het ding blijft hangen, kan het dienen, al is het niet de ideale oplossing. Zou iemand die basiscursus van Brico ooit al tweemaal hebben gevolgd? Het zou per-tang van pas kunnen komen.
MEER INFO
Meer uitleg over de workshops vind je op www.brico.be.
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.