Opvallende bezigheden

Het Kempens Hoen is terug van weggeweest

Gepubliceerd: 1 juli 2020  |  Door: Suzanne Antonis  |  Onderox editie: 200

MERKSPLAS — We verorberen ze met massa’s en gepluimd zijn ze allen gelijk, maar in levende lijve zijn kippen wel degelijk verschillend. Zo scharrelde tot 1920 op onze boerderijen in alle vrolijkheid de Campine kip. Vanaf 1900 maakte ze de oversteek naar o.a. Engeland en de Verenigde Staten. Maar sinds een aantal jaren is ze weer helemaal terug, dankzij de  vereniging Kempens Hoen vzw die de fraaie kip weer op de Kempense kaart heeft gezet.

We zijn te gast op Hof ter Stokere in Merksplas. Zo’n veertig zilveren en gouden kippen kakelen ons tegemoet. Gastheer is Luk Van Bouwel (63). Hij woont in de conciërgehoeve van de historische villamanège op de Diepte. “De kippen zijn een gepeld ras”, zegt Luk. “Dat betekent dat de zwarte en witte strepen in de veren de juiste verhouding hebben: 2/3 zwart en 1/3 wit, wat één van de standaarden is voor de Campines, of Kempische hoen zoals ze vroeger ook genoemd werd. De hanen zijn hennenvederig, het verenkleed is hetzelfde als dat van de hen. Maar hij is wel sierlijker, met twee sikkels in de staart. ” Maarten Jacobs (42) die er is komen bijzitten, legt nog meer uit: “Een goede Campine legt ongeveer 6 eieren per week. De schalen moeten kalkwit zijn. Het is de bedoeling van onze vereniging om de Campines terug te brengen naar haar oorspronkelijk doel: een (sier)kip die veel en lekkere eieren produceert en eenmaal ze op je bord ligt, uitzonderlijk goed van smaak is.”

EEN  ZWERVEND BESTAAN

“Als we het over kippen in het algemeen hebben, moeten we tot tienduizend jaar teruggaan in de geschiedenis”, stelt Luk. “Toen begon men al kippen te domesticeren en te veredelen. De Fayoumi-kip was een van de eerste legrassen. Ze zou door de Romeinen als landhoen naar onze contreien zijn gebracht. Het landhoen heeft zich aan onze streek aangepast en is met mondjesmaat overgegaan naar het Kempische hoen. Het is een scharrelaar, die heel actief is en veel ruimte nodig heeft, een goede vlieger ook. De Kempen was voor haar dus ideaal. Het liefst zwerft ze over het erf om haar kostje bij elkaar te zoeken. Maar ze is ook menslievend en helemaal niet schuchter.” Helaas had ze het ook in eigen land niet simpel om te overleven. Tot in 1898 een zekere Annie Fowler op de Diepte in Merksplas kwam wonen. Ze was de Amerikaanse echtgenote van Albert Van Schelle. Hij was paardenfokker, zij interesseerde zich in kippen en wilde maar wat graag de Campines terug introduceren. Hun landgoed van 47 ha groot was ideaal voor de vrije uitloop. De kippen voederen en verzorgen was een taak voor de meiden en knechten. In Antwerpen werd er in die periode ook een vereniging gesticht om de Campines te promoten én in het land te houden. Annie Fowler reisde regelmatig terug naar Amerika. Op één van de reizen gingen er 138 kippen mee om in te zetten bij pluimveewedstrijden. Zo raakte de Campines wereldwijd verspreid. In de Kempen bleef ze nog wel aanwezig maar stilaan werd ze toch verdrukt door de klassiekere Leghorn. De twee wereldoorlogen en de industrialisering van de pluimveekwekerij hebben dat proces nog versneld. Tot Luk zich enkele jaren geleden over de geschiedenis van de villahoeve boog en er het verhaal van Annie Fowler en wat ze voor de Campines gedaan had, terugvond. Samen met de vereniging Kempens Hoen wil hij nu de mooie sierkip opnieuw in onze regio laten gedijen.

EEN CAMPINE OP JE BORD

Dat de Campines ook een smakelijke kip is, daarvan is iedereen intussen al overtuigd. “Bij communie- en trouwfeesten en festiviteiten stond ze altijd op het menu”, legt Maarten uit. “Er zijn zelfs geschriften teruggevonden dat Napoleon ook wel zo’n kippetje lustte. Met onze vereniging proberen we de Campines terug op de kaart te zetten bij lokale horeca. Daarvoor moeten we eerst de boeren sensibiliseren dat ze hen weer op hun erf toelaten want er moet natuurlijk genoeg aanvoer zijn. Op de bio-boerderij De Steenovens in Geel is dat al goed gelukt. Daar staat trouwens ook het kippenhok dat de leerlingen van de Thomas More Hogeschool nabouwden naar een plattegrond van honderd jaar geleden. Ook het sterrenrestaurant La Belle in Geel-Bel ging er al mee aan de slag en we ijveren er nu voor dat de Campine erkend wordt als streekproduct.”

DE AMBITIE VAN KEMPENS HOEN VZW

De geplande tentoonstelling met de Open Tuinen-dag op 2 augustus is door corona uitgesteld naar een latere datum maar dat betekent niet dat de vereniging stil zit. “We werken voor het kweekprogramma ook aan een nieuwe standaard voor de Campine waarin we karakteristieke kenmerken van het oude Kempische kieken verwerkten. De eerste vuistregels zijn dat kwekers alleen mogen werken met de meest levendige, nieuwsgierige en scharrelgekke dieren. Ze zouden zo’n 210 eieren per jaar moeten leggen. Wat broedeieren betreft: alleen de allerwitste die minstens 50 gram wegen komen in aanmerking en bij uitkomst moe- ten de kuikens van minder dan 32 gram vermeden worden. We doen dus bij deze een warme oproep aan de boeren uit onze regio: haal het Kempens Hoen in uw kot!”

MEER INFO: www.campines.be

Meer lezen van Suzanne Antonis
Meer lezen over
dieren

Meer Opvallende bezigheden

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.