Bijzondere trends

Leven op grootmoeders en grootvaders wijze

Gepubliceerd: 26 augustus 2021  |  Door: Bert Huysmans  |  Onderox editie: 211

U gaat mij niet horen vertellen dat vroeger alles beter was. Toch valt het op dat als we iets minder afval willen produceren, we hier en daar wel wat lessen uit het verleden kunnen trekken. In grootmoeders tijd moest je je alleszins niet door drie lagen plastic werken voor je je product zelf te pakken kreeg. En dus proberen wij enkele producten uit die destijds de standaard waren en nu helemaal terug ‘in’ zijn. Leve(n) (als) de bomma!

In deze nieuwe rubriek zoeken we naar de kleine dingen die we kunnen doen om onze wereld ietsje beter te maken. Want de wereld verbeteren, dat is makkelijk gezegd. Maar wat is haalbaar? En wat niet? Deze maand: leven op grootmoeders wijze.

Ik stond onlangs in een frituur toen er na mij een vrouw binnenstapte met een kookpot. Of ze daarin haar frieten kon meenemen, luidde de vraag. Net zoals vroeger, dacht ik meteen. Mijn grootmoeder had thuis ook een grote pot waarmee ze vroeger frieten ging halen. Die moest dan ‘goed vol’ of eerder ‘tot een beetje onder het randje’, afhankelijk van hoe zwaar de magen thuis aan het knorren waren. Toen was dat eigenlijk heel gewoon. Het is een gebruik dat tussen de rimpels van de tijd vervaagd is. Maar de redenering erachter klopt wel. Een tripje langs de frituur zorgt altijd voor een stapel afval. Terwijl dat net zo goed in een pan of een pot kan meegenomen worden. Die vrouw na mij in de frituur kreeg helaas haar frieten niet mee in die kookpot. Niet omdat de friturist dat niet wou, wel omdat het door de geldende coronaregels nog niet toegestaan is. “Als de regels versoepelen, mag het wel weer”, zo verzekerde de man. “Graag zelfs. Het is iets lastiger tellen voor ons, maar als we zo afval kunnen uitsparen, waarom niet?”

WASSEN IN POEDERVORM
Ik leg mijn idee om iets meer ‘als de bomma’ te leven voor aan Babs en Iris van De Goedzak en Roos Met Witte Stippen, de zero waste shop in Geel-Ten-Aard. Zij staan mij binnen deze rubriek bij met raad en daad. “Je bent zeker niet de eerste die dat idee heeft”, vertelt Babs mij. “Vroeger was er nu eenmaal veel minder verpakkingsafval. Als je in onze winkel rondkijkt, vind je veel zaken die vroeger al bestonden en nu helemaal terugkeren omdat ze afvalbesparend zijn.” Om eenvoudig te beginnen: vaatwasmiddel en wasmiddel in poedervorm. Toen vaatwassers voor het eerst overal in de Vlaamse keukens opdoken waren de grote kartonnen dozen met poeder erin de standaard. Nu kan je in supermarkten alleen nog maar apart verpakte blokjes kopen, gebundeld in een grote plastic verpakking. “Ik vrees dat dat vooral uit commercieel oogpunt is”, vertellen Iris en Babs mij. “Dan kunnen ze af en toe een flashy nieuw kleurtje introduceren dat dan weer wonderlijke nieuwe schoonmaakkrachten heeft. Het gebruiksgemak speelt wellicht ook mee. Het is nog iets eenvoudiger om een blokje te nemen dan om een schepje poeder toe te voegen.” Mij lijkt het verschil eerlijk gezegd verwaarloosbaar, maar goed. “Wat wij in de winkel wel merken, is dat oudere alleenstaanden hier poeder komen kopen in kleinere hoeveelheden. Zo’n grote kartonnen doos van vroeger, dat is voor hen te veel van het goede.” Voor wasmiddel voor in de wasmachine geldt eigenlijk hetzelfde. Bij onze grootouders stonden er grote kartonnen dozen met poeder. Maar die markt werd stilaan overgenomen door vloeibare varianten in plastic flessen. Was je toch liever vloeibaar? Dan ligt de oplossing voor de hand: aftappen in je eigen glazen fles. Hup, alweer wat plastic bespaard.

LOSSE THEE
“Ook losse thee is iets wat al uit grootmoeders tijd dateert”, vertelt Babs mij. “Mijn eigen oma maakte altijd haar thee met zo’n speciaal lepeltje. Die losse thee is al langer terug ‘in’, ook omdat veel mensen ontdekt hebben dat die een stuk verser en veel lekkerder is.”

WITTE BOLLETJES
Iris toont me plotseling een rond doosje dat ze voorzichtig opent. “Ook nog iets uit grootmoeders tijd.” Een overvloed aan kleine witte bolletjes openbaart zich, een duidelijk herkenbare pepermuntgeur komt naar boven. “Tandpoeder”, vertelt ze enthousiast. “Dat bestond al voor er tandpasta was. Eigenlijk is het hetzelfde, maar dan geconcentreerd.” Mijn sceptische zelve neemt even de bovenhand eenmaal ik thuis ben. Maar goed, wie weet ligt hier wel een nieuwe ontdekking voor mij klaar. Ik maak mijn tandenborstel lichtjes nat en dop zachtjes in het witte poeder, zoals de gebruiksinstructies op het doosje aangeven. Tot mijn verbazing begint het vrijwel meteen te schuimen, eenmaal ik aan het poetsen ga. Het poetsen zelf vind ik wat minder aangenaam dan met tandpasta, maar het resultaat is net zo goed. Blijkbaar gebruik je hier per poetsbeurt een pak minder van in vergelijking met zijn pastabroertje, wat dan weer wel erg positief is. “Dit wordt vaak gekocht om op reis te gebruiken”, had Iris me vooraf gezegd. “Omdat het weinig plaats inneemt en je makkelijk kan uittellen hoeveel je nodig hebt. Als je met de rugzak gaat rondtrekken, is alles wat je thuis kan laten pure winst.”

VLIJMSCHERP
Het laatste ding dat ik deze maand uittest is een herbruikbaar scheermes. Een ‘krabber’ in de volksmond. Maar dan wel eentje die je voor de rest van je leven kan gebruiken, gemaakt van duurzame en kwalitatieve materialen. Eentje die met van die échte ouderwetse scheermesjes werkt. “Je moet die mesjes zelf vervangen. Zij kosten 1,5 euro voor 5 stuks.” Klinkt interessant, want de scheermesjes die ik nu gebruik, kosten behoorlijk veel. Dit scheermes voelt ook veel degelijker aan dan de plastic exemplaren die ik in het verleden altijd gebruikt heb. Het handvat van bamboe ligt stevig in de hand. So far so good. Vooraf hadden de dames mij verteld dat dit mesje scherper zou zijn dan de exemplaren die ik gewend ben. “Extra voordeel is ook dat het in één keer je haartjes eraf scheert, niet in drie keer zoals bij de meeste andere. En zo heb je geen kans meer op ingroeiende haartjes”, wist Babs. Als ik mij helemaal oldschool wil scheren, raadde zij daarnaast ook nog een scheerkwast aan. Dat is misschien iets voor later. Het principe van mijn nieuwe scheermes is eenvoudig: je kan het bovenste gedeelte losdraaien en er een mesje tussenklemmen. Dat kan het kleinste kind, al doet het dat beter niet, vlijmscherp, weet je wel. En vlijmscherp is niet overdreven. Echt een stuk scherper dan zijn mainstream collega’s. In al mijn enthousiasme scheer ik er zelfs eventjes door. Als ik extra voorzichtig verderga, krijg ik het al snel helemaal onder de knie. Ik heb de indruk dat het eindresultaat een stuk beter — lees: gladder — is dan anders. Dit zou wel eens mijn nieuwe scheermes kunnen worden.

CONCLUSIE
Die grootouders van ons hadden het op veel vlakken goed voor elkaar. Wie afval wil besparen, kan zich zeker laten inspireren door producten die destijds al top waren. Mijn tandpasta ga ik nog niet meteen vervangen door poeder. Al wil ik het zeker nog niet definitief afschrijven. Mijn zoektocht naar een nieuwe ‘krabber’ zou dan wel weer eens ten einde kunnen zijn. En vaatwasmiddel en wasmiddel gaan wij voortaan aftappen of kopen we in poedervorm. Daar is echt geen enkel nadeel aan.

Meer lezen van Bert Huysmans

Meer Bijzondere trends

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.