Bijzondere trends

Een huishouden vol met bamboe

Gepubliceerd: 25 november 2021  |  Door: Bert Huysmans  |  Onderox editie: 214

Iets duurzamer en milieubewuster gaan leven, betekent in veel gevallen ook plastic vermijden. En dus duiken er steeds meer alternatieven op. Daarbij is bamboe erg in trek. Er zijn weinig producten waar er tegenwoordig geen bamboe-alternatief voor te vinden is. Maar zijn ze ook even goed?

In deze rubriek zoeken we naar de kleine dingen die we kunnen doen om onze wereld ietsje beter te maken. Want de wereld verbeteren, dat is makkelijk gezegd. Maar wat is haalbaar? En wat niet? Deze maand: Bamboe.

Over het algemeen ben ik geen fan van bamboe, verre van. Vooral omdat ik afgelopen zomer de strijd meermaals heb moeten aangaan om mijn moestuintje (en mijn gazon) bamboevrij te houden. Stengels die te pas en te onpas opduiken om mijn welgestructureerde groenteparadijs te komen verstoren, ik haat het — zo mogelijk — nog meer dan slakken die in het geniep ’s nachts van mijn gezonde vitamientjes komen snoepen. Vooral het feit dat die bamboe maar blijft woekeren, werkt me danig op de zenuwen. Wie zich afvraagt waarom er dan alsnog bamboescheuten in mijn tuin te vinden zijn. Wel, tegen het einde van het moestuinseizoen heb ik mijn witte vlaggen moeten bovenhalen en mijn meerdere erkennen. Volgend jaar neem ik de strijdbijl wel weer op.

Nu zal de kritische lezer onder u vast al opgemerkt hebben dat de bamboe die in mijn tuin groeit niet dezelfde soort is als waarmee de milieubewuste medemens tegenwoordig dweept. En dat klopt uiteraard ook, maar toch wordt me het één en ander duidelijk als ik me aan tafel zet bij Iris en Babs van De Goedzak en Roos Met Witte Stippen, de zero waste-shop in Geel Ten Aard waar ik mij binnen deze rubriek laat adviseren, en het voorstel om over bamboe te schrijven te berde breng. “Bamboe is heel duurzaam omdat het één van de snelstgroeiende planten te wereld is”, weet Babs mij te vertellen. Ik twijfel er geen seconde aan. Even schiet het beeld van mijzelf in zomerse strijdtenue door mijn hoofd, klaar om die bamboe te lijf te gaan. “Omdat hij zo snel groeit, moeten er geen bomen voor gekapt worden om plantages te maken”, doorbreekt Babs mijn dagdroom. “Bamboe is recycleerbaar en haalt CO₂ uit de lucht, twee bijkomende voordelen.”

Een korte rondleiding doorheen de winkel toont mij dat er heel wat mogelijkheden zijn, voor de bamboe-liefhebbers. Tandenborstels, pleisters, scheermesjes, wattenstaafjes, tandenragers, verzorgingsproducten, zeephouders, zelfs wc-papier. Hoog tijd om de daad bij het woord te voegen: uittesten maar.

IN DE BADKAMER
Bamboe zou beter tegen water kunnen dan hout en bestand zijn tegen schimmel. Wat in de badkamer natuurlijk een enorm voordeel is. Laat ons daar dus maar beginnen. Mijn kinderen zijn alvast blij als een klein kind — logisch, dat zijn ze ook — als ik hen hun nieuwe tandenborstels toon. Dat die van bamboe zijn, lijkt hen weinig te interesseren, dat de haartjes respectievelijk in het fluo geel en opvallend blauw gekleurd zijn des te meer. Ik poets zelf sinds kort elektrisch en moet dus even terug wennen aan al die tandenpoetsarbeid. Blijkbaar bestaan er intussen ook al elektrische tandenborstels van bamboe. Ik hou het bij mijn traditionele exemplaar, van bamboe welteverstaan. Al snel heb ik door dat die net zo goed poetst als zijn broertjes en zusjes van plastic. Het gevoel in je mond is wel anders, maar niet onaangenamer en het went snel. De golvende steel maakt dat je hem makkelijk kan vasthouden. De haartjes zijn stevig en poetsen goed. Je kan deze tandenborstels ook makkelijk plat op een oppervlak leggen, wat ik als jonge vader dan weer erg handig vind. Voortaan doe ik de tandpasta ’s ochtends vroeg al op de tandenborstels van mijn kinderen en leg ze dan gewoon klaar naast onze wastafel. Bovendien staat zo’n collectie van bamboe een stuk mooier in je badkamer dan de tegenhangers van plastic. Als later de tandenborstels helemaal uitgepoetst zijn, kan ik ze zelfs bij het gft-afval gooien, zo had Babs me in de winkel verteld. “Je kan de haren afknippen of gewoon de kop afbreken en enkel die bij je restafval gooien.”

Ik probeer ook de tandenragers uit. Die moet ik volgens de verpakking na gebruik met stromend water reinigen en na één à twee weken weggooien. De exemplaren die ik nu gebruik — van plastic, wat dacht u — moet ik na mijn poetsbeurt meteen de vuilbak in kieperen. Bij gebruik valt het meteen op dat de bamboe exemplaren veel steviger zijn. Ze breken niet af en de dunne metalen draad waarop de mini-borsteltjes plooit niet, twee frustraties die ik voordien soms had. Ik heb wel de indruk dat ze niet zo diep tussen de tanden kunnen. Ik heb nu gekozen voor de op één na dunste exemplaren, misschien moet ik volgende keer nog een maatje magerder gaan. Voor ik de badkamer verlaat, test ik ook nog even een bamboe wattenstaafje uit. Die doen hun werk, zijn erg stevig en pluizen niet. Ook hier winnen ze trouwens visueel de strijd van hun traditionele voorgangers, onder meer omdat ze mooi gekleurd zijn. Voor zover je wattenstaafjes natuurlijk in het zicht wil zetten. In een glazen potje zou het wellicht niet eens misstaan.

TO THE RESCUE
’s Avonds slaat het noodlot toe. Mijn vrouw snijdt bij het te lijf gaan van een tomaat een sneetje in haar vinger. Ik snel te hulp met een buisvormig doosje — het heeft iets van een setje kleurpotloden — gevuld met pleisters. Die zijn gemaakt van bamboe en hypoallergeen, dus er zit geen kleefstof op waar sommige mensen allergisch aan zijn. “Plakken doen ze door een systeem van mini-zuignapjes”, had Iris me al eerder uitgelegd. “Je moet ze dus goed uitduwen.” Ik merk weinig verschil met andere exemplaren op dat vlak. Ze blijven prima plakken. Wat wel opvalt is dat ze flexibeler zijn waardoor ze makkelijker rond de vinger van mijn vrouw passen. Het voelt aangenaam op de huid en ze hangen mooi glad, vindt zij. Ideaal dus om het huidige noodgeval het hoofd te bieden. En ze zijn individueel en steriel verpakt zodat je niet de hele doos hoeft mee te nemen. Zo blijft er in je handtas plaats voor echte kleurpotloden, heel handig als je met kinderen op stap gaat. Extra voordeel: de pleisters zijn ook composteerbaar.

EEN LACHENDE PANDA
Het laatste item dat ik deze maand uittest, is zeker niet het minste: wc-papier van bamboe. Op de verpakking lacht een panda me vrolijk toe, het papier zelf lijkt lichtjes geparfumeerd, ‘Kind to skin’ staat op de verpakking vermeld. Uitproberen maar. Het papier lijkt mij in eerste instantie erg dun te zijn, maar toch is het steviger dan onze huidige selectie. Niet dat we daar bij aankoop lang over nadenken. Het papier van bamboe doet zijn werk en zou perfect mijn nieuwe huismerk kunnen worden. Het kartonnen rolletje in het midden is steviger dan die van zijn concurrenten, daar kunnen mijn knutselgrage kinderen dan weer extra plezier aan beleven. Het voelt allemaal wat luxueuzer aan én het is natuurlijk ecologischer. De prijs ligt dan wel weer wat hoger dan mijn huidige rollen. Een twijfelgeval.

CONCLUSIE
Bamboe is in zowat alle gevallen een waardige vervanger van plastic. Ik ga voortaan niet bewust naar bamboeproducten zoeken, maar bekijk het wel als een pluspunt — want een stuk ecologischer — als er bamboe gebruikt wordt. In mijn badkamer gaat bamboe voortaan zichtbaar meer aanwezig zijn, vooral omdat er geen nadelen zijn t.o.v. plastic. Een makkelijke stap dus om te zetten, en net daar hou ik van. Of ook mijn wc-papier vervangen gaat worden, dat is nog niet beslist. Je betaalt een meerprijs, maar krijgt er wel iets meer kwaliteit en luxe-gevoel voor terug. Maar eigenlijk was ik ook best tevreden over mijn vorige papier. Wie op zoek is naar een nieuw merk, kan alleszins met een gerust gevoel op bamboe overschakelen.

Meer lezen van Bert Huysmans

Meer Bijzondere trends

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.