Wil je op de hoogte blijven?
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.
MOL — Wie graag wandelt of fietst in de omgeving van de Oude Bleken kent ongetwijfeld ’t Feynends Heike. Een dikke halve hectare heidegebied dat al sinds 1988 beheerd wordt door vrijwilligers van natuurvereniging De Gagel. Maar zelfs vrijwilligers blazen elk jaar een verjaardagskaarsje meer uit en de instroom van jonge handen is niet altijd evident. Daarom gaat het beheer verhuizen richting het beheersplan van SCK. Staf Heurckmans (79) is één van de founding fathers, zijn ogen blinken nog altijd als hij over ’t Feynends Heike vertelt.
Wie door de fantastische Ferraris atlas bladert, zal zien dat een groot deel van deze uithoek van de Kempen in die periode de titel van Groote Heide opgespeld kreeg. Maar door allerhande factoren kromp het heidebestand. Gelukkig waren er nog plaatsen als het legendarische dorpje van Asterix. Hier werd geknokt om de heide te behouden.
Staf, wat is de Gagel precies en hoe zijn jullie bij het Feynends Heike terecht gekomen?
Staf Heurckmans: “De Gagel is een plaatselijke natuurvereniging met in het bestuur C.V.N. gediplomeerde natuurgidsen en een aantal geëngageerde natuurliefhebbers. Zo kwamen we terecht bij een perceel waar we de heide een kans wilden geven. Tijdens een rondleiding in het voorjaar van 1980 reageerde de onvolprezen Jan Hooyberghs op zijn kordate manier: niet zé moeten de heide onderhouden, wé moeten dat doen!”
Maar dan moesten jullie dat perceel eerst nog in eigendom krijgen?
“We zijn begonnen met het opsporen van de eigenaars. Nu bleek toch wel dat één gedeelte, aan de zuidkant, eigendom was van iemand in mijn eigen familie. Het was een verhaal van onverdeeldheid, maar die klus was behoorlijk snel geklaard. We hadden meteen een akkoord. De noordkant van het perceel, daar hebben we de nodige onderhandelingen over gevoerd en dat is ook in orde gekomen. Maar het beheer van dat stuk was dan weer een ander paar mouwen…”
Vertel!
“Dat stuk was tijdens de oorlog beboerd geweest en dan is de ondergrond helemaal anders en in dit geval niet meteen ideaal. Dus het was werken geblazen!”
Aan de slag met die ouderwetse plaggenzeis, in mijn jargon een ‘heizessie’ en dat is serieuze corvee. Vond je daar de nodige spierkracht voor?
“Nadat de bomen die er te veel waren gerooid werden, moest er geplagd worden. In het begin hadden we redelijk veel enthousiastelingen. Probleem was: als we om 9 uur met de werken begonnen, waren er om 10 uur al behoorlijk wat spoorloos verdwenen. Er is ooit eens een school geweest die ons kwam helpen. Na een hele sessie was er een goede halve meter geplagd. Uiteindelijk bleven we met weinigen over. Je mag die arbeid niet onderschatten, het vergt naast spierkracht ook de nodige technische kunde, bruut geweld hoeft niet.”
Jullie kregen uiteindelijk de nodige logistieke steun van het Molse gemeentebestuur?
“Het terrein is ondertussen eigendom van de gemeente, maar wij zijn altijd blijven instaan voor het beheer. Wat erg handig was: één van hun kraanmannen was geweldig handig, hij kon de bovenlaag perfect afschrapen en dat scheelt veel slokken op de borrel. Maar de aangroei van jongeren om aan de slag te gaan bij onze vereniging is gewoon nul.”
Ik meen me te herinneren dat jullie ook erg veel last gehad hebben (of nog hebben) van woekerende bramen?
“Dat was een echte plaag, die groeiden vlak over de grond en moesten manueel verwijderd worden. Net als de vliegdennen die blijven uitschieten (verwijdert demonstratief een handvol exemplaren) en dat is altijd arbeid en deze jongen wordt er niet jonger op.”
Een andere kwaal zijn zeker ook de endurorijders geweest die met motorengeweld dwars door het perceel ploegden?
“Dat is een aantal jaren heel erg geweest! In groepen van wel honderd motoren raasden ze hier door de bossen. Een provisoire omheining met boomstammetjes trapten ze gewoon middendoor. Als zij hier waren geweest stonk het nog een uur naar uitlaatgassen.”
Maar jullie hebben toch een mooie trofee om trots op te zijn: het naaigaren van de duivel?
(Enthousiast) “Klopt! Dat is een parasitaire plant die zich hecht op en in de heidestruiken. Dat klein warkruid is behoorlijk zeldzaam en wij hebben dat hier. Ik deed navraag bij dé kenners van heide, de mensen van de Kalmthoutse heide en kreeg als antwoord dat wij dan erg goed beheerden, want zij hadden er bij hen geen. Zie je mij blinken?” (glimlacht breed)
Ja! Maar stilaan wordt het tijd om het beheer in andere handen te geven?
“We hebben in het verleden al aangeklopt bij SCK om het perceel te laten opnemen in hun beheersplan voor hun hele gebied. In eerste instantie waren ze weigerachtig maar de wind is gekeerd en het gemeentebestuur gaat het nu overdragen. Het SCK blijft het beheer doen.”
Een mooie oplossing. Ga jij nog blijven langskomen?
“Dat is heel simpel, ook al zit mijn agenda vaak overvol, als ik een dag vrij heb, kom ik naar hier. En wat plannen betreft: we hebben nog een centje in onze verenigingskas. Daar willen we hier in de buurt een ‘paddestoelenbos’ mee inrichten. We gaan een eenmalige ingreep doen en er dan 20 jaar afblijven.”
Foto: Jef Aerts
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.