Wil je op de hoogte blijven?
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.
LEUVEN – Voor het nieuwe Knooppunter Fietsboek Zuid-Nederland, dat begin mei verschijnt, fietste de Vlaamse Kristien Hansebout (60) 1.800 km door de Nederlandse provincies Zeeland, Noord-Brabant en Limburg. “Nederland is super georganiseerd op het vlak van fietsen”, luidt haar verdict. Eerder schreef de Leuvense auteur en journaliste het Groot Fietsboek Wallonië en werkte ze mee aan nog meer fietsboeken. “Fietsboeken maken is een passie”, lacht ze.
Ben je dan van jongsaf een fietser?
Kristien Hansebout: “Eigenlijk wel. Als kind heb ik lang gezaagd om een koersfiets. Voor mijn plechtige communcie kreeg ik die. Helaas ben ik in het verkeerde tijdperk geboren. Tegen mijn lerares zei ik dat ik de nieuwe Eddy Merckx wou worden, maar ze antwoordde dat koersen niets voor meisjes was. Later kocht ik een mountainbike om te crossen door de bossen, deed ik fietsreizen. Ben ik met mijn auto op reis, dan neem ik altijd de fiets mee.”
Wat spreekt je zo aan aan fietsen?
“De natuurbeleving. Het brengt me helemaal tot rust. Af en toe zie je wel wat af, maar dat neem je erbij. Ik ben een solofietser, vind het zalig om alleen te fietsen. Fietsen doe ik liever dan wandelen. Dat gaat te traag. Bij een fietstocht van 50 km beleef je meer dan tijdens een wandeling.”
ZOT VAN WALLONIE
Wat is je favoriete fietsregio?
“Ik ben zot van Wallonië en heb daar trouwens een buitenverblijf. Telkens weer ontdek ik er nieuwe dingen. De streek heeft veel minder platgetreden paden. Fietsen in Wallonië is een heel andere ervaring dan fietsen in Nederland. Daar is alles supergoed georganiseerd voor fietsers. In het begin zei ik er tegen iedereen goeiedag, zoals ik dat in Wallonië doe. Maar je komt er zoveel fietsers tegen dat ik daar snel mee ben gestopt. De Nederlanders keken me ook een beetje vreemd aan.”
Kende je Zuid-Nederland vooraleer je er naartoe trok voor het fietsboek?
“In Zeeland ben ik veel op weekend geweest en Limburg kende ik ook. Helemaal nieuw was voor mij Noord-Brabant en die provincie is mij heel goed bevallen. Ik had er nog niet echt gefietst en was verwonderd over de uitgestrekte natuur- en heidegebieden. De knooppuntenborden zijn ook heel up-to-date.”
ZES WEKEN RESEARCH
Alles bij mekaar werkte je 30 fietsroutes uit van gemiddeld een 50-tal km. Hoe ging je hiervoor te werk?
“Eerst kocht ik hele goede knooppuntenkaarten en deed ik veel research. Met een fluostift markeerde ik alle mooie plekken, toffe cafés. Tegelijk had ik contact met de lokale verantwoordelijken van de knooppunten en die gaven me ook nog tips. De voorbereiding was heel intensief en heeft toch wel vijf tot zes weken geduurd. Aansluitend heb ik geprobeerd om die mooie plekken met mekaar te verbinden.”
En heb je vervolgens alle fietsroutes zelf gefietst?
“Inderdaad en meer dan dat zelfs. Soms gebeurt het dat je ergens komt waarvan je denkt dat het beter kan en dan pas je de route ter plaatse aan. Ik vind het belangrijk om de routes te fietsen omdat je dat gevoel ook in je teksten kunt leggen. Voor het boek heb ik in totaal 1.800 km in 30 dagen gefietst. Ik rijd elektrisch, want anders zou ik dat niet kunnen. Je moet zorgen dat je hoofd fris blijft. Onderweg spreek ik teksten in op mijn iPhone. Tegenwoordig heb je daar goede apps voor. En tegelijk maakte ik duidenden foto’s. ’s Avonds selecteerde ik meteen mijn foto’s en beluisterde ik de audio-opnames en verwerkte die. Musea onderweg bezocht ik ook.”
En hoeveel platte banden heb je gereden?
“Geen enkele. Bijna ben ik wel een keer mijn voorwiel verloren. Ik had een nieuwe fiets en blijkbaar zat dat niet optimaal afgemonteerd.”
FAVORIETE TERRASSEN
Welke vind je de mooiste fietsroute?
“Dat is een hele moeilijke. De laatste route ging door Noord-Limburg en Noord-Brabant, door de natuurgebieden Maasheggen en Maasduinen. De Maasheggen is door de Unesco erkend als biosfeergebied. De tocht volgt over de linker- en rechteroever van de Maas. Het is er prachtig fietsen… Op het Zeeuwse schiereiland Tholen is het heel rustig. Ik was er op een zondag en zag er mensen naar de mis gaan in traditionele kledij. De streek is er nog sterk gereformeerd. Heel leuk is ook De Biesbosch, waar je zowel door kunt fietsen als door kunt varen.”
Bij welke horecaterrassen moeten we zeker stopppen?
“Er staan veel terrassen in het boek. Mijn toppers per provincie zijn deze: brasserie kasteel Schaloen in Schin op Geul (Limburg) omwille van het prachtig decor. In Zeeland zijn er aan zee tientallen mooie terrassen, maar in het binnenland gaat mijn voorkeur naar De Drie Koningen op de markt in Groede. In Noord-Brabant moet je beslist stoppen bij Fietscafé de Hospes in Leende. Je kunt er terecht voor koffie met gebak of een La Trappe pruufplenske, een proeverij van vier trappisten op een eiken plankje. Op een maandag reed ik 50 km door Limburg en alle horeca was dicht. Ofwel was het hun sluitingsdag, ofwel waren ze gesloten wegens vakantie. Ik leefde een dag op gekochte bananen en appelsienen. Een wijze les: maandag is misschien niet altijd de beste dag om te gaan fietsen.”
Merk je een verschil tussen fietsen in België en Nederland?
“Nederland is iets meer gecommercialiseerd. Je hebt er meer fietscafés die zijn uitgerust met laadpunten en reparatiekits. In vergelijking met Vlaanderen staan er ook meer picknickbanken en gewone banken, zijn er meer uitzichtpunten. Nederland staat op het vlak van fietsvoorzieningen toch een stuk verder dan Vlaanderen. In Wallonië beleef je bij het fietsen meer avontuur. Nadat een boer met een ploeg is gepasseerd, durft er wel eens een knooppuntenbord tegen de grond liggen. Zuid-Nederland is heel vlak, behalve dan Zuid-Limburg, de streek rond het Drielandenpunt en Valkenburg. Daar volgt de route een stuk het parcours van de Amstel Gold Race. In Zeeland is het dan weer permanent file op de fietswegen. Met opzet ging ik er al niet in het weekend fietsen, maar dan nog is het er altijd ontzettend druk.”
BETALENDE PONTJES
Ben je vaak verkeerd gefietst?
“Op mijn allereerste tocht in de Brabantse Wal ben ik verkeerd gereden en heb ik eventjes gevloekt. Maar over het algemeen is de bewegwijzering langs de knooppunten zeer goed. Het gebeurt wel eens dat er bij werken geen omleidingsborden staan. Eigenlijk heb ik mijn gpx-bestanden van de routes niet nodig gehad. Bij verschillende routes moet je over met een veerpontje. Dan zocht ik op voorhand de uren op, maar die klopten vaak niet. Aan het Veerse Meer was ik een half uur te vroeg en kon nog net op de veerpont springen. Anders had ik daar nog een hele tijd gestaan. Op een andere plaats heb ik eens een omweg van 10 km moeten fietsen omdat ter plaatse bleek dat de pont niet bediend werd. Bij ons zijn veerponten meestal gratis, in Nederland niet. Daar zijn ze altijd betalend en betalen kan soms alleen met cash, niet door te pinnen. Zo heb ik ooit betaald voor een groepje van vier Nederlandse wielertoeristen waarvan niemand cash op zak had. Nadien hebben ze me via de bank terugbetaald, zelfs 20 cent extra.”
Word je rijk van fietsboeken maken?
“In het geheel niet. Als ik zou uitrekenen wat ik per uur verdien, dan zou dat wel eens heel weinig kunnen zijn. Maar ik leer heel veel bij, bijvoorbeeld over Van Gogh in Zundert en Etten-Leur, over de Tuinen van Arcen en Appeltern die ik bezocht, over de geschiedenis van de streek. In mijn boeken probeer ik een goede mix te brengen van cultuur, geschiedenis, toffe plekken, mooie natuur. Mijn buurvrouw is drie keer mee op pad gegaan. Ze zei dat ze nooit had gedacht dat een fietsboek maken zoveel inspanning vergt. Alles bij mekaar ben ik aan zo’n boek toch snel zeven maanden bezig met voorbereiden, fietsen, foto’s uitzoeken, de teksten schrijven, kaartjes aanleveren, de drukproef nalezen. Vroeger had ik een goed draaiend reclamebureau. Ik nam me voor om het voor mijn 50ste te verkopen. Twee maanden daarvoor is dat ook gebeurd. Toen zei ik: vanaf nu probeer ik mijn hobby en passie te combineren. En dat is gelukt! Fietsboeken maken is mijn passie.”
Begin mei verschijnt bij Uitgeverij Lannoo je Fietsboek Zuid-Nederland. En dan?
“Ik heb een paar voorstellen ingediend en wacht op Lannoo. Einde maart moet daarover duidelijkheid komen. En dan ben ik hopelijk weer vertrokken voor het volgende boek.”
WIN! WIN! WIN!
Onderox Magazine mag drie exemplaren van het boek van Kristien wegschenken. Je kan er één winnen door de wedstrijdvraag te beantwoorden die je vindt via deze link. Deelnemen kan nog t.e.m. zondag 16 april. Veel succes!
MEER INFO
www.happyweekends.be
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.