Wil je op de hoogte blijven?
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.
TURNHOUT/ARENDONK — De veertienjarige Luna Andelhofs uit Arendonk is één van de jonge theatermakers die iedere woensdag bij Kaaiman experimenteren met toneel in de Turnhoutse Warande. Kaaiman gelooft dat het podium de wereld is zonder grenzen, een universum waarin werkelijk alles mogelijk is. En net dat trekt Luna zo erg aan. “Hier wordt niets van je verwacht en je kan je volledig uitleven”, meent Luna. “Bij ons is niemand normaal.”
Een groep jongeren waarvan niemand normaal is, dat moet lachen zijn. Wat doe je daar dan op die woensdagmiddagen?
Luna Andelhofs: “Vooral improvisatietheater. Een deel van de groep verzint gewoon drie woorden die niets met elkaar te maken hebben. En daarrond moet de rest dan gaan improviseren. Daar beginnen we mee te spelen en op den duur gaat het gesprek dan over zoveel dat helemaal niet meer samen hangt en zo. Dat is vaak zo grappig. Dat zijn heel leuke momenten. Maar soms repeteren we ook stukken die vooraf uitgeschreven zijn en waar we voorstellingen mee geven.”
En hoe kom je daar dan terecht, bij dat ‘zootje ongeregeld’?
“Mijn mama had drie jaar geleden ergens gelezen dat er in de zomervakantie een theaterweek werd georganiseerd door Kaaiman, waarbij er vijf dagen lang elke middag gespeeld werd. En dat leek me wel iets. Dus heb ik me ingeschreven. Ik herinner me nog dat het een hittegolf was die week en daardoor was het wel zwaar. Maar na die week had ik echt wel door dat het iets voor mij was. Ik vond dat zo leuk dat ik ben blijven gaan. Kaaiman werkt in groepjes van jongeren met dezelfde leeftijd. En in mijn groepje zijn we met negen.”
Nu sta je dus al drie jaar op het podium. Merk je dat je er beter in wordt?
“Op zich wel. Niet dat ik het aan mezelf merk. Maar bij de mensen rondom mij merk ik echt heel hard dat ze beter worden in wat ze doen. En dan denk ik dat het ook wel bij mezelf zo zal zijn. (glimlacht) We zijn allemaal wel heel eerlijk tegen elkaar. Als we vinden dat iemand het niet goed doet, of als je expres foute dingen gaat doen, zeggen we dat wel. Zo leren we snel van elkaar en is het leuk om samen te spelen.”
Is dat dan de bedoeling? Dat jullie elkaar versterken door samen te spelen en elkaar bij te sturen?
“Soms spelen we ook wel met een coach hoor. Maar ’t is wel leuk om samen met theater bezig te zijn. Zo waren er begin vorig jaar twee anderen in onze groep die het allemaal nog niet zo goed konden. Maar zij zijn ondertussen bij de besten. Ze zijn grappig, creatief en vooral: er is met hen nooit een stil moment. Die twee weten altijd wat te zeggen.”
En wat heb je er zelf al van bijgeleerd?
“Ik merk dat ik veel beter kan spreken. Ik articuleer beter en ik kan vlotter voor een grote groep praten. Vroeger dacht ik dat ik moest schreeuwen op het podium opdat mensen me zouden kunnen verstaan. (lacht) Ze schrokken echt als ik begon te praten. Ik was toen ook echt supergestresseerd als ik moest spreken voor een groep. Nu ben niet meer zenuwachtig voor spreekbeurten of zo. Ik heb al voor groepen van driehonderd mensen op het podium gestaan. Daar heb ik nu ook nog wel zenuwen voor, maar dat zijn geen slechte zenuwen. Dat is zoals wat je voelt als je in een attractie gaat. Je weet dat het leuk gaat worden, maar je hebt toch wat stress. Maar spreken voor de klas, daar krijg ik geen stress meer van.”
Groepen van driehonderd toeschouwers? Jullie geven dus ook echte voorstellingen.
“Ja, zo hebben we een stuk Pinocchio gespeeld, een superleuk script. En dat hebben we vijf keer gespeeld voor een volle zaal. Vier keer voor scholen en dan ook nog een keer voor volwassenen. Voor de scholen spelen was niet altijd even fijn. Maar voor volwassenen, dat vond ik wel echt tof.”
Waarom was het dan minder tof om voor scholen te spelen?
“Kijk, eigenlijk is het net leuker om voor jongeren te spelen. Maar als er dan hele scholen of klassen verplicht komen kijken dan doen die jongeren vaak zo stom en dan is het echt niet meer leuk. Dat geeft een rare sfeer. Maar meestal komt het ook dan nog wel goed hoor. Als we zo’n groot stuk als Pinocchio spelen, dan kunnen we in de loges gaan zitten en zo. En dan voel ik me super-professioneel, alsof ik daarvoor word betaald.” (lacht)
Zou nog kunnen komen, hé. Een professionele carrière in de theaterwereld. Zou je dat willen?
“Ja! Dat zou een droom zijn. Professioneel bezig zijn met alles wat met acteren te maken heeft. Maar dat is nu niet waar ik voor ga, want dat lukt bij heel weinig mensen. Het acteren doe ik gewoon supergraag. En als je iets wat je zo graag doet zou kunnen combineren met je job dan ga je graag naar je werk. Ik denk dat ik later liever zou opstaan om gaan te acteren dan om naar een bedrijf te gaan. Het acteren zal nog wel even een deel van mijn leven zijn. En ik hoop stiekem dat het ooit zou lukken om er verder in te gaan, maar het is niet mijn main goal.”
Dus als we eindigen met een dilemma ‘school of De Warande’ dan is jouw keuze snel gemaakt?
“Tuurlijk, ik kies makkelijk Kaaiman over school. Daar kan je creatief zijn en daar hou ik van.”
Foto: Tom Claessen
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.