Wereldreizigers

Ellen Vandevijvere: "Vanaf dag één schoven we aan bij de 'fika'"

Gepubliceerd: 27 juni 2024  |  Door: Nele Caeyers  |  Onderox editie: 243

MOL/ZWEDEN — Tijd voor verandering en nieuwe uitdagingen, dachten de Molse Ellen Vandevijvere (43) en haar gezin enkele jaren. Vier jaar later verbouwen ze enthousiast hun huis te midden van de Zweedse natuur.

Ellen, de Kempen was voor jou al snel te klein?
Ellen Vandevijvere: “Als tiener al voelde Mol en omstreken voor mij veel te landelijk aan. Ik moest weg, mijn vleugels uitslaan, de wereld zien en ervaren. Na mijn studies animatiefilm aan de kunstschool trok ik een half jaar naar Duitsland. Nadien woonde ik twee jaar in Parijs. Dat beviel me beter. Nadat ik Piet, mijn echtgenoot, leerde kennen, verhuisde ik naar Antwerpen. Ook daar heb je de wereld in het klein en dat vond ik prima. Twaalf jaar geleden kwam Dante, onze zoon. Dan is het gewoon praktisch om alle voorzieningen dichtbij te hebben.”

Hetgeen je schetst, staat in schril contrast tot waar je nu zit: op het Zweedse platteland. Hoe gebeurt zoiets?
“We hadden verschillende redenen om over een verhuis na te denken. En dat is goed. Als je maar om één reden vertrekt, denk ik dat de kans op slagen niet zo groot is. Piet en ik verschillen veel in leeftijd. Hij is 67, ik 43. Enkele jaren geleden besefte hij dat zijn pensioen er zat aan te komen en hij huiverde bij het idee om alleen thuis opgesloten te zitten op een appartement. Hij had jarenlang met zijn hoofd gewerkt en wilde nu eindelijk iets doen met zijn handen. Verder misten we allebei ruimte. Met onze Spaanse rescue windhond was het vaak een uitdaging om een degelijke wandeling te maken in de stad. We konden wel de auto nemen en zo’n twintig minuten rijden naar een park, maar voor echte natuurliefhebbers als wij was dat nogal complex en ook niet echt bevredigend. Ondertussen zag ik meer en meer op tegen het dagelijkse pendelen naar Brussel voor het werk. Ik was dus wel klaar voor een nieuwe uitdaging. En die mocht wat ons betreft best in het buitenland liggen.”

Was het dan meteen duidelijk dat jullie naar Zweden zouden trekken?
“Neen, ons eerste idee was Frankrijk. Dat leek ons vooral praktisch: het was niet te ver weg en we spreken allebei vlot Frans. Maar Dante zag dat absoluut niet zitten. Hij heeft om een onverklaarbare reden een hekel aan de Franse taal, dus hij gebruikte zijn veto. Hij zag een verhuis naar het buitenland ook minder zitten dan wij. Het is voor zo’n kind natuurlijk een hele stap. De droom werd toen tijdelijk wat op de achtergrond geschoven, maar bleef toch altijd sluimerend aanwezig. Tot we drie jaar geleden een vakantiehuisje huurden in Zweden en op vakantie trokken met intussen twee rescue windhonden. Daar staken die avontuurlijke ideeën opnieuw de kop op: ‘Wat als…?’ Maar we zijn geen van allen roekeloze beslissers, dus er werd veel gewikt en gewogen. Dante bleef het minst enthousiast. Hij wilde liever in België blijven. Maar als hij dan toch zou moeten kiezen, zou Zweden het toch halen van Frankrijk.”

Jullie hebben grondig onderzoek gedaan dan, alvorens de grote oversteek te wagen?
“Zeker! We hebben het er intens en veel over gehad en dan in het najaar van 2021 de knoop doorgehakt dat het Zweden zou worden. We hebben de familie ingelicht en zijn meteen de taal beginnen leren. Als we iets doen, doen we het goed! (lacht) Daarnaast was het kiezen van de juiste locatie heel belangrijk. Ik wilde nog altijd iets van seizoenen ervaren, dus het echte hoge noorden, waar je vooral winter hebt en een klein beetje zomer, was voor mij geen optie. De natuur was ook een doorslaggevende factor. We zijn ons bewust van de klimaatveranderingen. Die heb je natuurlijk in Zweden ook, maar hier voelen ze net wat minder angstwekkend. We wilden ruimte en groen rondom ons en een veilige plek voor Dante. In november 2021 huurden we een mobilhome waarmee we de regio’s doorkruisten die ons aanspraken. We kozen speciaal die maand uit omdat het een sombere maand is met regen, donker en koude. Als we alsnog gecharmeerd zouden worden, wisten we dat we op de goede weg waren. En dat was ook zo. Hoewel het weer tegenviel, was het toch heel erg mooi.”

Maar het perfecte huis vonden jullie nog niet.
“Daarvoor zijn we nog enkele keren terug moeten gaan. In de paasvakantie van 2022 bezochten we Årjäng, een dorp niet zo ver van de Noorse grens. We stapten er binnen bij de lokale makelaar. Daar hoorden we dat er een mooi huis te koop zou komen te staan. Er stond een openbare bezichtiging gepland, maar we mochten al eens in preview een kijkje gaan nemen. En inderdaad… We werden meteen verliefd op het huis. We deden een bod, de openbare bezichtiging werd geannuleerd en wij waren plots eigenaars van een Zweeds huis! Nu, het was niet al rozengeur en maneschijn. De aankoopprijs mocht dan een meevaller zijn, het huis had wel enorm veel renovatie nodig. Maar we zagen potentieel. Het is een soort herenhuis met een goede basis, maar het had lang leeggestaan en had een grondige facelift nodig. Nieuwe isolatie, nieuwe ramen, badkamers, vloer… Noem maar op. Er is ook een bijhuisje bij, ook dat hebben we helemaal gestript. Het is een ideaal verblijf voor onze familie en vrienden als ze op bezoek zijn. En het moet deze zomer klaar zijn, want mijn moeder komt voor een goeie zes weken naar hier.”

Dus Piet kan wel degelijk met zijn handen aan de slag.
“Absoluut. Hij heeft er om geroepen, nu is het menens. (glimlacht) We zijn nog niet meteen verhuisd na de aankoop. We hebben eerst wat verbouwd zodat het degelijk bewoonbaar was en we wilden Dante ook de kans geven om zijn lagere school af te maken in België. We pendelden een jaar lang tussen Zweden en België tijdens vakanties. Pas in juli 2023 zijn we uiteindelijk definitief verhuisd. We zijn nu met heel veel tegelijk bezig. De tuin staat op ontploffen na de winter en dan is er het bijhuisje nog. Gelukkig heeft Piet tijd en er komt ook wel wat volk over de vloer om een handje toe te steken.”

Jullie hebben een goed contact met de buren dan?
“Ja, we zijn hier met open armen ontvangen in de gemeenschap. We wonen naast het folketshus, het gemeenschapshuis, en we zijn daar ook meteen naartoe gestapt. We wilden integreren, deel uitmaken van de leefgemeenschap hier. Niet alleen voor ons, ook voor Dante is het belangrijk om mensen te leren kennen. Elke woensdag houden ze hier fika: samen gezellig koffie drinken met wat zoets erbij en kletsen. Vanaf dag één schoven we mee aan. Verder heeft ons huis heel lang leeggestaan. De mensen zagen met lede ogen aan hoe het verkommerde. Het feit dat wij nu tegen 200 km per uur aan het klussen geslagen zijn, vinden ze heel mooi om te zien. Het huis heeft een geschiedenis. Iedereen hier kent de familie van de schoorsteenveger die hier ooit woonde. Zijn zoon heeft nog een vakantiehuis in de buurt en springt altijd binnen als hij hier is. Het is geweldig om hem de verhalen te horen vertellen en hij toont ons alle speciale en verborgen plekjes. We kiezen er ook bewust voor om het huis heel ‘Zweeds’ te houden en in te richten. In Antwerpen hadden we een modern appartement met hedendaags meubilair. Dat zou hier echt vloeken, dus we hebben heel weinig meegebracht van onze spullen. Nu zoeken we naar unieke en authentieke spullen op de tweedehandsmarkt. We willen echt helemaal opnieuw beginnen.”

Je schetst een bijzonder idyllisch plaatje.
“Als je de muggen en teken vergeet, weliswaar! We zitten in een regio met wel duizend meren, dus het aantal muggen is navenant. In de zomer kan je het bos niet onbeschermd in. Het is onze eerste lente hier nu en ik ontdek tot mijn grote plezier dat de natuur volop ontwaakt, maar de muggen slapen nog. Ik geniet dus met volle teugen! En nog erger dan de muggen en teken is de hertenluisvlieg. Denk daarbij aan vliegende teken. Afschuwelijk! Vanaf augustus tot de eerste vorst hebben we de handen vol om deze parasieten uit onze kleren en van de honden af te houden. Maar kijk, ook dat is de natuur. Het houdt ons alleszins niet tegen om volop te profiteren van de ruimte en het groen dat we hier zomaar cadeau krijgen.”

Hoe zit het dan met de Molse tiener die de Kempen te landelijk vond?
“Gek hoe het leven kan lopen, he. Ik zou je uitgelachen hebben toen, als je me zou hebben verteld dat ik ooit op het Zweedse platteland zou wonen. Maar het voelt wel juist aan. Ik heb mijn deel van de wereld gezien in de jaren die achter mij liggen. De tijd in Duitsland en Parijs, onze jaren in Antwerpen,... Dat was goed, maar nu is het tijd voor iets anders. Als tiener zou ik zo snel mogelijk mijn biezen gepakt hebben hier, maar nu mag ik hier landen. Ik heb mijn rust gevonden. We hebben wel een back-upplan mocht het niet lukken. We verhuren ons appartement in Antwerpen, dus kunnen in theorie nog altijd terug. Maar dat is niet de bedoeling. We willen hier oud worden. Ik werk ondertussen als fulltime leerkracht Frans en Engels op de plaatselijke middelbare school. Ik leer hen Frans en Engels, zij leren mij elke dag beter Zweeds spreken. Ik krijg de taal gelukkig snel onder de knie, want als leerkracht moet ik uiteraard ook in het Zweeds overleggen met ouders, collega’s,…”

Het lijkt er niet op dat je veel mist uit België.
“Neen. Er is hier nog zoveel nieuws te beleven, nog zoveel te zien. We zijn natuurlijk nog niet zo heel lang hier, dus het is allemaal nog een beetje nieuw, maar dit leven bevalt me wel. En ook Piet en Dante hebben het naar hun zin. En zo gauw het bijhuisje klaar is, komen familie en vrienden maar naar hier. Ze hebben dan een eigen stekje vlakbij ons huis. Liever dat dan dat ik zelf naar België moet.”

Meer lezen van Nele Caeyers

Meer Wereldreizigers

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.