Wil je op de hoogte blijven?
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.
RETIE/ARENDONK – Voor deze zomereditie van Onderox hebben we een heel team van straatartiesten uitgenodigd. Te beginnen met Demos en Stavros Papadopoulos, verder nog Jean-Jacques Cousteau en Robert, en tot slot Umberto en Augustino. En dan vergeet ik de twee belangrijkste nog: Bart Broeckx (51) uit Retie en Gunter Schellekens (44) uit Arendonk. Twee Schoonbroekse jeugdvrienden met verschillende pseudoniemen op hun cv.
Beeld je even in. Een rustig zomerterrasje, een fris pintje, een portie bitterballen, een aangenaam zonnetje dat op je voorhoofd schijnt… En dan passeert Straattheater In Eigen Nat. Dan weet je, het is zomer.
Zal ik het voor dit interview gewoon bij Bart en Gunter houden? Iets zegt mij dat jullie elkaar al zeer lang kennen.
Bart Broeckx: “Klopt helemaal. Laat ons zeggen dat we allebei geboren en getogen zijn in Schoonbroek. Buurjongens nog wel. Ik ben wat ouder en dus toch wat de vaderfiguur van Gunter. (lacht) Ik heb nog op hem gebabysit. Lang geleden. Hij weende nogal veel, herinner ik mij. Gelukkig is dat met de jaren verbeterd. (lacht) Ik ben ook nog leider geweest van Gunter op de Chiro. En daarna hebben we lief en leed gedeeld bij Schoonbroek Leeft.” Gunter Schellekens: “Dat van dat wenen kan ik niet bevestigen. (glimlacht) Maar de rest klopt wel. We hebben samen altijd theater gemaakt op Schoonbroek Leeft. En heel veel plezier gehad. We hadden nooit budget voor grootse dingen. Dus het was altijd onze plan trekken. Maar ergens voelden we wel aan dat we hier enig talent voor hadden. Zeker de Caisartour in 2006 was toch wel een hoogtepunt. Maar goed, door andere drukke bezigheden hebben we onze bijdrage aan het festival heel wat jaren geleden stopgezet. Met pijn in het hart weliswaar. Maar het was duidelijk dat dit vlammetje, zowel bij Bart als bij mezelf, nog lichtjes brandde. En toen Bart een tijdje daarna vroeg of hij eens mocht langskomen, wist ik meteen hoe laat het was. Bijna zonder iets te zeggen keken we elkaar aan en zeiden we, ja we gaan dat doen.” (lacht)
Nu lijkt straattheater in jullie huidige vorm nog wel een stapje verder te gaan dan wat jullie destijds in Schoonbroek deden.
Bart: “Dat is waar. Maar we hebben ondertussen ook een weg van tien jaar afgelegd. Weet je, toen we beslist hadden om met theater te starten, vroegen we ons wel af hoe dat er dan uit moest zien. We kunnen niet goochelen, we kunnen niet jongleren, we kunnen niets van wat ze in een circus kunnen. Iets visueels dan, was de conclusie. Maar ook dat verhaal is in die tien jaar blijven groeien. Zowel naar ervaring toe als naar de verzameling attributen.”
Ja, vertel daar eens iets over. Hoe komen jullie in godsnaam aan al die materialen? Ik neem aan dat jullie kelders en tuinhuizen inmiddels helemaal vol staan.
Gunter: “Dat is helemaal de verdienste van Bart. Hij is daar superhandig in. Als hij een idee heeft, weet hij al meteen hoe hij dat gaat maken. En uiteindelijk slaagt hij daar ook altijd in. Na heel wat uren werk.” Bart: “Bricoleren is effectief wel mijn ding. Ik kan me daar helemaal in verliezen. Maar we hebben elk onze rol in het verhaal. Zo zorgt Gunter voor alle paperassen en kan ik me helemaal uitleven in mijn geknutsel. Ik ben nu een soort kinderhoek aan het maken met een roeimachine. Toen het klaar was, merkte ik dat het ronddraaiend wiel eigenlijk levensgevaarlijk was. Stel dat een kind dat zou vastpakken terwijl het volle bak draait. Dus heb ik er een slakkenhuis over gezet. (lacht) Vraag me niet waarom dat een slakkenhuis moest zijn, maar ik vond dat een leuk idee. En toen dat klaar was dacht ik, zou het niet leuk zijn als dat ook van die bellen kon blazen? Voilà, nu heb ik een roeimachine met een slakkenhuis dat bellen kan blazen. Ja, bij die brainstormsessies in mijn hoofd, geloof me, daar wil je niet altijd bij zijn.” (schaterlacht)
En hoe weet je of iets werkt zo gauw je het op het grote publiek loslaat?
Bart: “Dat weet je pas als je het effectief op het grote publiek loslaat. Dus af en toe is het ook met je hoofd tegen de muur knallen.” Gunter: “Weet je nog toen in Heist-op-denBerg? Onze eerste try-out. Wij met onze boot naar het centrum. En Bart kreeg daar een complete black-out. Tot overmaat van ramp hadden we toen, vol trots, onze ouders en familieleden uitgenodigd. Niet meteen onze beste herinnering. (lacht) Gelukkig staan daar ook vele leuke momenten tegenover.” Bart: “Zo reden we enkele jaren geleden naar een Vrij Podium in Oostende. Er waren tien artiesten aanwezig die al veel verder stonden dan wij, bijna professioneel zelfs. De winnaar mocht op Leffingeleuren spelen. Geen schijn van een kans hadden we. Tot na de wedstrijd iemand van de organisatie naar ons kwam om te vragen of we het weekend van Leffingeleuren vrij waren. We hadden de wedstrijd gewonnen. Fantastisch was dat. Sindsdien spelen we zeer vaak aan de kust. In Oostende vooral, maar ook in Bredene. Ook op Gulden Spot in Lokeren hebben we een keer een wedstrijd gewonnen.” Gunter: “We zijn nog altijd verbaasd als we tijdens die evenementen bij de andere artiesten mogen gaan zitten. Zo hebben we een keer een ganse namiddag doorgebracht met acteur Wim Willaert. Wat een heerlijke kerel is dat. Onvergetelijk.” Bart: “Dat jaar stond ook Regi op de affiche. Toch plezant als je samen met Regi iets kan drinken aan de artiestenbar.” (lacht)
Nog leuke anekdotes?
Gunter: “Zeker. We spreken tijdens één van onze voorstellingen ook in een andere taal. Wat Engels of wat Italiaans. Maar Bart en Frans, dat gaat niet samen. En je weet nooit wie je voor je neus hebt in het publiek. Zeker niet aan de kust. Dus Bart haalt daar zijn beste buitenlandse woordenschat naar boven maar wordt vrolijk beantwoord in het Frans. Daar stond hij dan even letterlijk en figuurlijk met zijn mond vol tanden.” (lacht) Bart: “Ik moet nu denken aan die keer op Trezart, aan het Zilvermeer. Daar was toen belachelijk veel volk. Kinderen vooral. En omdat het zo druk was stonden die echt vlakbij. Op dat moment trek ik zo’n klein paaltje uit de grond dat onder de voet stond voor onze act en ik gooi dat rustig naar de kant. Niet goed gemikt en helaas bij één van die kinderen zijn wenkbrauw open. Tja, wat doe je dan? Als ik het me goed herinner heb ik dat kind, volledig in character, aan een papa gegeven en zijn we doorgegaan met de show.” (lacht) Gunter: “We mochten ook een keertje in Amsterdam spelen. En om onze kosten te drukken hadden we beslist om te couchsurfen. Ken je dat? Dan mag je gratis bij iemand op de zetel slapen. Wij het juiste adres opgezocht, we bellen aan. Komt daar een oudere Nederlander de deur opendoen in een witte badjas en witte sloefen. En jawel, met zijn naam in het goud op zijn sloefen geborduurd. Ik heb die letterlijk van kop tot teen bekeken. En toen dacht ik, dit wordt een bijzondere avond. (lacht) We hadden eerst het plan om meteen Amsterdam in te trekken maar we zijn gelukkig gebleven. Topavond gehad. En ’s morgens verwend met een mooi ontbijt. Leuke herinneringen allemaal.”
Jullie werken allebei voltijds. Jullie maken alles zelf. Ik hoor Oostende, Bredene en Amsterdam. Het lijkt me wel een druk leven.
Bart: “Soms wel ja. Ons seizoen is ook beperkt tussen mei en september. Dan moet het gebeuren. Maar we moeten er wel over waken dat het haalbaar blijft. Er moet ook gerepeteerd worden.” Gunter: “Maar daar heb jij toch een goede truc voor hé? Bart: “Hoe bedoel je?” Gunter: “Jij doet dat toch onder de uren.” Bart: (lacht) “soms wel ja. Mag ik dat zeggen? Ja, ik denk het wel hé. (lacht) Ik werk bij Pidpa en dan heb je al eens leuke scenario’s. Zo moesten we pas bij een lek een stuk van een straat afzetten. Normaal worden de bewoners hiervan per brief op de hoogte gesteld. Maar dat was nu niet gebeurd. Dus de hoofdkraan wordt dichtgedraaid en meteen staan er enkele bewoners op het straat hun ongenoegen te uiten. En dan weet ik, hier zit een sketch in. (lacht) Als ik er dan in slaag om iedereen terug met een glimlach naar binnen te krijgen, ben ik gelukkig en dan is mijn missie geslaagd. En ondertussen heb ik wat kunnen oefenen en ideeën opdoen.”
Want je weet bij het publiek natuurlijk nooit hoe ze gaan reageren.
Gunter: “Inderdaad, zeker bij kinderen wil dat wel eens verrassen. We proberen hen nu veel meer bij de show te betrekken zodat ze minder terughoudend zijn. En dat geeft vaak spontane en vrolijke reacties.” Bart: “We hebben in Nederland ook eens een dame gehad die de show begon over te nemen. We zorgen uiteraard altijd voor veel interactie met het publiek maar het is natuurlijk niet de bedoeling dat ze de boel overnemen. Dan is het ook even improviseren om zelf de touwtjes terug in handen te krijgen.” Gunter: “Dat improviseren maakt het bij momenten ook wel vermoeiend. Je wil iedereen er altijd met de volle aandacht bij houden. Na een voorstelling pompt de adrenaline nog altijd even door. Maar even later merk je dan ook weer hoeveel energie zo’n optreden vraagt. Want laat ons eerlijk zijn, soms is het ook een beetje trekken en sleuren om de boel op gang te krijgen.” Bart: “Zo staan we dus ook wel eens op muziekfestivals. De mensen verwachten ons daar niet meteen. Ze komen ook niet voor ons maar voor de muziek. Als er wat gedronken is, en de mond-tot-mondreclame heeft z’n werk gedaan, dan vlot het altijd wel, maar bij de start durft men dan wel eens terughoudend zijn.”
MEER INFO
www.ineigennat.be
Locatie fotoshoot: Provinciaal Recreatiedomein Zilvermeer
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.