Talent van eigen bodem

Jan Hertoghs: 'Het verschil tussen stad en platteland houdt me al jaren bezig'

Gepubliceerd: 26 oktober 2023  |  Door: Dominique Piedfort  |  Onderox editie: 235

KEMPEN — ‘Alles voor de Kempen’ van Jan Hertoghs is meer dan een boek. Noem het gerust een kleine bijbel over het leven zoals het is tussen Hoogstraten en Herselt. De rode draad vormt de herkomst van Jans moeder die opgroeide in Tielen. Waarom begeestert dit boek onze streekgenoten? We vroegen het aan de Antwerpse schrijver/journalist.

Jan Hertoghs is een bekende naam voor de lezers van het weekblad Humo. Een interview met een BV interesseert hem minder, Jan zoekt liever de veteranen van KFC Herenthout op voor een innemende reportage. Als kersverse zeventiger serveert hij nu ‘Alles voor de Kempen’.

Wat je beschrijft, is herkenbaar voor een Kempenaar. Waar ligt dat net in?
Jan Hertoghs: “Dat zoveel mensen zich herkennen, dat hoor ik aan de vele reacties. Maar de grote verrassing voor mij is dat het alle leeftijden lijkt aan te spreken. Ik dacht dat het vooral bij vijftigplussers zou aanslaan. Maar tijdens het signeren in Turnhout zegden twintigers dat ze het ‘extreem herkenbaar’ vonden. Ik vermoed dat het honkvaste van Kempenaren door velen herkend wordt, maar evengoed schrijf ik over de Kempense manier van vertellen. Dat is geen wetenschap, dat beschrijf ik eerder intuïtief, maar blijkbaar heb ik het toch goed aangevoeld. Mensen vragen mij wel: waar trek je de grens van de Kempen? Dat is lastig. Mensen uit de regio Tessenderlo contacteren mij, en er komen positieve reacties uit Oelegem en Schilde. Dus ook lezers uit de Voorkempen en de Limburgse Kempen lijken zich te herkennen.”

Je schrijft onder meer over je zwijgzame grootvader. Nog zoiets dat zovele Kempenaren herkennen.
“Dat is wellicht die terughoudendheid van de Kempenaar, het zijn geen tafelspringers. Dat spaarzaam zijn met woorden van mijn grootvader, dat is me blijven intrigeren. Kempenaren die meer introvert of wat stroever zijn, dat vind ik niet slecht. Je mag wat afwachtend zijn, je hoeft niet een allemansvriend te zijn.”

Je houdt je niet bezig met de grenzen van de Kempen. Zocht je wel naar een definitie van de Kempenaar?
“Ik durf geen defi nitie uit te spreken. Ik heb alleen drie families in Tielen gekend en daarnaast nog met een aantal mensen gesproken. Ik vroeg dan met wie ze zich als Kempenaar kunnen identifi ceren. Vaak viel de naam van Wout van Aert: een nuchter mens, niet te hoog van de toren blazen. Ook de naam van Tijs Vanneste kwam terug: niet veel woorden aan iets verspillen, niet te veel drama verkopen. Van een Kempense die in Antwerpen gewoond had, hoorde ik dan weer dat het onbevangene typisch is voor de Kempen. Als er in de stad op een feest de Vogeltjesdans wordt opgezet, staan de Kempenaren meteen op de dansvloer. (lacht) Onbevangen zijn, dat is mooi. In de stad is er sneller een dédain tegen iets wat te volks of te populair is.”

Is dat het wat jou in de Kempenaar aanspreekt?
“Ik hou ook van de humor. Die kan kritisch zijn en scherp, maar ook absurd en ongerijmd. En er is die Kempense manier van vertellen die ik leerde kennen door mijn reportages voor Humo. Die veteranen volgen, dat was een plezier. Die mannen van Herenthout waren niet alleen geestig, ze waren ook joviaal voor de buitenstaander die ik was.”

Nooit eraan gedacht om in de Kempen te gaan wonen?
“Nee, daar gaan wonen of tijdens het weekend in een bungalow gaan zitten, zo zit ik niet ineen. Ik ben opgegroeid in Deurne en ik woon nu al 40 jaar in de binnenstad. Zo blijft ook mijn nieuwsgierigheid behouden. Twintig kilometer van Antwerpen kom je een heel andere samenhang tegen. Een vat geven? Ik had daar nog nooit van gehoord. In heel mijn stadse leven ben ik nog nooit naar een vat geweest. Met die verwondering schrijf ik. Ik ga niet naar de Kempen om er te gaan wandelen of te fi etsen. Ik ga naar daar om de mensen te horen klappen en vertellen. Daar heb ik veel plezier in. Wachtend op een trein in Geel kan ik in een stationscafé gaan zitten, gewoon om de mensen van dichtbij te horen vertellen. In hun dialect en in hun manier van iets uit te leggen. Bijvoorbeeld: over hoe goedkoop het is om in Luxemburg op verlof te gaan.” (lacht)

Je interesseert je voor allerlei Kempense ‘fenomenen’, zoals het vogelpikken op de fiets tijdens o.a. ’Merksplas kermis’.
“Ik ben er een keer geweest, dat vergeet je nooit. Daar kan je nog lang over vertellen. Tegelijk merk ik in de stad veel onverschilligheid tegenover ‘den buiten’. Ze kennen hier het Zilvermeer of Bobbejaanland, maar eigenlijk is er amper interesse voor wat er op dat platteland gebeurt. Dat honkvaste bijvoorbeeld, dat zal men in de stad al gauw enggeestig of bekrompen vinden. Maar ik veroordeel dat niet. Ik wil weten hoe dat is. Ik stel er vragen over. Dat verschil tussen stad en platteland, dat houdt me al jaren bezig.”

MEER INFO
‘Alles voor de Kempen’ is uitgegeven door Tzara en telt 150 bladzijden. De richtprijs is 22,99 euro. Een uitloper van het boek is ‘De Grote Kempenquiz’ in CC De Werft in Geel, op vrijdag 10 november 2023. www.dewerft.be.

Meer lezen van Dominique Piedfort
Meer lezen over
literatuur

Meer Talent van eigen bodem

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.