Opvallende bezigheden

Kerstsfeer op een zolderkamer

Gepubliceerd: 15 december 2022  |  Door: Suzanne Antonis  |  Onderox editie: 226

GEEL — De meeste mensen halen hun kerstboom en kerststal in december naar de huiskamer. Maar ergens op een zolderkamer aan de Diestseweg in Geel, hangt er twaalf maanden lang een gewijde sfeer. Theo Van Nueten bouwt er aan kerststallen. In alle stilte, met een ongekende precisie en heel veel geduld. Van 9 tot 25 december 2022 stelt hij zijn werk voor in de Gasthuishoeve van Geel, samen met enkele andere kunstenaars die het kerstverhaal compleet maken.

“Hij zit op zijn zolderkamer, ik zal je even de weg wijzen”, zegt echtgenote Rita terwijl ze nog vlug een lading Sinterklaas-speculaas in de oven schuift. Het is duidelijk dat ten huize Van Nueten de decembermaand de mooiste tijd van het jaar is. Boven de garage heeft Theo (73) inderdaad een paradijs voor knutselaars ingericht. Maar vooraleer ik de toegangsdeur vind, passeer ik een gang met houten kisten, elk met een nummer. Het hoogste nummer is 75. “Hier bewaar ik de afgewerkte kerststallen in”, zegt Theo. “Het is handig om ze te vervoeren naar de tentoonstelling of naar hun nieuwe thuis. Zo’n twintig jaar geleden ben ik met deze hobby begonnen. Ik denk dat ik in totaal toch al zo’n tachtig kerststallen heb gemaakt, het ene jaar al wat meer dan het andere. Je werkt namelijk al vlug enkele maanden aan één project.”

DE EERSTE KERSTSTALLEN
Als kind had Theo al de handigheid in de vingers: “Mijn grootvader was aannemer en er lag bij hem altijd wel genoeg materiaal om mee te knutselen. Mijn overgrootvader maakte houten molens voor in de tuin. Hij had echt timmergerief en daar graaide ik als kind soms wat van weg. Als hij het niet zag tenminste.” Maar om kerststallen te gaan timmeren, daarvoor had Theo de vriendschap van Jef Mertens nodig. “Via onze echtgenotes die allebei breimoeder waren op de lagere school, leerde ik Jef kennen (Jef overleed begin november, nvdr.). Hij heeft jaren in Congo gewerkt en om daar toch iets van een Kempense thuis te hebben, timmerde hij een kerststalletje. In 1960 kwam hij terug naar Geel en bleef hij kerststallen maken. ‘Je moet dat ook eens proberen, het is zo fijn om te doen’, spoorde hij mij aan. Toch heeft het nog tot 2001 geduurd vooraleer de vonk echt oversloeg. Mijn eerste kerststal is een kopie van wat ik van hem meekreeg als voorbeeld. Daarna ging het snel: onze kinderen moesten toch ook een kerststal van mijn hand hebben, familie en kennissen vroegen ernaar en uiteindelijk kwam er in samenwerking met de stad Geel een echte tentoonstelling. Er is ook al een kerststal in Parijs terechtgekomen. En niet iedereen zet zijn kerststal na de feestperiode terug op zolder. Er zijn mensen die hem het hele jaar door laten staan en er dan koeien of zo in zetten. Soms vragen ze me om naast de kerststal ook een varkenshok of een ‘huiske’ te maken. Je kent dat wel, een buitentoilet met zo’n groene deur met een hartje in.”

PLANKJES ZAGEN VAN EEN OUDE WERKBANK
Theo vertelt vurig over zijn hobby. Momenteel werkt hij aan een schapenstal. Op zijn werktafel liggen balkjes van eikenhout, triplex vloerplaten, een hoopje geel zand, loden dakpannetjes, boomtakken, gedroogd buntgras, piepkleine scharniertjes, houten staafjes van enkele millimeter lang en een handvol zagemeel dat hij net nog met een oude koffiemolen heeft fijngemalen. “Ik maak alles zelf”, gaat Theo verder. “Met het zagemeel bekleed ik de muren van de stal om het leemeffect te krijgen. Het eikenhout komt van mijn oude werkbank waar ik als kind aan knutselde. Ze is nu te klein om aan te werken maar het hout is nog in prima staat. Ik gebruik het voor de steunbalkjes en de staldeurtjes. Het buntgras ga ik samen met een medewerker van een natuurvereniging maaien. Zij zijn specialist in wat er waar mag weggehaald worden want buntgras is een beschermde grassoort dat goed gedijt op onze Kempense zandgronden.” Voor de afwerking heeft Theo dan nog enkele dunne plankjes nodig die hij uit boomtakken zaagt en op de vloerplaat kleeft hij het gele zand. “Waarvoor die houten millimeterstaafjes dienen? Die moeten de bakstenen voorstellen. Ik kleef ze op de muur, overschilder alles met wit en penseel daarna de staafjes met baksteenrode verf. Het niet mee geschilderde wit zijn dan de voegen. Het dak waarvan ik het gebinte met canadahout maak, bekleed ik met het buntgras. Bovenop komen nog rode nokpannetjes in lood.” Voor de finale afwerking moet de kerststal ook verlichting krijgen. “Daarvoor neem ik lampjes die ze in koelkasten gebruiken want die worden niet warm. Het zal maar gebeuren dat zo’n dak van buntgras in brand vliegt door een oververhitte lamp.”

INSPIRATIEBRONNEN
De kunstige kerststallen zouden zo in een miniatuurversie van Bokrijk kunnen staan. “Bokrijk is inderdaad een grote inspiratiebron. Tot voor enkele jaren ging ik ook naar de kerststal in Turnhout kijken hoe die gemaakt was. Elk jaar kwam daar een nieuwe want de vorige werd na de kerstperiode naar Brussel gebracht om daar het volgende jaar op de Grote Markt te pronken. Maar sinds ze op de heraangelegde Turnhoutse markt geen kasseisteen meer mogen verleggen, is de traditie van elk jaar een nieuwe kerststal teloor gegaan. Ook in kranten vind ik foto’s van oude boerderijen en stallen waarop ik me kan baseren. In het echt zien we ze helaas niet meer, ook niet in de Kempen.” Reizen doen Theo en zijn echtgenote niet zoveel, er sluipen dus geen buitenlandse invloeden in zijn zolderkamer. “Af en toe eens naar Ieper, voor de herdenkingen en oorlogsverhalen”, zegt hij. “Of naar de kerstmarkt in Keulen maar tegenwoordig is daar nog weinig van kerststallen of beelden te vinden.”

GEEN LEGE STALLEN
Een kerststal is pas af als er een vader Jozef, moeder Maria en een kindje op een strobedje in staan. Koningen en herders met hun schapen horen er ook bij. “De figuren haal ik meestal in tuincentra of we rijden naar Scherpenheuvel waar nog een groot aanbod is. Op de tentoonstelling in de Gasthuishoeve komt ook Paul Willems zijn wassen kerstbeelden voorstellen. Die mogen we niet te dicht bij de verwarming zetten want dan smelt het was weg. Vroeger exposeerden we in de molen van ’t Veld in Geel Ten Aard. Daar moesten we de wassen beelden na sluitingsuur opbergen zodat de muizen de zoete was niet konden ruiken. Ik herinner me er nog van dat we daar veel kou hebben geleden want we stonden met onze kerststallen in de nabijgelegen open schuur. Uiteindelijk vonden we de oplossing: ik timmerde een kerststal waarin we zelf konden zitten. Met een petroleumvuurtje erbij was het daar warm én gezellig. Aan bezoekers geen gebrek. Eén keer is de VRT zelfs komen filmen. Diezelfde dag stonden er mensen van Limburg tot West-Vlaanderen aan de molen. Op de tentoonstelling die nu in de Gasthuishoeve doorgaat, exposeren naast Paul Willems ook Tom Gubbels met handgemaakte kerstdecoratie en Annemie Leemans (Ommbra) met unieke houten designstukken. Zo maken we het kerstverhaal compleet. Zelf ben ik elke dag aanwezig. Anders dan je zou verwachten, zien we vooral op kerstdag veel bezoekers.” En na afloop? Theo zal dan zijn kerststallen weer voorzichtig in de houten kistjes zetten, ze terug naar zijn knutselaarsparadijs brengen en met de allerlaatste balken van de eikenhouten werkbank waar hij als kind zoveel uren versleet, aan een nieuwe kerststal beginnen bouwen.” 

MEER INFO
De Kerststallententoonstelling loopt nog tot en met 25 december 2022 in de Gasthuishoeve in Geel. Elke dag open van 13 tot 20 uur, op 24 en 25 december van 10 tot 17 uur. Meer info: visit-geel.be/winter-in-geel.

Meer lezen van Suzanne Antonis
Meer lezen over
feest

Meer Opvallende bezigheden

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.