Bijzondere trends

Verpakkingsvrij winkelen (bij ondernemers om de hoek)

Gepubliceerd: 26 januari 2023  |  Door: Bert Huysmans  |  Onderox editie: 227

Mijn frustraties over al het verpakkingsafval dat ik bijheb als ik naar de supermarkt ben geweest, was één van de redenen om deze rubriek ooit op te starten. Maar hoe zit het eigenlijk als je pakweg bij de bakker, slager en frituur om de hoek langsgaat. Kan je daar eigenlijk verpakkingsvrij winkelen? Wij zochten het uit.

In deze rubriek zoeken we naar de kleine dingen die we kunnen doen om onze wereld ietsje beter te maken. Want de wereld verbeteren, dat is makkelijk gezegd. Maar wat is haalbaar? En wat niet? Deze maand: verpakkingsvrij winkelen bij de bakker, slager en de frituur.

Verpakkingsvrij winkelen in je eigen buurt, hoe pak je dat aan? We leggen ons oor te luister bij Babs van Roos Met Witte Stippen in de Geelse Nieuwstraat. Zij staat ons naar goede gewoonte bij met raad en daad binnen deze rubriek. “Dat moet zeker lukken”, stemt Babs mij meteen hoopvol. “Maar evident is het niet. Vooral omdat niet elke handelaar toestaat dat je zelf je verpakkingen meebrengt. Een slager mag zo blijkbaar van hogerhand niet zomaar toestaan dat een klant zijn eigen verpakkingen meebrengt omdat de voedselveiligheid dan niet gegarandeerd is.” Bizar, lijkt mij. Misschien moeten we het gewoon een keertje uittesten.

EEN ENTHOUSIASTE SLAGER
Gewapend met twee ‘belegdozen’ en nog een apart potje in mijn herbruikbare draagtas trek ik naar een slager in mijn dorp. Ik stel hem de vraag of hij mijn beleg in de dozen wil doen. “Natuurlijk, meneer!”, klinkt het meteen enthousiast. Een slager met manieren, ik word graag met ‘meneer’ aangesproken. “Ik ben altijd blij als iemand zijn eigen verpakkingen bijheeft. Ik probeer zelf ook zo weinig mogelijk afval te maken.” Ik ga voor 150 gram kippenwit en 150 gram mosterdspek. In het aparte potje doet hij een stevige lepel van een slaatje met spek en ei. Akkoord, vegetarisch eten testen we deze maand niet uit, dat mag u mij even niet kwalijk nemen. “Wij geven het beleg normaal gezien mee in zo’n papier met een laagje plasticfolie erop. Ik geloof trouwens nooit dat iedereen dat thuis uit elkaar trekt om het juist te recycleren. Ik heb hier ook nog vele honderden plastic potjes staan. Dat is een behoorlijke kost. Als iedereen zijn eigen verpakking meebracht, konden wij zelfs onze prijzen laten zakken, dat wordt allemaal mee doorgerekend. Of er veel klanten zijn die ‘vleesdozen’ bijhebben? Niet veel, 2 procent of zo? Ik heb een tijd geleden nog herbruikbare draagzakken aangekocht om aan mijn klanten te geven als signaal dat ik daar achter sta. Maar die zie ik ook maar af en toe terug.” Ik betaal en steek alles weg. “Hoeveel extra moeite heeft ons dat nu gekost?”, zegt de slager afsluitend. “En eigenlijk hebben we best wat afval uitgespaard hoor. Lanceer maar een oproep om voortaan met je eigen verpakkingen naar de slager te gaan.” Bij deze. Eenmaal thuis zet ik alles meteen in de ijskast. Anders moest ik het toch nog overladen in diezelfde dozen. Verpakkingen die enkel dienen om van de slager naar huis je vlees in te bewaren, dat is behoorlijk overdreven, als je erover nadenkt.

EEN UITWASBARE BROODZAK
Vol goede moed, want mijn experiment lijkt een succes te gaan worden, trek ik de volgende dag naar de bakker. Babs heeft me voor deze gelegenheid een herbruikbare broodzak meegegeven. Die heeft een afwasbare stoffen binnenkant. Bedoeling is dat je je gesneden brood erin laat doen door je bakker en dat je zo een broodzak, die je toch maar één keer gebruikt, uitspaart. De dame achter de toog vindt het geen enkel probleem om dat te doen, maar ik ben volgens haar de eerste klant die met zo’n herbruikbare broodzak afkomt. “Heel soms vraagt iemand om een brood in een stoffen zak te doen, dat wel. Maar dat is een grote uitzondering. Dat gebeurt minder dan één keer per week.” Het enthousiasme van de slager delen ze hier niet. “Ik denk eerlijk gezegd dat dat het verschil niet gaat maken en ik vrees dat zo’n zak moeilijk proper te houden is.” Eenmaal het brood in de zak zit, moet je het uiteinde omflappen en een gespje dichtklikken. Zo ontstaat er een lus waardoor je je brood makkelijk kan dragen. Een stuk makkelijker dan wanneer ie in een papieren zak zit, merk ik meteen. Ik probeer het een paar keer uit en merk dat het brood verrassend goed vers blijft, daar had ik vooraf een beetje schrik voor. En eigenlijk valt het proper houden van de zak ook best mee. Je kan ‘m binnenstebuiten keren, uitkloppen en zelfs in de wasmachine steken (dat laatste moet ik wel nog een keertje uittesten). En je kan er ook je brood mee invriezen, wat ik een voordeel vind, maar dan ben je natuurlijk wel je zak kwijt. En een hele voorraad herbruikbare broodzakken moeten aanleggen, dat lijkt me nu ook weer niet de bedoeling.

EEN AVONTUUR MET EEN BICKY BURGER
Hoog tijd voor mijn derde experiment. Hier heb ik stiekem het hardst naar uitgekeken. De vraag die ik beantwoord wil zien: kan ik naar de frituur gaan zonder verpakkingsafval mee terug te brengen. Toen ik jong was, ging zowat iedereen ‘met de kom’ naar de frituur. Als het toen kon, kan dat nu ook, toch? In mijn herbruikbare winkeltas zet ik deze keer een kookpot en een grote glazen kom, allebei met deksel. En een extra klein potje voor de joppiesaus, mijn vrouw is daar gek op. De frieten mogen in de kookpot en de ‘vleesjes’ in de glazen kom. Mijn vrouw bestelde een Bicky Burger, om een beetje uitdaging te voorzien, ik ga zelf voor een ragoezi en een mix van het huis. Twee vleesjes, ja. Wie zonder zonde is, mag met bouletten beginnen gooien. De friturist werkt met plezier mee. “Uiteraard, meneer.” Ook frituristen zijn mensen met manieren. “Maar misschien is een Bicky Burger los in die doos leggen toch geen goed idee”, adviseert hij mij. Ik zet door en vraag hem om de hamburger ‘in naam van de wetenschap’ toch verpakkingsvrij mee te geven. En stel hem gerust: “Ik ga het je niet kwalijk nemen als ie thuis helemaal door elkaar geschud is.” Hij is tenslotte toch voor mij vrouw, denk ik erbij. Tussendoor vraag ik hem of er veel klanten hun eigen verpakkingen meebrengen. “Voor de frieten gebeurt dat wel. Maar voor snacks eigenlijk zelden of nooit.” Intussen merk ik op dat die ‘mix van het huis’ in de toonbank al in een plastic bakje lag. Zo heb ik eigenlijk alsnog afval veroorzaakt. Eenmaal thuis, laad ik alles uit en verdeel het over twee borden. Twee is voldoende, want als we echt willen genieten van onze frietjes van de frituur, doen we dat later op de avond als de kinderen al in bed zitten. Gelieve dat trouwens nooit, ik herhaal: nooit!, tegen onze kinderen te vertellen. De Bicky Burger heeft zich sterk gehouden en is nauwelijks door elkaar geschud. Enkel de joppiesaus is onderweg wel tegen de zijkant aangekwakt. Een probleem is dat niet. Mijn vrouw beweert dat het de beste frieten zijn die ze sinds lang at — zij houdt ook niet van de geur van papier — geen idee waarom ze dan met een journalist is getrouwd, maar goed. Het eten was alleszins lekker. Enige nadeel is wel: afval is er niet, maar de afwas is wel een stuk groter.

CONCLUSIE
Aan je eigen verpakkingen meenemen zijn eigenlijk weinig nadelen verbonden. Het makkelijkst van de drie is zonder twijfel de slager. Je neemt gewoon de dozen mee waar je het vlees thuis toch al in zou doen. Eigenlijk is dat een no-brainer. De broodzak is een twijfelgeval. Voorlopig ligt ie wel vaak in mijn draagtas, maar ik merk dat er toch een drempel blijft om het te vragen, aangezien ik niet het idee heb dat de bakkers waar ik langsging er vragende partij voor zijn. Al vind ik dat telkens ook weer heel flauw van mezelf en vraag ik het meestal toch. In de frituur is een eigen verpakking meenemen voor de frieten, en eigenlijk ook voor de saus, wel handig. Voor de snacks iets minder. Sommige snacks zijn echt moeilijk proper thuis te krijgen. Ik denk maar aan een curryworst special. Zo’n passend doosje heb ik niet in de kast staan. En veel ‘vleesjes’ zitten al in een verpakking. Of ze die nu in de frituur weggooien of ik thuis, dat maakt niet veel verschil uit. Een nadeel is wel dat je altijd van thuis uit moet vertrekken omdat je die potten niet altijd in de auto hebt staan. En ik ga vaak winkelen na een afspraak. Hoe dan ook, het allergrootste probleem blijft: het is in onze maatschappij totaal niet (meer) ingeburgerd om je eigen verpakkingen mee te nemen. Herbruikbare winkeltassen werden ook pas populair toen de plastic exemplaren geld begonnen kosten. Ik heb wel geen enkele keer een ‘njet’ gekregen van een handelaar. Dat het ergens niet toegestaan zou worden, daar zou ik me dus geen zorgen om maken.

Meer lezen van Bert Huysmans

Meer Bijzondere trends

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.