Wil je op de hoogte blijven?
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.
VALENCIA – De Europese Commissie heeft Valencia uitgeroepen tot Groene Hoofdstad van Europa 2024. De Spaanse stad dankt deze prestigieuze titel aan de inspanningen die ze levert op het vlak van duurzaam toerisme, de levenskwaliteit van de inwoners en klimaatneutraliteit. Onze nieuwsgierigheid was gewekt en we trokken midden juni voor enkele dagen naar de Spaanse zon.
Het voelt ongemakkelijk om het vliegtuig te nemen naar een stad die zich profileert als duurzame bestemming, wetende dat vliegtuigen niet meteen de meest klimaatvriendelijke vervoersmiddelen zijn. Maar in dit geval bieden trein of bus geen alternatief wanneer je vanuit de Kempen moet vertrekken. Dus maakte ik de afspraak met mezelf dat ik me ter plaatse zo duurzaam mogelijk zou verplaatsen, lees: openbaar vervoer, fiets en te voet.
MET DE METRO
Het metronet in Valencia is niet heel uitgebreid maar vanuit de luchthaven loopt er wel een ondergrondse verbinding naar het centrum. Meer zelfs: de metrolijnen 3 en 5 volgen grotendeels hetzelfde traject. “Neem het eerste rijtuig dat vertrekt”, raadt de man aan het loket me aan terwijl hij me een ticketje van 6 euro verkoopt voor een traject van een half uur heen en – enkele dagen later – terug. Helemaal niet duur maar wel groen. De laatste honderden meter naar mijn hotel wandel ik. Het is nog een aangename 21 graden en hoewel het al na 22 uur is en een gewone weekdag, zijn de terrassen nog goed bezet. De meeste hotels in Valencia hebben huurfietsen ter beschikking van hun gasten, zo ook het mijne. Valencia nodigt uit tot fietsen, want de stad telt meer dan 200 km aan vrijliggende fietspaden. En dus maken we ons na het ontbijt klaar voor een stadsverkenning op twee wielen. Vooraf heb ik een aantal locaties aangeduid die ik zeker niet mag missen en verder wil ik me laten leiden door de fietswegen die kriskras door de stad lopen. De ervaring leert dat je zo vaak de beste ontdekkingen doet.
0 KILOMETER
Zo’n eerste ontdekking is de Mercado de Colon. Valencia telt heel wat marktgebouwen en de bekendste is de Mercado Central in de centrumwijk. Hier brengen dagelijks zo’n 300 verkopers hun verse voeding aan de man. De Mercado de Colon wordt niet langer gebruikt als markt maar herbergt bloemenstalletjes en enkele betere restaurants. Het is een van de meest representatieve gebouwen van het Valenciaans modernisme, in het begin van de 20ste eeuw ontworpen door architect Francisco Mora Berenguer. De openbare markten zijn eigenlijk tempels van lokale producten. Boeren uit de omgeving verkopen hier hun waren direct aan de consument volgens het 0 kilometer-principe. De overheid lanceerde Ecotira, waarmee biologische producenten hun producten rechtstreeks en zonder tussenschakels kunnen verkopen aan restaurants of voedingswinkels. Duurzamer kan het bijna niet.
LUNCHTIJD
In de buurt van de haven lokt een uithangbord met het lunchmenu van de dag me binnen bij Bar L’Avenir. Aan alle tafels wordt Spaans gesproken en ik ben zo te zien de enige buitenlander. Gelukkig spreekt uitbaatster Valentina, die de zaak al 18 jaar runt, vlot Engels. “Valencianen houden ervan om ’s middags buitenshuis te lunchen”, vertelt ze. Voor een lunch in een bar op een minder toeristische locatie betaal je 11 tot 13 euro voor een voorgerecht, hoofdgerecht en dan nog een koffie of dessert. Dat nodigt natuurlijk uit.
WATERKANALEN
De stad werd gesticht door de Romeinen langs de rivier Turia en uit die periode dateert de aanleg van waterkanalen. Later tijdens de Moorse overheersing werd dit systeem verfijnd en uitgebreid naar de brede regio rond Valencia. Dat maakt dat er nog altijd grote plantages citrusgaarden en zelfs rijstvelden rondom de stad liggen, maar daarover straks meer. Op de Plaza de la Virgen staat het Turia-fontein met centraal een half liggend figuur dat de Turia-rivier voorstelt en daarrond acht vrouwenfiguren met waterkruiken die de acht grote irrigatiekanalen van Valencia symboliseren.
9 KM LANG PARK
En zo zijn we in het historische centrum beland. Het bekendste plein is de Plaza de la Reina met de achthoekige kerktoren El Miguelete, die op zijn beurt naast de kathedraal staat. Een glazen cabine wijst me erop dat Valencia Capital Verde Europea 2024 is. Via een qr-code kom ik op de site Visit Valencia waar me vier groene routes worden aangeprezen. Een daarvan heet De Groene Rivier en gaat over het 9 km lange Turia-park dat de stad van oost naar west doorkruist. Als gevolg van een overstroming in 1957 werd de Turia-rivier omgeleid en in de vroegere bedding een immens stadspark aangelegd. Hier komen de locals picknicken onder de bomen, joggen en concerten bijwonen. Het park is de groene long van de stad. Elke inwoner van Valencia woont trouwens op maximum 300 meter van een park. Over een groene stad gesproken.
HUP HOLLAND HUP
Opvallend is het Hollands dat je overal hoort in het historische centrum. Valencia is duidelijk een populaire citytripbestemming bij onze noorderburen. “Valencia is goed bereikbaar met het vliegtuig vanuit Nederland en België”, vertellen Bas de Vries en Roos Oudemans. Deze maand precies vijftien jaar geleden begon het Nederlandse koppel met hun bedrijfje Verrassend Valencia begeleide fietstours en fietsverhuur aan te bieden in Valencia. “Daarnaast schijnt de zon hier gemiddeld 300 dagen per jaar, wat van Valencia eigenlijk het hele jaar door een goede bestemming maakt. Valencia is nog niet zo ontdekt door het massatoerisme, wat het voor veel mensen aantrekkelijker maakt dan bijvoorbeeld Barcelona.” Het bedrijf heeft 200 fietsen in stock en in het hoogseizoen zijn die dagelijks de deur uit. “Fietsen in Valencia is geweldig. De afgelopen jaren zijn er heel veel fietspaden bijgekomen, dus je kunt nu eigenlijk overal heel makkelijk op de fiets komen. Daarnaast is Valencia helemaal vlak, wat het extra makkelijk maakt.”
PAELLA IS VAN HIER
Wie Spanje zegt, zegt paella. Wist je trouwens dat paella is ontstaan in Valencia? Dit dankzij de grote rijstvelden rond de stad. Ik fiets naar het natuurpark Albufera, dat zo’n 15 km ten zuiden van Valencia lig. Onderweg kom ik tot mijn verbazing langs verschillende uitgestrekte rijstvelden. Niet in terrasvorm zoals we dit kennen van Aziatische landen, maar in de vorm van vlakke akkers. De oogst gaat naar de vele bars en restaurants in de stad. Over een korte voedingsketen gesproken. Paella bestaat in allerlei samenstellingen, maar de oervorm van het gerecht is de paella Valenciana, die bestaat uit rijst, bonen, kippen- en konijnenvlees. Straks, bij mijn terugkeer naar de stad, stop ik bij Restaurante El Velero, een van de vele zaakjes bij het strand om zo’n paella te proeven. Heerlijk!
RIJPE CITROENEN
Het vissersdorp El Palmar ligt centraal in het natuurgebied Albufera, wat zoutwaterbassin betekent. Het uitgestrekte binnenmeer is een aantrekkingspool voor talrijke watervogels. Met bootjes kan je het water op. Paseo en Barca maken verschillende verhuurbedrijfjes reclame voor hun boottocht op het meer. Om tot hier te fietsen kwam ik, zonder het vooraf te weten, terecht op de langeafstandsfietsweg EuroVelo 8, ook bekend als de Middellandse Zeeroute. Het brede, autovrije fietspad in rode kleur loopt lekker en brengt me niet alleen langs de eerder genoemde rijstvelden maar ook langs citrusboomgaarden. De meeste mandarijnen en sinaasappels zijn al geoogst, maar de citroenen hangen nog te rijpen aan de bomen.
MEGALOMAAN
Een dag later fiets ik naar de Ciudad de las Artes y las Ciencias, Stad van de Kunst en de Wetenschap. Om Valencia een modern en internationaal imago te geven gingen het stadsbestuur en de regionale overheid eind vorige eeuw een samenwerking aan met de bekende architect Santiago Calatrava. Die ontwierp in totaal zeven bijzondere gebouwen die samen een stad in de stad vormen. Ze omvatten een operagebouw, wetenschapsmuseum, een ruim opgezet aquarium enz. Op dezelfde site bevindt zich L’Umbracle, een schaduwrijke galerie annex park dat wordt gevormd door 55 stalen bogen. Het project riep bij veel inwoners heel wat weerstand op wegens megalomaan en geldverslindend. Tegenwoordig is dit stadsdeel dé publiekstrekker voor Valencia.
NIET AAN ZEE
Het is een misvatting dat Valencia aan de zee ligt. Tussen het historische centrum en het strand ligt zo’n 5 km woongebied. Er rijden bussen, maar ik leg dit traject met de fiets af, of wat dacht je. De Playa de la Malvarrosa bestaat uit een fijn zanstrand afgezoomd met prachtige palmbomen en talloze restaurants met zicht op zee. Bij een ervan bestel ik een sangria en bedenk ik: het leven is mooi in Valencia.
MEER INFO
www.happyweekends.be
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.