Wil je op de hoogte blijven?
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.
GEEL – Vlak ze niet uit, de jongeren die maar wat graag met hart en ziel de handen aan de spade willen slaan. Jongeren die het niet erg vinden om met hun botten door de mest te baggeren terwijl ze op hun schouders zakken torsen om een veestapel van een propere ondergrond te voorzien. Aan de landbouwschool van St.-Jozef in Geel bieden ze al meer dan een eeuw de perfecte voedingsbodem aan om de boerenstiel te leren. En daar horen ook praktijkbezoekjes bij.
Strak in het schoolse werkpak arriveren Lenthe, Juul, Gitte, Jenke, Lore, Yana, Femke, Jore, Seppe, Toon en Warre begeleid door juf Ruth Aerts (41) stipt op tijd aan hoeve Wolfskamer in Geel, waar Raf (59) en Herman (72) Dams sinds 1990 een melkveebedrijf uitbaten dat door hun ouders in 1955 opgestart werd met een schamele veestapel van een drietal koetjes. Tegenwoordig glimmen er hier heel wat meer melkproducentes in de stallen. En de bijhorende winkel is ondertussen een pleisterplaats voor klanten die weten wat lekker en eerlijk is.
Dag juf, mag ik eerst vragen wat jouw exacte plaats is in de onderwijshiërarchie van St.-Jozef?
Ruth Aerts: (lacht) “Ik ben een fiere leerkracht binnen deze studierichting in de A-finaliteit. Mijn lesopdracht is een combinatie van theorie en praktijkvakken en stagebegeleiding. Vooral voor de tweede en de derde graad. Toevallig vervang ik vandaag onze technisch adviseur-coördinator An Dierckx. Maar voor mij geen probleem, ik trek graag met deze jongeren op. Je zal horen dat ik hier ook hun taal spreek. Perfect Nederlands is niet altijd de meest geschikte voertaal. Maar het is altijd leuk communiceren met hen.”
Hoe ziet een opleiding aan de Landbouwschool er eigenlijk uit?
Ruth: “Na de lagere school starten ze hier in een eerste graad die een algemene opleiding voorziet. En er zijn al een aantal keuzevakken. In het derde jaar wordt er gekozen welke richting het uitgaat. Is het landbouw of eerder dierenzorg? Onze leerlingen krijgen wel een heel uitgebreid keuzepakket. Later kunnen ze terecht aan de hogeschool voor meer specifieke opleidingen richting akkerbouw of mechanisatie of fruitteelt. Vraag maar eens wat ze van de theorievakken vinden…”
Wat vinden jullie zoal van de theorievakken?
“De theorie is best wel pittig. Maar het is interessant en de combinatie met de praktijk maakt het heel boeiend.”
Aangezien jullie deze richting volgen is een logische vraag: Hoeveel zonen en dochters van een boerenbedrijf staan hier voor mij?
(Vijf handen gaan prompt omhoog). “En je hoeft het niet te vragen, ja, we zouden graag op ons bedrijf aan de slag gaan. Maar daar zit net het probleem: noch voor onze ouders noch voor ons zit er in alle dossiers enige zekerheid. We zouden dolgraag doorgaan, dus daarom onze opleiding, maar zekerheid zit er voor ons niet in.”
Nu zetten jullie de stallen in een melkveebedrijf netjes, maar zijn er ook andere klussen te klaren?
“Voor ons is het heel roterend. Nu zijn we hier, maar we werken soms ook op de Hooibeekhoeve, of we gaan mee schapen scheren of we helpen op een kippenbedrijf. Binnen het ruime aanbod van landbouwhuisdieren. Voor ons heel leerrijk. Op een boerderij is er altijd wel iets te doen. Die afwisseling maakt het aangenaam.”
Als ik jullie hier bezig zie, is het toch vaak hard labeur. Hoe zit het met met de collectie blauwe plekken?
“Die hebben we voortdurend! Dat hoort erbij. We hebben hier wel laarzen met stalen beveiliging in de ‘tip’. Maar wees gerust: ze gaan altijd net achter die stalen ‘tip’ staan, pal op je voet. Niet over zagen, dat hoort erbij.”
Raf (65) en Herman (71), jullie zijn al eventjes actief hier op hoeve Wolfskamer?
Raf: “Onze ouders zijn hier in 1955 begonnen met twee of drie ‘koeikes’. In 1990 hebben wij de zaak overgenomen, vlakbij ons stamhuis. We hebben nu ook een winkel waarmee we inspelen op de korte keten.”
Piep zijn jullie niet meer, maar gedreven des te meer. Hoe zit het met de opvolging?
Herman: “Familiaal is die er niet, de kinderen hebben allemaal een mooie job. Maar misschien wil iemand de zaak ooit wel overnemen. Maar houd er rekening mee, je moet 70 tot 80 uur per week werken. Dan moet je het graag doen.”
Foto: Jef Aerts
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.