Wereldreizigers

Sarah Janssens: "Ik wist al snel dat België te klein is voor mij"

Gepubliceerd: 28 oktober 2021  |  Door: Stijn van Osch  |  Onderox editie: 213

RETIE/VANCOUVER — Zo’n anderhalf jaar geleden pakte de drieëntwintigjarige Sarah Janssens haar kabas en liet ze het kleine Retie achter voor de Canadese grootstad Vancouver. Daar werkt ze voor een bedrijf dat infraroodcamera’s verkoopt voor boten. Ze woont er met twee roommates in een gezellig appartement in het hart van de stad, maar geniet vooral van het buitenleven.

Hoe kom je in Canada terecht?
Sarah Janssens: “Tijdens mijn studies heb ik een tijdje in Oostenrijk gewoond als uitwisselingsstudent. Toen heb ik ontdekt dat België te klein was voor mij en dat ik in de bergen wilde wonen. Initieel was het mijn plan om richting het bekende skioord Whistler (Canada, nvdr.) te trekken en daar elke dag te gaan skiën in de bergen. Na een beetje research had ik door dat een job vinden daar niet eenvoudig zou zijn en dat het voor mijn carrière beter was om naar de stad te verhuizen. Zo kwam ik in Vancouver terecht, zo’n 150 kilometer verder. Achteraf gezien was dat de juiste beslissing.”

Hoe bedoel je?
“Ik heb hier het beste van twee werelden. Ik woon in het centrum van een wereldstad, waar je tussen de skyscrapers kan dineren in één van de vele gezellige restaurants. Tegelijkertijd zijn de bergen zo dichtbij dat ik meteen na het werk de natuur in kan trekken. Voor mij is dat de ideale combinatie. Het leven in Vancouver is heel actief. Iedereen leeft hier in de bergen of buiten. Na een werkdag zoeken heel veel mensen het avontuur op en gaan ze paddleboarden, kajakken, hiken of skiën. Lekker bewegen. Heerlijk!”

Een heel andere mentaliteit dan in België.
“Absoluut. Het verschil is immens. Ik hoef na het werk niet naar huis te rushen om eten te maken of de was te doen. Ik probeer zoveel mogelijk te genieten en doe nog ongelooflijk veel andere dingen. Soms krijg ik via Instagram de vraag hoe lang ik nog ga rondreizen. Terwijl ik al anderhalf jaar fulltime werk! Omdat ik tijdens de week en in de weekends zo veel doe, lijkt het alsof ik niet werk. Weet je, Canadezen leven voor de natuur en de vrije tijd. Ze werken om te leven, en niet andersom. Dat is een levensstijl waar ik me heel goed in kan vinden.”

Wat is volgens jou het grootste verschil met België?
“De afstanden. Of toch, het feit dat mensen er niet mee inzitten om een tijdje in de auto te zitten. Canada is zo immens groot dat je niet anders kan dan het van je afzetten. Na het werk rijden we regelmatig anderhalf uur naar het strand om daar te gaan bbq’en. Niemand die ermee inzit. In België zou ik niemand meekrijgen, denk ik.”

Je geniet tijdens de werkweek al met volle teugen van wat Vancouver te bieden heeft. Dan ben ik heel benieuwd hoe jij je weekends vult?
“Dan trek ik meestal de bergen in. In de zomer begin ik meestal met een stevige hike. Vijftien kilometer wandelen met een hoogteverschil van 1.000 meter is geen uitzondering. Dan blijf ik daar kamperen en de volgende ochtend trek ik redelijk vroeg terug naar de stad om nog wat tijd op het strand te kunnen doorbrengen. In de winter is het ook kamperen, vaak skiën en weekendjes weg. Maar ik geniet er even goed van om op zondag uitgebreid te brunchen en een namiddagje door de stad te struinen.”

Over genieten gesproken, wat is je favoriete plekje daar?
“Het gelukkigst ben ik als ik via de Sea-to-Sky Highway naar huis rij, in de richting van de ondergaande zon. Je ziet de bergen, de zee, de prachtige wegen. Daar kan ik echt ten volle genieten van de schoonheid van mijn omgeving. Elke keer opnieuw word ik verrast door hoe prachtig het hier is. Een gevoel dat ik ook heb als ik op mijn favoriete plekje in de Kempen ben, Port Aventura in Mol.”

Was het moeilijk aanpassen in Canada?
“Moeilijk zou ik niet zeggen, want het blijft een Westerse levensstijl, maar het was wel wennen. De grootste aanpassing was de manier waarop mensen met je omgaan. Canadezen hebben de reputatie heel vriendelijk te zijn, maar ik vind ze eerder heel gereserveerd en beleefd. Dat maakt het moeilijker om een diepere connectie te maken. Ook de tippingcultuur was wennen: in restaurants en cafés doen obers hun uiterste best om zo vriendelijk mogelijk over te komen. Zodat je ze een grotere fooi geeft, natuurlijk.”

Heb je al eens poutine gegeten?
(glimlacht) “Uiteraard. Poutine is een typisch Canadees fastfoodgerecht. Dat eten we dus regelmatig. Best lekker, maar geef mij toch maar frietjes van de frituur. Ook typisch voor hier en heel lekker zijn de yam fries, een soort frietjes van zoete aardappel.”

Je ruilde de Lindeboom van Retie in voor een stad vol skyscrapers. Is dat geen immens verschil?
“Goh, Vancouver is inderdaad een wereldstad met een centrum vol skyscrapers, maar het voelt toch vrij klein aan. Je kan hier nog makkelijk met de fiets van de ene kant van de stad naar de andere. Dat heeft mijn beslissing om hier te komen wonen zeker beïnvloed. Ik hou van de levendige sfeer van de stad, maar wilde niet verloren lopen in een grootstad.”

Zijn er in Canada dingen waarvan je als Belg raar opkijkt?
“Dat je geen alcohol kan kopen in de supermarkt. Daarvoor moet je naar de liquor store. Ik vergeet ook nog steeds dat je op restaurant vaak nog tips en taksen moet bijtellen bij de prijzen op de menukaart. Komt altijd duurder uit dan ik dacht.”

Er wordt weleens gezegd dat het leven in de stad behalve duurder ook anoniemer is. Heb je je makkelijk kunnen integreren?
“Ik heb heel veel geluk gehad. Relatief snel nadat ik hier ben aangekomen, heb ik een vrij hechte groep vriendinnen leren kennen. Gelukkig, want drie maanden later verscheen corona en werd het vrijwel onmogelijk om nog nieuwe mensen te leren kennen. Momenteel zijn de meeste van mijn goede vrienden collega’s. Daar prijs ik me gelukkig mee. Als ik hen niet zou gehad hebben, dan kan ik me voorstellen dat het leven hier tamelijk eenzaam zou zijn. Er is trouwens ook een hechte Belgische community in Vancouver die regelmatig afspreekt. Heel fijn!”

Het woord corona is gevallen. Hoe heb jij het afgelopen pandemiejaar beleefd?
“Ik denk dat de coronacrisis hier nooit zo erg is geweest als in België. Doordat iedereen hier voortdurend de natuur in trekt, heb ik er volgens mij minder van gemerkt. Wij hebben ook maar een korte lockdown van een aantal weken gehad, daarna mocht ik terug naar kantoor. Eigenlijk is alles de hele tijd open gebleven. Maskers waren hier in de buitenlucht ook nooit verplicht. Het grootste nadeel was dat de grenzen zo lang gesloten waren. Het heeft anderhalf jaar geduurd voor ik mijn familie en vrienden in België kon bezoeken. Dat maakte het wel lastig. Toch denk ik niet dat ik veel te klagen heb. Ik heb gigantisch veel leuke dingen beleefd en mooie plekken gezien. Ik heb meer dan een jaar echt kunnen genieten van British Columbia. Veel zou ik niet veranderen aan het afgelopen jaar.”

Je hebt je nooit onveilig gevoeld?
“Nee. Omdat het hier beter was dan in België zijn mijn ouders ook nooit ongerust geweest. Ik heb me soms wel zorgen gemaakt over mijn grootouders en hun gezondheid. Gelukkig hebben ze hun vaccin gekregen en zijn ze gespaard gebleven van corona. Ook los van corona, denk ik dat Canada behoorlijk veilig is. Ik voel me hier meer op mijn gemak dan in Antwerpen. Ik wandel en fiets midden in de nacht naar huis en heb nooit het gevoel dat ik op mijn hoede moet zijn.”

Kom je wel eens op bezoek in België?
“Nee, daar heeft corona een stokje voor gestoken. Ik ben onlangs pas voor het eerst in België op bezoek geweest. Anderhalf jaar was het geleden dat ik een oud, vertrouwd gezicht zag. Sinds mijn verhuis naar Canada had ik alleen maar nieuwe mensen ontmoet. Dat is best raar, als je erover nadenkt. Ik heb het geluk dat ik via mijn werk de kans krijg om naar Europa te reizen, nu de grenzen weer open zijn. Over een paar weken zit ik in Frankrijk en komt mijn familie mij daar bezoeken. Ik mag weldra ook mijn eerste bezoekers ontvangen. Daar kijk ik eerlijk gezegd ook naar uit. Eindelijk kan ik iemand tonen hoe ik hier woon en leef. Eindelijk kan ik iemand laten zien hoe mooi het hier echt is. Nu, er zijn wel Belgen die British Columbia al hebben ontdekt. Enkele weken geleden ging ik met twee andere Belgen wandelen op Bowen Island. Dat is een klein eiland op een uurtje van Vancouver, dat je enkel met de ferry bereikt. We wandelden helemaal tot boven op de berg. Toen we daar aankwamen, vroeg iemand ons welke taal we spraken. Voor we ’t wisten waren we Nederlands aan het praten met een man uit Vlaams-Brabant. Zo zie je maar: de wereld is klein.”

Je geniet met volle teugen van het Canadese buitenleven. Zijn er ook dingen die je mist?
“Soms mis ik hoe makkelijk reizen in Europa is. Vanuit België ben je in geen tijd in Amsterdam, Parijs of Berlijn. Hier kan je makkelijk 4 tot 10 uren rijden en nog steeds in dezelfde setting vertoeven. Het is dan wel overal prachtig, maar de afwisseling mis ik wel eens. Het grootste gemis zijn ongetwijfeld mijn familie en vrienden in België! Ik vind het lastig dat ze zo ver weg zijn. Ik probeer om regelmatig contact te houden, maar door een volle agenda en omwille van het tijdverschil horen we elkaar toch niet zo vaak als we zouden willen. Als ik ooit naar België terugkeer, dan zal het voor hen zijn.”

Maar dat is voorlopig niet aan de orde?
“Nee. Ik zou het fijner vinden als zij allemaal naar hier verhuizen. (lacht) Eerlijk, België op zich mis ik niet. Ik ben te verliefd op de bergen hier. Initieel kwam ik naar Canada met een visum voor een jaar. Ondertussen ben ik hier bijna twee jaar en heb ik een permanent residence. Er is hier zo veel te doen en te beleven dat naar België terugkeren niet aan de orde is. Of dat ooit verandert? Dat weet ik niet. Ik ben nog jong. Misschien komen er nog andere plaatsen op mijn pad, waar ik ook graag een tijdje wil wonen. Ik hou alle mogelijkheden open.”

Meer lezen van Stijn van Osch
Meer lezen over
gelukszoekersreizen

Meer Wereldreizigers

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.