Talent van eigen bodem

Jolien Weckx: gebeten door de liefde voor de accordeon

Gepubliceerd: 23 maart 2023  |  Door: Jef Aerts  |  Onderox editie: 229

BALEN – Jolien Weckx (23) studeert momenteel naarstig als een voorjaarsbij haar master klassieke accordeon aan het conservatorium in Tilburg. Een aanstaande master schrijft, zoals dat hoort, aan het eind van de rit een thesis. Bij Jolien wordt het een methodeboek voor accordeon. Een totale noviteit waar ze vooraf veel opzoekwerk voor geleverd heeft en waar ze nu al veel positieve respons op krijgt. Nog voor de drukpersen draaien en de toetsen dartelen.

Wie Marina van Rocco Granata niet kan meezingen, -mompelen of -murmelen dient nu even aan de volgende pagina te beginnen. Het kwieke wijsje veroverde miljoenen harten en werd een eeuwige oorwurm. Laat de Kempen nu een geweldige traditie hebben op het vlak van accordeonmuziek. Met zijn mazurka’s en polka’s sausde de piano van de armen zovele volksfeesten. Legendarisch zijn mensen als Sus Cavo, die als orgeldraaier Belgische en Europese titels binnenrijfde. Om nog maar te zwijgen over zijn optredens met zijn tienbasser, gemaakt door Peer Van Roten uit Mol-Millegem. Tel daar ondertussen virtuozen als Ludo Mariën bij. Maar accordeonmuziek leeft niet alleen in de Kempen, het is een wereldwijde, muzikale veroveringstocht. En net daar wil Jolien Weckx veel meer dan haar notenbalkje aan bijdragen.

Je studeert nu aan het conservatorium in Tilburg. Waar studeerde je voordien?
Jolien Weckx: “Ik was nog maar een snotneus van acht toen ik al heel goed wist wat ik wilde: spelen op een accordeon. Niks of niemand kon me daar van weerhouden. Dus ging het richting muziekacademie in Mol. Maar ik wilde meer, dus dit meisje werd op haar veertiende studente aan de kunsthumaniora in Turnhout. Wat betekende: dagelijks gepakt en gezakt met de bus naar Turnhout. En zo’n accordeon weegt al snel 15 kilo. Daar werd ik meteen aanvaard. Normaal loop je eerst een stage maar ik kon na een examen onmiddellijk starten.”

Hoe stel ik mij het leven in een kunsthumaniora voor?
“Onze richting heette KSO (kunst secundair onderwijs). We kregen uiteraard de gewone lessen, op niveau van TSO, maar het is echt een voorbereiding op een vervolg voor een opleiding aan het conservatorium.”

Jij vlinderde duidelijk vlot door je humaniora en dan is er de keuze voor een conservatorium? Wat kies je dan en waarom?
“Er waren drie opties: Antwerpen, Gent en Leuven. Ik heb voor Gent gekozen en dat was puur een keuze voor de leraar. Daar heb ik mijn drie jaar als bachelor afgewerkt. Spelen was leuk maar er kwamen natuurlijk de nodige uren notenleer bij. En zingen! Zelfs in een koor, want we moeten gewoon zuiver kunnen zingen. Tijdens die jaren heb ik wel al verschillende masterclasses gevolgd, vaak in het buitenland. Met veel dank aan mijn bereidwillige ouders. Wat ik ook opgestoken heb, is een Spartaanse discipline. Feesten of fuiven was er niet bij, je moest de volgende dag steeds op de top van je kunnen zijn. (Mama Diane komt even tussen: “Toen we haar eens bezochten in Gent vroegen we of we ergens iets konden drinken in een leuk cafee tje. Ze kende er verdorie geen.”) Tja, musiceren vergt een zodanige concentratie. En ik ben streng voor mezelf! Trouwens, ook de docenten zijn bikkelhard. Ik zat ooit bij een optreden eens te knoeien met een geblokkeerde riem die me verhinderde om alle toetsen te bereiken. De docent gaf me geen respijt: hij sprak slechts één woord: spelen! Ja, ik heb doorgebeten én geblèt achteraf.”

En momenteel werk je aan je master aan het conservatorium in Tilburg?
“Klopt. Ook weer een keuze voor de docenten. En je hebt er meer mogelijkheden om wereldwijd allerlei masterclasses te volgen. Tussendoor geef ik zelf al een beetje les in de muziekacademie van Veldhoven (NL). En ik werk dus aan mijn thesis. Ik weet dat velen kiezen voor een ‘gemakkelijk’ onderwerp. Iets waar al veel opzoekingswerk over verricht is. Maar ik wilde het mezelf moeilijk maken, dus koos ik voor het maken van een methodeboek voor melodiebas en standaardbas. Een werk dat beginnende spelers moet gidsen. Ik heb mijn vraag doorgestuurd aan zeker twintig docenten en van diegenen die reageerden kwam enkel positief nieuws. Met feedback, tips en sommigen hebben er zelfs al gebruik van gemaakt. Ik werk er volop aan, in mei moet het klaar zijn.”

Zijn er accordeonisten waar jij zelf grote fan van bent?
“Ik vind de Litouwer Martynas Levickis een grote mijnheer, net als Fridrich Robertovitsj Lips, maar dat is een Rus, mag ik dat nu nog wel zeggen?”

Van mij alvast wel. Wat ga je doen eenmaal afgestudeerd?
“Eerst nog alle energie in mijn boek. Misschien wordt dat wel iets. En lesgeven zie ik ook wel zitten, maar het mag meer zijn. Optreden met andere muzikanten in een groep, dat zie ik wel zitten. Maar het zouden dan wel geestverwanten moeten zijn. Of optreden met een orkest, dat zou een ultieme droom zijn. Maar je weet natuurlijk nooit, daarom heb ik zelfs tussendoor nog een cursus vastgoedmakelaar gevolgd.” (schatert)

Meer lezen van Jef Aerts
Meer lezen over
muziek

Meer Talent van eigen bodem

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.