Wil je op de hoogte blijven?
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.
GEEL – Samen met Karel Swolfs ging Luc Vandecruys op zoek naar het verhaal achter de kunstenaar Jan Baptist Stessens (1861-1949). De kunstenaar woonde lang in Geel maar is niet altijd bekend bij de Gelenaars, al is er wel een straat naar hem vernoemd. Swolfs en Vandecruys verzamelden zo’n 130 schilderijen van de kunstenaar. “Hij heeft altijd met veel passie Geelse mensen en Geelse landschappen geschilderd.”
Gedurende twee jaar dompelden Luc Vandecruys en Karel Swolfs zich onder in de kunstwerken van J.B. Stessens. Vorig jaar gaven ze al een biografie uit over de kunstenaar bij het Geels Geschiedkundig Genootschap. Nu bundelden ze alle gevonden schilderijen, schetsen en tekeningen van Stessens in een catalogus en zullen ze in 2025 een deel daarvan tentoonstellen in de Halle in Geel.
Vanwaar de interesse in J.B. Stessens?
Luc Vandecruys: “Karel is veel met stambomen bezig, hij komt met veel mensen in contact en hij is bestuurslid van het Geels Geschiedkundig Genootschap. Op een gegeven moment ontdekte hij een oud Nieuwsblad-artikel van zo’n 60 jaar geleden over J.B. Stessens. Het was geschreven door dokter Aloïs Verwaest, een vriend van de kunstenaar, dus het was eerder subjectief. Verder was er niet veel over hem verschenen. Samen zijn we ons dan in de geschiedenis van de kunstenaar gaan verdiepen, want er is zelfs een straat in Geel naar hem vernoemd. Toch is hij niet zo bekend bij de Gelenaars. Wij wilden de waarheid achter de kunstenaar te weten komen.”
Wat ontdekten jullie?
“Heel wat. Hij was een kunstenaar die schilderde en tekende. Hij had kunstacademie gevolgd in Antwerpen. Dat was een heel klassieke opleiding. Dat zie je ook in zijn schilderijen. In die tijd heeft hij ook zijn legerdienst gedaan. We hebben zelfs zijn militieboekje teruggevonden, net als heel wat foto’s. Hij was ook de tweede beroepsfotograaf in Geel. We vonden nog een ander oud artikel terug, waarin stond dat hij een winkel geopend had met zijn vrouw. Een maand later verscheen er nog een artikel met als aankondiging dat ze ook zakdoeken, sjaals en truien gingen verkopen. Dat toont aan dat Stessens met zijn kunst niet genoeg kon verdienen om rond te komen. Hij had vijf kinderen, en dat kostte geld. In 1892 werd hij directeur en leraar van de eerste tekenschool van Geel. In 1920 begon hij tekenles te geven op de pas opgerichte vakschool van Geel. Hij betekende op den duur dus ook veel voor het Geelse onderwijs. Het is vanaf dan dat hij meer geld verdiende en meer kon schilderen. Al deed hij dat altijd al veel in zijn vrije tijd.”
Hoe is jullie zoektocht naar zijn verleden en kunstwerken verlopen?
“We zijn er twee jaar mee bezig geweest. Karel en ik kennen elkaar al van jongs af aan, ondertussen al meer dan 55 jaar, en we zijn twee oud-leden van de Sint-Aloysiusscouts. Dat is het mooie aan heel dit verhaal, al degenen die hebben meegewerkt aan de catalogus rond Stessens zijn oud-leden van die scouts. Dit is eigenlijk een project van vrienden onder elkaar geworden. Vorig jaar gaven we een biografie uit van Stessens bij het Geels Geschiedkundig Genootschap. Nu is onze catalogus dus verschenen, waarin we 130 schilderijen van hem gebundeld hebben. Daarnaast tonen we nog heel wat tekeningen, schetsen en foto’s. 100 schilderijen van de 130 zijn binnen de familie gebleven. Dat wil zeggen dat ze nooit verkocht of weggeschonken zijn. Stessens heeft er nooit zijn beroep van kunnen of willen maken. Hij was geen baanbrekende schilder, maar heeft altijd met veel passie Geelse mensen en Geelse landschappen geschilderd. Dat maakt hem voor de stad heel interessant en daar zijn wij voor gevallen. Stessens is een interessant Geels figuur die meer aandacht verdient.”
Zijn jullie ook meer te weten gekomen over de periode waarin hij leefde?
“De periode waarin hij geleefd heeft, tussen 1861 en 1949, is ook een periode waarin in Geel heel veel dingen gebeurd zijn. Er zijn veel grote huizen gebouwd, de eerste tram is beginnen rijden en het Sint-Aloysiuscollege bouwde een splinternieuwe school. Stessens speelde in die stadsontwikkeling een belangrijke rol. Hij was dus directeur van de tekenschool, waardoor hij wat geld had verdiend en een huis kon laten bouwen. Dat huis stond in de pas aangelegde Kollegestraat waarin veel rijke mensen een huis hadden laten bouwen. Dat was iets typisch voor Geel in die tijd. In november bezochten we zijn huis tijdens het weekend waarin we de catalogus voorstelden. Ondertussen hebben er andere mensen gewoond – het huis is gebouwd in 1905 – en op dit moment is Ligo daar gelokaliseerd, een organisatie die basiseducatie aanbiedt. Het interessantste aan dat huis is dat het nog altijd bestaat, er zijn beneden in de gang nog altijd een aantal muurschilderingen te bewonderen. Weinig mensen weten dat Stessens in dat huis gewoond heeft, laat staan dat er nog muurschilderingen te vinden zijn.”
Wat was de grootste uitdaging in jullie zoektocht?
“Het is een hele zoektocht geweest. (lacht) We kwamen in contact met de familie van Stessens die nog in Geel woont en zij vertelden ons dat er ook nog een deel van de familie is die naar de Ardennen verhuisden. Daar gingen we dan naartoe en kregen we dan weer te horen dat er ook nog een familietak te vinden is in München en in Nederland. Die takken hadden allemaal wel iets te vertellen, wat dan weer andere verhalen uit voortvloeiden, tot het uitgroeide tot ons verhaal van de catalogus. Al die informatie en al die kunstwerken vinden, was dus de grootste uitdaging. Maar het was ook het interessantste. En samen met oud-scoutsleden op pad gaan, is zeker ook plezant.” (lacht)
Wat valt er nog allemaal te ontdekken in de catalogus, behalve zijn werken?
“Zijn jeugd in Retie, zijn opleiding aan de Antwerpse Academie en hoe zijn pad liep via Turnhout naar de Palingstraat in Geel, een herenhuis op de Markt en een eigen huis in de Kollegestraat… Het komt allemaal aan bod. We bespreken zijn studiejaren, de aarzelende beginjaren als kunstenaar, de vruchtbare jaren en zijn plaats in de schilderkunst. Het grootste deel van de catalogus bestaat uit foto’s van zijn schilderijen, tekeningen en schetsen. We vonden nog acht schetsboekjes waaruit we schetsen hebben geselecteerd. Tegenwoordig maak je foto’s met je gsm, maar toen gebruikten mensen dus schetsboekjes. En tussen al die schetsen staan dan af en toe dingen geschreven als ‘150 gram kaas en 100 gram hesp’, dus hij moest toch af en toe eens naar de winkel. (lacht) Eigenlijk staat in de catalogus bijna alles uit zijn oeuvre.”
Jullie gaan ook een tentoonstelling organiseren in 2025. Hoe zal die eruitzien?
“Het zal een grote overzichtstentoonstelling worden in De Halle in Geel. We gaan veel schilderijen tonen, maar we hebben ook een aantal grote tekeningen en kleine schetsen, en originele glasplaten, net als foto’s. Zijn voornaamste werken waren landschappen en mensen. Maar we vonden ook veel portretten terug van hem en zijn familie, kleine stillevens en wat interieurwerken. Er zal waarschijnlijk ook een luik gekoppeld worden aan het Gasthuismuseum, waar men de tijd waarin hij leefde zal voorstellen. We zullen niet al zijn 130 werken kunnen tonen. De curator van cc De Werft gaat een aantal werken selecteren, zodat de mensen een goed algemeen beeld krijgen van wie Stessens was.”
Tekst: Delia Filippone
MEER INFO
De catalogus van J.B. Stessens kan besteld worden voor 35 euro via Studia Gelensia (www.studiagelensia.be) of via info@studiagelensia. Het is ook te koop in de Standaard Boekhandel in Geel en bij de Dienst Toerisme van Geel.
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.