Bijzondere trends

Onze reporter loopt warm voor een duel tegen "The Hurricane"

Gepubliceerd: 25 februari 2021  |  Door: Peter Briers  |  Onderox editie: 206

De deelname van drie landgenoten aan het jongste WK Darts heeft een stormloop ontketend op alles wat met vogelpik te maken heeft. Wie nu een spelbord wil kopen, moet vooral geduld oefenen. Of de hype straks nieuwe kampioenen zal voortbrengen, is nog maar de vraag. Onze reporter waagt alvast zijn kans. De inzet? Een duel tegen Kim “The Hurricane” Huybrechts, de nummer 38 van de wereld.

Elke maand neemt onze reporter een atypische, spannende of relaxerende activiteit onder de loep. Kritisch, maar met een kwinkslag rapporteert hij zijn wedervaren. Deze maand: darts (deel 1).

Darts was in ons land nog nooit zo populair als vandaag. Met dank aan het wereldkampioenschap, eind december, en The Masters, een kleine maand geleden. Dat beide tornooien voor het eerst live werden uitgezonden op VTM, heeft gezorgd voor een rush op alles wat met vogelpik te maken heeft. “Daar zit ook de deelname van onze drie landgenoten voor veel tussen”, zegt Patrick Thissen van de Antwerpse speciaalzaak Thissen Biljarts. “Dimitri Van den Bergh, Kim Huybrechts en Mike De Decker hebben er alle drie een goed WK opzitten.” Al zijn het lang niet alleen de prestaties van de Belgen die de belangstelling voor de sport doen boomen. Ook Covid-19 speelt een cruciale rol. “Door corona moeten we al maandenlang in ons kot blijven. We hebben meer tijd om darts te spelen. Ook niet onbelangrijk: darts is een betaalbare sport die je alleen of met twee kan beoefenen, veilig binnen de eigen bubbel.” De dartshype is vergelijkbaar met de rage rond het snookeren, eind de jaren zeventig. “De sportuitzendingen van de BBC waren plots ook in ons land bereikbaar en daardoor sloeg iedereen hier fanatiek aan het snookeren”, herinnert Thissen zich. “Veertig jaar later is daar nog maar weinig van te merken. Rages verdwijnen soms even snel als ze gekomen zijn.”

JARENLANG OEFENEN
Het valt niet uit te sluiten dat ook mijn interesse voor darts wordt ingegeven door de hype van het moment en mijn competitiedrang dus van tijdelijke aard zal zijn. Kortom, het is nu of nooit. Makkelijk wordt het alleszins niet, voorspelt Patrick, zeker niet als ik het binnenkort wil opnemen tegen Kim Huybrechts, alias “The Hurricane”. “Vaak lijkt een sport voor buitenstaanders makkelijk. Een pijltje gooien, hoe moeilijk kan het zijn? Eenmaal aan het oefenen, merken velen pas hoe zwaar het effectief is. Houd er rekening mee dat het ook jou zal overkomen.” Filmpjes op YouTube die doen uitschijnen dat ze van de kijker een kampioen kunnen maken, waarschuwen wel voor het feit dat darts meer vraagt dan alleen maar een doordachte werptechniek. “Speel je recreatief en zit het beginnersgeluk mee, dan is een hoge score sporadisch niet uitgesloten. Wil je het topniveau bereiken, dan komt daar meer bij kijken: een degelijke basisconditie, een vaste hand, een uitstekende concentratie én jarenlang oefenen.” Zelf geef ik me hooguit een maand om de knepen van het darts onder de knie te krijgen. De kans dat ik er al in een vroege fase de brui aan zal geven, is niet onbestaande. Dat laatste is een belangrijke factor bij de aankoop van mijn basisuitrusting. “Op dat vlak zijn er enkele do’s en dont’s”, waarschuwt Thissen. “Laat je bij de keuze van het materiaal vakkundig adviseren. Koop de uitrusting daar waar je ze eerst kan uittesten. Let vooral op het gewicht en de grip van een pijl, die factoren zijn enorm belangrijk.”

GEEN ILLUSIES
De achterwand van de speciaalzaak hangt vol met kleurrijke attributen om met darts te starten: van een wagonlading veertjes over flightprotectors tot een paar tientallen shaft topjes. Wie dacht dat darts niet meer was dan een willekeurig bord, een random set pijltjes en gooien maar, dacht fout. De keuze van de pijlen alleen al kan straks, als ik Huybrechts partij zal geven, het verschil maken tussen winst of een regelrechte afgang. “De betere pijlen hebben een legering van tungsten, een metaal met een hoog soortgelijk gewicht. Koperen pijltjes zijn dikker en zwaarder. Probeer er daar maar eens drie van naar de roos te gooien of een trippel 20 te scoren. Ik stel voor dat je oefent op een degelijk bord en dat je pijltjes kiest van het merk van Huybrechts zelf. Dat staat hoffelijk als je het straks tegen hem zal opnemen.” Of ik wil oefenen op de teststand in de winkel, vraagt Patrick, bij wijze van eerste screening. Waarom ook niet? De pijltjes bereiken het bord, maar een hoge score levert de eerste worp niet op. De tweede evenmin. “Laat je niet uit het lood slaan. Het overkomt de beste spelers. Niet vaak, maar het gebeurt. Niet getreurd: er is nog hoop.” Wat volgt zijn een paar handige hints om beginnersfouten te omzeilen. “Gebruik bij het oefenen meteen de juiste afmetingen”, zegt Thissen. “De bull’s eye, of de roos, moet exact 1,73 meter boven de grond staan en de correcte werpafstand is 2,37 meter, gemeten vanaf de voorkant van het bord. In dartskringen zijn dat heilige getallen.” “Neem tijdens het werpen een comfortabele houding aan: sta recht en laat de armen het werk doen. Speel dus nooit vanuit de schouders. En wat minstens even belangrijk is: zorg ervoor dat je altijd dezelfde techniek hanteert: dezelfde kracht en snelheid in de worp, en altijd op hetzelfde moment de pijl loslaten. Mik altijd net iets boven het scorevak dat je wil bereiken. Tijdens zijn vlucht verliest de pijl hoogte, vandaar. En nu: gooien maar.” Na een dik kwartier, waarin ik al zijn tips in de praktijk heb gebracht, maakt hij zich geen enkele illusie meer: mijn slaagkansen tegen Huybrechts zijn nihil. Nul. Niks. “Ik zou zeggen: amuseer je een beetje, winnen is sowieso uitgesloten.”

NEDERLAAG
Mijn vroegste herinnering aan darts is een plastic bord uit een schietkraam waar mijn vader dertig pijpen naar de Filistijnen had geschoten. Om de onhandig dikke pijlen op het bord te krijgen, was een lange aanloop én een forse kracht nodig. Twee keer heb ik de roos gehaald, meer niet. Een maand later al stierven het bord én mijn dartsambities een stille dood. Dit keer zal het anders zijn, neem ik mezelf voor. De thuisbibliotheek wordt omgedoopt tot een mancave, het zenuwcentrum van mijn nieuwe missie: Huybrechts naar huis spelen. Diezelfde avond maak ik een lijst van vrienden met wie ik zal oefenen. Sommigen onder hen zijn nog onhandiger dan ik (wat goed is voor mijn beginnersego), anderen zijn wellicht beter. Het zij zo. De eerste oefenmatch eindigt al meteen in mineur. Ik heb een kameraad geïnviteerd die ik qua dartsbekwaamheid lager heb ingeschat. Een misrekening: hij kent niet alleen de officiële spelregels, maar heeft in een ver verleden nog gespeeld tegen zijn broers, die aardig met de pijltjes overweg konden. Die informatie heeft hij bij zijn ‘selectie’ wijselijk verzwegen, met een eerste nederlaag tot gevolg. Uitslag: 5-2. Gezellig napraten is er die avond niet bij. Ik stuur hem sneller dan hem lief is wandelen. Ik laat niet met mij sollen en zeker niet in mijn eigen mancave.

GOEDKOPE SMOES
De daaropvolgende twee weken oefen ik in volstrekte afzondering. Dankzij mijn sterke aanleg tot verbeelding speel ik voor een uitzinnig publiek, dat juicht als ik de roos raak (of toch in de buurt kom) en empathisch reageert als mijn pijl zich in de boekenkast naast het bord boort. Eén keer heb ik máár 27 pijlen nodig om mij van 501 naar 0 te laten zakken. Dat Huybrechts en co daar gemiddeld een vijftiental pijlen voor nodig hebben, is in deze fase van mijn dartscarrière wel het minst van mijn zorgen. Die zorgen duiken wel op als blijkt dat ik na twee weken oefenen maar weinig vooruitgang heb geboekt. Er zit nog altijd geen consequente lijn in mijn speltechniek en ook het razendsnel rekenen om via de kortste weg het spel te beëindigen, vordert maar mondjesmaat. Op die manier is de kans klein dat ik indruk zal maken tijdens mijn duel tegen de nummer 38 van de wereld. Ik besluit Kim te bellen om hem in het geniep wat inside information af te snoepen, die me straks vooruit kan helpen. Daar is een smoes voor nodig. Dat er praktisch nog een en ander moet worden afgesproken, jok ik, als Huybrechts mijn oproep beantwoordt. Ongemerkt ontfutsel ik hem een paar handige tips and tricks. Daardoor is het kwaad geschied: The Hurricane heeft in zijn kaarten laten kijken. Dat zal hem straks duur komen te staan, let op mijn woorden. (Het vervolg lees je in de volgende editie van Onderox Magazine)

MEER INFO
www.thissen.be

Meer lezen van Peter Briers
Meer lezen over
sportonder de loep

Meer Bijzondere trends

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.