Wil je op de hoogte blijven?
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.
GEEL — Eind vorig jaar kwam Transistor, de band van Gelenaar Frederik Meuris (42), met een eerste langspeler op de proppen. Het debuutalbum ‘Vriendelijke Groeten’ werd goed onthaald en de Nederlandstalige poprock werd vlot meegezongen. Nu hoopt de gitarist en zanger op een zomer gevuld met zon en veel optredens.
Frederik, je bent al jaren met muziek bezig, maar gezien je muzikale verleden is het toch ietwat verrassend dat je de stap naar de Vlaamse rock hebt gezet. Hoe is het destijds allemaal begonnen?
Frederik Meuris: “Ik was uiteraard als kind al gebeten door de muziek, maar het is eigenlijk echt van start gegaan toen ik mijn eerste eigen gitaar kreeg. Dat moet ergens in het derde middelbaar zijn geweest, ik was dus een jaar of vijftien oud. En zo maakte ik mijn eigen teksten, ging op zoek naar mijn muzikale zelf en dat in een compleet ander genre dan ik nu breng met Transistor. Het duurde wel enkele jaren vooraleer ik echt met een band begon, dat moet ergens rond 2005 geweest zijn. Het was stevige rockmuziek, veel ruiger dan mensen soms verwachten maar niet meteen in een hokje te stoppen. We maakten met Sequoia onze eigen nummers, eigenlijk gingen we altijd uit van onze eigen muziek. De groepsnaam haalde ik uit mijn fascinatie voor enerzijds de natuur en anderzijds Amerika. En een grote boom als een sequoia maakte dan wel indruk, niet enkel op mezelf.”
Meteen waren de eerste stappen richting rockscene gemaakt, maar je legde nog een hele weg af om te doen wat je nu doet?
“De eerste band die je opricht, dat is meestal met maten en dat was ook in mijn geval zo. Maar je komt ook in contact met andere bands en hun groepsleden. En zo mocht ik me enkele jaren later zanger en gitarist bij punkrockband Second Base noemen. Daar kwam ik in contact met Stijn Debontridder die ook actief was bij The Rocket. Toen we op een dag samen muziek maakten, ging ik voor de lol eens aan de slag met mijn synthesizer en het duurde niet zo lang vooraleer ik als toetsenist speelde bij The Rocket. Daar werd wel een vrij hoog niveau gehaald, de lat lag hoger dan ik voordien gewend was. Maar het bracht ons in 2013 toch op het podium van Groezrock in Meerhout, toch een van de grootste punkrock-, ska- en metalcorefestivals van Europa. We speelden met heel veel goesting en we brachten ook een cd uit, maar halfweg vorig decennium werd de pauzeknop even ingeduwd. En dus gingen we op zoek naar nieuwe projecten. Na enkele omzwervingen bij verschillende bands besloten Stijn en ik in een zotte bui eens om een dancenummer te maken waarmee we de discotheken in Ibiza zouden veroveren. Zo ver kwam het niet, maar er volgde wel het Nederlandstalige nummer ‘Calippo’. Het was altijd mijn droom om dat legendarische waterijsje te bezingen en zo zat er misschien wel een zomerhitje in. Het liedje kwam er niet zonder slag of stoot, hoor. Ik probeerde het eerst om in het dialect te zingen, maar dat bleek niet zo eenvoudig doordat elk dorp hier in de Kempen wel een andere uitspraak heeft. Dus besloten we om het in de studio van Stijn op te nemen in het Vlaams en dat resultaat was beter.”
En zo werd de punkrocker in Frederik Meuris plots een kleinkunstenaar?
(glimlacht) “We waren wel enorm verrast over het relatieve succes dat ‘Calippo’ kende, dus besloten we om meer in het Nederlands te maken. Gevolgd door de goede feedback kwam er een jaartje later een EP uit met daarop drie nummers en eind vorig jaar stelden we in De Werft in Geel onze eerste volledige cd voor. Dat is echt wel iets waar ik trots op was en nog steeds ben. Onze nummers werden gedraaid op Geel FM, maar bereikten ook een breder publiek want ook op Willy kregen we airplay. Dat was best tof. Nu komt het erop aan om met Transistor naamsbekendheid te verwerven. Want ook dat is niet onbelangrijk. Bij Radio 1 reageerde men ook positief op de demo die ik hen bezorgde, maar doordat we nog een onbekende naam in het wereldje waren, kwamen we niet op de lijst. Jammer, maar we weten dus waaraan we moeten werken. De Vlaamse rock leeft als nooit tevoren dus ik zie wel mogelijkheden. Onze muziek wordt vergeleken met die van De Mens en mijn stemgeluid linkt men ook wel eens aan zanger Frank Vander linden. Dat is soms wel grappig en confronterend. Onlangs vroegen zelfs mijn kinderen bij het horen van een liedje van De Mens op de radio of ik dat was, dat vond ik toch wel een complimentje. Ik probeer soms tijdens een optreden om er iets kenmerkend van Frank Vander linden in te steken en dat weten de mensen wel te smaken. Ik heb hem ooit ook gecontacteerd in de hoop mijn huwelijksaanzoek wat meer glans te geven, maar het is niet gelukt zijn medewerking te krijgen. Het aanzoek was dus een beetje soberder, het huwelijk gelukkig niet. Toch wil ik me niet te veel focussen op andere groepen of zangers, de bedoeling is om binnen Transistor onze eigen stempel te drukken op onze nummers en ik denk wel dat we daarin slagen. We halen de mosterd voor onze muziek bij enerzijds Weezer en Fountains of Wayne, maar ook bij bijvoorbeeld Bart Peeters. Door die veelzijdigheid willen we muziek maken voor iedereen, met deuntjes die vanaf het begin in het hoofd van de mensen blijven hangen.”
Wat mogen we de komende maanden verwachten van Frederik Meuris en zijn muzikale projecten?
“Mijn grote droom is nog steeds om op de mainstage van Rock Werchter te staan, maar we moeten realistisch blijven. Ik vrees dat dat vooral een jongensdroom zal blijven. In de eerste plaats willen we met Transistor gewoon muziek blijven maken waar de mensen blij van worden. Muziek ook waarin we stevige gitaren kunnen combineren met gevatte teksten. Maar liefst van al willen we zoveel mogelijk op een podium staan. Daar doe je het als muzikant tenslotte voor. Tot voor kort hadden we slechts één of enkele nummers waarop organisatoren zich konden baseren, nu is er de volledige cd. Werchter is dus wellicht wat te hoog gegrepen, maar ik denk aan andere festivals zoals bijvoorbeeld Gladiolen waar we als Kempische band en met onze stijl van muziek wel een plaats kunnen hebben. En daarnaast zijn er nog heel wat stadsfestivals waar we toch stiekem op hopen om er enkele van mee te kunnen pikken. Het seizoen komt weldra op gang, we hopen op een geslaagde maar vooral op een drukke festivalzomer waarin we de kans krijgen om ons te bewijzen. Onze singles doen het relatief goed en worden overal goed onthaald, ik denk dat het een kwestie van tijd is vooraleer de mensen Transistor zullen kennen. Maar een drukke zomer wordt het sowieso. Naast mijn job bij VITO in Mol ben ik muzikaal actief bij twee bands, want ook met The Rocket treden we nog op. Heel wat vrije tijd gaat dus naar mijn muzikale projecten, onder andere door het maken van nieuwe muziek. Het feit dat ik betrokken ben bij twee compleet uiteenlopende projecten maakt het wel heel boeiend. En dan is er ook nog mijn gezin waaraan ik met heel veel liefde en plezier mijn tijd wil spenderen, want ook mijn vrouw en kinderen verdienen mijn aandacht.”
Foto band: Frederik Meuris
Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.