De pen van...

Monumenten van Stilte - Nalatenschap

Gepubliceerd: 17 november 2021  |  Door: Suzanne Antonis  |  Onderox editie: 213

In lawaai zoeken we het: een plek waar het stil is. Journaliste Suzanne strijkt neer in een landschap, een onbekende hoek of tussen vier muren. Ze luistert er naar wat de stem van de stilte haar vertelt. Deze maand: Begijnhof in Turnhout.

Neen, ze ritselen niet meer over de kasseitjes, de zwarte habijten met de witte kap er bovenop. Een begijn kon je niet gemakkelijk vol in het gezicht zien. Ze zijn van een andere tijd, toen we met z’n allen nog ‘de Zeer Schone Uren van Juffrouw Symforosa Begijntjen’ van Felix Timmermans lazen. En zelfs toen al behoorden ze grotendeels tot het verleden. In het Begijnhof van Turnhout dat zijn oorsprong kende in de 14de eeuw, vertrok in 2002 het laatste begijntje naar de eeuwigheid. Op hoogdagen in de 17de eeuw woonden hier meer dan 350 Juffrouwen, Meesteressen en een Grootmeesteres die de plak zwaaide. Sukkels, zo dacht ik vaak, vrouwen op overschot die niet aan een man geraakten. Maar begijn werd je in volle vrijheid, met behoud van je bezit en je rechten. In tegenstelling tot het klooster, legden ze geen gelofte van armoede af. Weliswaar hielden ze van een sterke religieuze beleving en moesten ze zich houden aan strenge leefregels. Maar hun gelofte was niet verplicht eeuwigdurend, ze konden de poort buiten stappen als ze dat wilden. Hun dagen vulden ze met goede werken en naarstige handenarbeid. Geruisloos, hun activiteiten vielen niet op maar waren wel van onmisbare waarde. Sterke vrouwen waren het, hun gemeenschap overleefde rampen, plunderingen en vele plagen.

Wat ze nalieten, is een bijzondere soort van stilte. In de lange rij mooi gerenoveerde huisgeveltjes die keurig langs het kasseistraatje staan en waar nu gewone gezinnen wonen, schuilt een geluidloos ritme. Dat houdt mijn gedachten weg van de straat buiten de poort, waar rumoer en alles wat een stad druk maakt ze al zo vaak versplinterden. Op deze plek, in de schaduw van de al herfstige beukenbomen kom ik niet verder dan denken aan wat er achter die geveltjes zich vroeger heeft afgespeeld. Het werk dat de immer vaardige handen er afleverden, zonder armgezwaai of ‘kijk eens wat ik kan’, zonder grootspraak en geen gedoe. Wat een verschil met onze arbeid en alles wat we vandaag doen. We Twitteren, Facebooken en Instagrammen de resultaten aan flarden want nooit krijg je het hele plaatje te zien. De uren van mislukken en opnieuw beginnen, de twijfels en soms het jammerlijke opgeven: ze blijven achter de muur. Alleen het succes geraakt op de virtuele straat. Moeten we dan terug naar de stilte waarin de begijnen hun werk deden? Neen, tijden veranderen. Wil je rampen en plagen overleven, moet je mee met de stroming. En vooral zichtbaar blijven, vol in het gezicht. Al zou het verdwijnen achter zo’n geveltje die de begijnen ons nalieten af en toe wel eens deugd kunnen doen.

Meer lezen van Suzanne Antonis

Meer De pen van...

Wil je op de hoogte blijven?

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht met de belangrijkste nieuwsberichten.